Eind september 2017 zaten ongeveer 260 duizend vrouwen en 200 duizend mannen jonger dan de AOW-leeftijd in de bijstand. Al jaren zijn er meer vrouwen dan mannen die een bijstandsuitkering ontvangen, maar het verschil is kleiner geworden. Het aantal mannen in de bijstand steeg namelijk sneller dan het aantal vrouwen. Het aantal vrouwen in de bijstand nam sinds 2007 met 25 procent toe, het aantal mannen met bijstand steeg met 60 procent.
Eind september 2017 telde Nederland ruim 459 duizend bijstandsontvangers jonger dan de AOW-leeftijd, ongeveer net zoveel als in 2016. De toename van het aantal personen in de bijstand is daarmee vrijwel tot stilstand gekomen na een periode van continue groei sinds 2008. Vooral onder personen met een niet-westerse migratieachtergrond nam het aantal bijstandontvangers nog wel toe. Zij maken ongeveer de helft van de bijstandspopulatie uit. Onder personen met een Nederlandse achtergrond en met een westerse migratieachtergrond daalde het aantal mensen in de bijstand langzaam.
In het derde kwartaal van 2017 stroomden 27 duizend personen de bijstand in, terwijl er 34 duizend uitstroomden. In de voorgaande jaren stroomden ongeveer evenveel personen de bijstand in als uit. De daling in het derde kwartaal van 2017 is vooral bij mannen zichtbaar. De instroom van mannen in de bijstand daalde met zo’n 5 duizend ten opzichte van een jaar eerder, terwijl de uitstroom ongeveer gelijk bleef.
In 2017 maakte het aandeel mensen dat korter dan een jaar in de bijstand zit minder dan 20 procent van de bijstandspopulatie uit. Dat is voor het eerst sinds 2008. Het aantal mensen dat vijf jaar of langer in de bijstand zit, stijgt sinds 2014 weer langzaam. Een reden hiervoor is de stapsgewijze verhoging van de AOW-leeftijd, waardoor personen later uitstromen naar een AOW-uitkering.
Het aantal personen met een WW-uitkering steeg van 149 duizend in september 2008, het begin van de economische crisis, naar 425 duizend begin 2014. Vanaf dat moment begon het aantal personen met een WW-uitkering weer te dalen. Bij WW’ers van 55 jaar tot de AOW-leeftijd zette de daling twee jaar later in. Voor 55-plussers is het over het algemeen moeilijker om weer aan het werk en uit de WW te komen. Eind juni 2017 ontvingen 318 duizend personen een WW-uitkering.
In januari 2018 ontvingen in totaal 3,4 miljoen personen een AOW-uitkering; bijna 1,6 miljoen mannen en ruim 1,8 miljoen vrouwen. Tien jaar eerder waren er in totaal bijna 2,7 miljoen AOW’ers; bijna 1,2 miljoen mannen en bijna 1,5 miljoen vrouwen. Inmiddels ontvangt 19,7 procent van de totale bevolking een AOW-uitkering.
Negen op de tien AOW’ers wonen in Nederland. Van de ruim 338 duizend AOW’ers die in het buitenland wonen, woont bijna de helft in België, Spanje of Duitsland.
Vanaf 1 januari 2013 wordt de leeftijd voor de AOW-uitkering elk jaar stapsgewijs verhoogd, van 65 jaar tot 67 jaar en 3 maanden in 2023. In zowel 2016 als 2017 werd de AOW-leeftijd met drie maanden verhoogd, in de jaren daarvoor met steeds een maand. De gevolgen hiervan zijn terug te zien in de daling van het aantal AOW-ontvangers aan het begin van elk verslagjaar. Desondanks blijft het aantal AOW’ers stijgen, bij mannen iets sterker dan bij vrouwen.
In het tweede kwartaal van 2017 hadden 761 duizend personen een arbeidsongeschiktheidsuitkering, ruim 4 duizend minder dan in juni 2013. In 2013 hadden mannen vaker een dergelijke uitkering dan vrouwen, maar ze zijn in het derde kwartaal van 2015 ingehaald door de vrouwen. Dit komt met name doordat de arbeidsparticipatie van vrouwen de afgelopen jaren flink is toegenomen, waarmee ook het aantal arbeidsongeschikte vrouwen stijgt. Vooral in de verpleeg- en zorgsector, waar veel meer vrouwen dan mannen werken, is het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen hoog.
Link naar deze cijfers
Eind september 2017 zaten ongeveer 260 duizend vrouwen en 200 duizend mannen jonger dan de AOW-leeftijd in de bijstand. Al jaren zijn er meer vrouwen dan mannen die een bijstandsuitkering ontvangen, maar het verschil is kleiner geworden. Het aantal mannen in de bijstand steeg namelijk sneller dan het aantal vrouwen. Het aantal vrouwen in de bijstand nam sinds 2007 met 25 procent toe, het aantal mannen met bijstand steeg met 60 procent.
Link naar deze cijfers
Eind september 2017 telde Nederland ruim 459 duizend bijstandsontvangers jonger dan de AOW-leeftijd, ongeveer net zoveel als in 2016. De toename van het aantal personen in de bijstand is daarmee vrijwel tot stilstand gekomen na een periode van continue groei sinds 2008. Vooral onder personen met een niet-westerse migratieachtergrond nam het aantal bijstandontvangers nog wel toe. Zij maken ongeveer de helft van de bijstandspopulatie uit. Onder personen met een Nederlandse achtergrond en met een westerse migratieachtergrond daalde het aantal mensen in de bijstand langzaam.
Link naar deze cijfers
In het derde kwartaal van 2017 stroomden 27 duizend personen de bijstand in, terwijl er 34 duizend uitstroomden. In de voorgaande jaren stroomden ongeveer evenveel personen de bijstand in als uit. De daling in het derde kwartaal van 2017 is vooral bij mannen zichtbaar. De instroom van mannen in de bijstand daalde met zo’n 5 duizend ten opzichte van een jaar eerder, terwijl de uitstroom ongeveer gelijk bleef.
Link naar deze cijfers
In 2017 maakte het aandeel mensen dat korter dan een jaar in de bijstand zit minder dan 20 procent van de bijstandspopulatie uit. Dat is voor het eerst sinds 2008. Het aantal mensen dat vijf jaar of langer in de bijstand zit, stijgt sinds 2014 weer langzaam. Een reden hiervoor is de stapsgewijze verhoging van de AOW-leeftijd, waardoor personen later uitstromen naar een AOW-uitkering.
Link naar deze cijfers
Het aantal personen met een WW-uitkering steeg van 149 duizend in september 2008, het begin van de economische crisis, naar 425 duizend begin 2014. Vanaf dat moment begon het aantal personen met een WW-uitkering weer te dalen. Bij WW’ers van 55 jaar tot de AOW-leeftijd zette de daling twee jaar later in. Voor 55-plussers is het over het algemeen moeilijker om weer aan het werk en uit de WW te komen. Eind juni 2017 ontvingen 318 duizend personen een WW-uitkering.
Link naar deze cijfers
In januari 2018 ontvingen in totaal 3,4 miljoen personen een AOW-uitkering; bijna 1,6 miljoen mannen en ruim 1,8 miljoen vrouwen. Tien jaar eerder waren er in totaal bijna 2,7 miljoen AOW’ers; bijna 1,2 miljoen mannen en bijna 1,5 miljoen vrouwen. Inmiddels ontvangt 19,7 procent van de totale bevolking een AOW-uitkering.
Negen op de tien AOW’ers wonen in Nederland. Van de ruim 338 duizend AOW’ers die in het buitenland wonen, woont bijna de helft in België, Spanje of Duitsland.
Link naar deze cijfers
Vanaf 1 januari 2013 wordt de leeftijd voor de AOW-uitkering elk jaar stapsgewijs verhoogd, van 65 jaar tot 67 jaar en 3 maanden in 2023. In zowel 2016 als 2017 werd de AOW-leeftijd met drie maanden verhoogd, in de jaren daarvoor met steeds een maand. De gevolgen hiervan zijn terug te zien in de daling van het aantal AOW-ontvangers aan het begin van elk verslagjaar. Desondanks blijft het aantal AOW’ers stijgen, bij mannen iets sterker dan bij vrouwen.
Link naar deze cijfers
In het tweede kwartaal van 2017 hadden 761 duizend personen een arbeidsongeschiktheidsuitkering, ruim 4 duizend minder dan in juni 2013. In 2013 hadden mannen vaker een dergelijke uitkering dan vrouwen, maar ze zijn in het derde kwartaal van 2015 ingehaald door de vrouwen. Dit komt met name doordat de arbeidsparticipatie van vrouwen de afgelopen jaren flink is toegenomen, waarmee ook het aantal arbeidsongeschikte vrouwen stijgt. Vooral in de verpleeg- en zorgsector, waar veel meer vrouwen dan mannen werken, is het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen hoog.