Internationale handel in diensten
In dit hoofdstuk staat de internationale dienstenhandel centraal. We gaan in op de ontwikkeling van de Nederlandse handel in diensten over de tijd, waarbij ook de belangrijkste handelspartners en dienstensoorten onderscheiden worden. Daarnaast komt ook de internationale positie van Nederland als dienstenhandelaar aan bod: hoe belangrijk is Nederland voor de dienstenhandel van andere landen, als leverancier en als klant?
4.1Belangrijkste bevindingen
Nederlandse dienstenexport in 2022
- Nederland exporteerde in 2022 bijna 261 miljard euro aan diensten, 22 procent meer dan het jaar ervoor en de export ligt tevens 20 procent boven het niveau van 2019. In 2020 en 2021 werden juist nog minder diensten geëxporteerd onder invloed van herstructureringen als gevolg van de wijzigingen van fiscale regels, en de coronacrisis en bijbehorende reisbeperkingen.
- Extreme prijsstijgingen in 2021 en 2022 blijven niet langer beperkt tot bepaalde productgroepen, maar zijn ook terug te zien in de omvang van de internationale dienstenhandel. Ten opzichte van 2019 was het volume van de dienstenexport in 2022 met 1,5 procent toegenomen terwijl de exportprijzen van diensten in 2022 10,9 procent hoger lagen dan in 2019.
- Ten opzichte van 2021 groeiden de bestedingen van toeristen in Nederland procentueel het hardst (+91 procent). Reisverkeersdiensten wonnen in 2022 dan ook aan belang als dienstensoort.
- Duitsland was in 2022 de belangrijkste bestemming van Nederlandse diensten. Onze oosterburen ontvingen met name veel vervoersdiensten, zakelijke diensten en reisverkeersdiensten uit Nederland.
- Het VK en de VS staan op een tweede en derde plaats in de ranglijst van belangrijkste dienstenbestemmingen. Het VK ontving in 2022, ondanks de Brexit, meer vervoersdiensten dan in 2021 en 2019. De VS was de belangrijkste bestemming van zakelijke diensten en ontving 16 procent van alle door Nederland geëxporteerde diensten van deze soort.
- Ierland is vierde en wordt jaar-na-jaar een belangrijkere exportbestemming voor Nederlandse diensten (42 procent groei in 2022 ten opzichte van 2021). Deze groei wordt voornamelijk gedreven door een groeiende stroom telecommunicatie, computer- en informatiediensten en vergoedingen van intellectueel eigendom naar Ierland. Voor beide dienstensoorten was Ierland in 2022 de belangrijkste exportpartner.
Nederlandse dienstenimport in 2022
- De Nederlandse dienstenimport was in 2022 19 procent groter dan in 2021 en bedroeg 250 miljard euro. Dat is tevens boven het niveau van 2019.
- Hoewel het volume van de dienstenhandel in 2022 nog altijd onder het niveau van 2019 lag, zorgden de prijsstijgingen in de afgelopen jaren voor een flinke groei in importwaarde.
- De zakelijke diensten zijn het grootst in de import en net als bij de Nederlandse dienstenexport was er een grote groei waar te nemen bij de reisverkeersdiensten, waaronder de bestedingen van Nederlanders tijdens hun verblijf in het buitenland vallen. De groei van het reisverkeer kan verklaard kan worden doordat begin 2022 de reisbeperkingen ten gevolge van corona in de meeste landen afgebouwd werden.
- De VS was net als in 2021 de belangrijkste leverancier van diensten aan Nederland. Nederland importeerde 47,3 miljard euro aan diensten uit de VS. Betalingen voor het gebruik van intellectueel eigendom en de zakelijke diensten groeiden het hardst in absolute termen. Meer dan 60 procent van alle Nederlandse betalingen voor intellectueel eigendom over de grens kwamen terecht in de VS.
- Het VK en Duitsland zijn de belangrijkste dienstenleveranciers aan ons land. De import uit het VK groeide 11 procent tussen 2021 en 2022 en de import uit Duitsland was zelfs 27 procent groter in 2022. Duitsland was erg belangrijk voor de levering van vervoersdiensten aan Nederland.
- Frankrijk was in 2022 de vijfde grootste leverancier van diensten aan Nederland en Nederland importeerde 35 procent meer uit Frankrijk dan in 2021. Het land passeerde daarmee voor het eerst België op de ranglijst van belangrijkste dienstenleveranciers. De top 10 belangrijkste partners is verder stabiel sinds 2019.
Nederland als dienstenleverancier voor andere landen in 2021
- Nederland was in 2021 de zevende grootste dienstenexporteur ter wereld, maar wordt bijna ingehaald door Singapore dat een belangrijkere speler wordt in de wereldexport van diensten. De VS is al decennia de grootste dienstenexporteur.
- Voor België was Nederland in 2021 met 13,7 procent aandeel de tweede grootste dienstenleverancier. Nederland levert voornamelijk diensten voor vervoer en zakelijke diensten aan de zuiderburen.
Nederland als dienstenafnemer van andere landen in 2021
- Naar waarde is Nederland de zevende dienstenimporteur ter wereld en ons land importeert jaarlijks zo’n 4 procent van alle geïmporteerde diensten wereldwijd.
- Nederland is de belangrijkste bestemming voor Belgische diensten, waarbij Nederlandse bedrijven vooral vervoersdiensten en zakelijke diensten uit België importeren. Nederland is ook een belangrijke afnemer van diensten uit Barbados en Suriname.
Leeswijzer
In paragraaf 4.2 en 4.3 kijken we vanuit Nederlands perspectief naar de dienstenhandel met andere landen aan de hand van CBS cijfers. Paragraaf 4.2 gaat over de belangrijkste ontwikkelingen in de Nederlandse dienstenexport en in paragraaf 4.3 staan we stil bij de Nederlandse dienstenimport. De groeicijfers in deze paragrafen zijn tot en met 2019 in verband met een methodebreuk gebaseerd op een voorlopige teruglegging. In paragraaf 4.4 en 4.5 wordt van perspectief gewisseld en kijken we met de blik van de rest van de wereld. Hoe belangrijk is Nederland als dienstenleverancier en -afnemer voor andere landen? In paragraaf 4.4 beschrijven we het belang van Nederland in de totale dienstenimport van partnerlanden en in paragraaf 4.5 gaan we dieper in op het belang van Nederland in de totale dienstenexport van de handelspartners. Hierbij wordt data gebruikt van de OESO-WTO.noot1 Meer informatie over deze databron staat in paragraaf 4.6 Data en methoden.
4.2Export van diensten naar dienstensoort en land
De internationale handel in diensten is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse economie. De export van diensten draagt al een aantal jaren meer dan 10 procent bij aan het Nederlandse bbp, en 12,4 procent in het meest recent beschikbare jaar 2021. Bijna 1 miljoen voltijdbanen in 2021 hingen direct of indirect samen met de export van diensten. Nederland verdient aan de dienstenexport door de uitvoer van transportdiensten, betalingsdiensten, technische diensten bijvoorbeeld gerelateerd aan de winning van olie en gas, vergoedingen voor het gebruik van licenties en intellectueel eigendom, uitgaven van toeristen en dagjesmensen in Nederland, telecommunicatie, advies- en accountantsdiensten en nog veel meer soorten internationale dienstverlening.
Nederlandse dienstenexport in 2022 ruim boven niveau van vóór coronacrisis
De Nederlandse export van diensten bedroeg in 2022 bijna 261 miljard euro, zie figuur 4.2.1. Dat is 22 procent meer dan in 2021 en 20 procent boven het niveau van 2019, het laatste jaar voor de coronacrisis. In 2020 en 2021 exporteerde Nederland minder diensten dan in 2019, een krimp die onder meer te wijten was aan de coronacrisis en door bedrijven doorgevoerde herstructureringen als gevolg van wijzigingen in het belastingstelsel (Poulissen et al., 2022). Met name de export van reisverkeersdiensten nam enorm af door de reisbeperkingen die in 2020 en 2021 golden, waarmee ook de export van ondersteunende diensten voor het reisverkeer fors kleiner werd (zoals websites en platforms om accommodaties en vervoer te boeken). Door het opheffen van de meeste corona-gerelateerde reisbeperkingen is de export van reisverkeersdiensten in 2022 dan ook de dienstensoort die het snelst is gegroeid ten opzichte van één jaar eerder.
Jaar | Export |
---|---|
2014 | 153,8 |
2015 | 172,1 |
2016 | 164,0 |
2017 | 179,1 |
2018 | 199,9 |
2019 | 217,7 |
2020 | 200,2 |
2021* | 213,5 |
2022* | 260,8 |
Prijsstijgingen en de groei van dienstenexport
De huidige macro-economische situatie wordt gekenmerkt door een in historisch opzicht opvallend hoge inflatie. Zowel het prijsniveau van goederen als van diensten is de afgelopen jaren door verschillende oorzaken sterk gestegen. Al sinds het einde van de zomer van 2021 lopen bijvoorbeeld de energie- en brandstofprijzen sterk op en de Russische inval in Oekraïne gooide in 2022 extra olie op het vuur. Bovendien zorgden wereldwijde verstoringen in productieketens als gevolg van de coronapandemie, handelsconflicten, gecombineerd met een sterk economisch herstel in recente jaren en een grote inhaalvraag naar brandstoffen vanuit Azië, ook voor aanzienlijke prijsstijgingen. En waar deze sterke prijsstijgingen aanvankelijk voornamelijk beperkt bleven tot bepaalde productgroepen, lijkt de inflatie inmiddels breder te zijn doorgesijpeld naar de haarvaten van de economie.
De hoge inflatiecijfers hebben ook een impact op de omvang van de internationale dienstenhandel. De internationale dienstenhandel zoals die door het CBS wordt gemeten heeft betrekking op de totale handelswaarde; oftewel de totale waarde van alle verhandelde diensten. Dat betekent dat ontwikkelingen over tijd zowel een volume- als een prijseffect bevatten. Een toegenomen handelswaarde kan dus het resultaat zijn van een toegenomen dienstenvolume, een toegenomen prijs van deze diensten of een combinatie van beide factoren. Op dit moment zijn er bij het CBS geen gedetailleerde prijsindices voorhanden waarmee het volume- en prijseffect binnen de Internationale Handel in Diensten statistiek gemakkelijk van elkaar worden onderscheiden. Wel is het mogelijk een eerste, ruwe indicatie te geven op basis van de gegevens die bekend zijn over de opbouw van het bbp vanuit de finale bestedingen (CBS, 2023).
Als we hier in figuur 4.2.2 alleen naar de ontwikkeling van het volume van de dienstuitvoer kijken en prijsontwikkelingen buiten beschouwing laten, zien we dat de exportstijging ten opzichte van 2021 11,9 procent was. Ten opzichte van 2019, het laatste jaar voor corona is het volume van de dienstenexport in 2022 slechts 1,5 procent groter. De prijsstijgingen verklaren dus bijna de gehele groei van de dienstenexport tussen 2019 en 2022. We beschikken op dit moment niet over de volumeontwikkelingen verbijzonderd naar dienstensoorten of bestemmingslanden.
Jaar | Volume uitvoer | Prijs uitvoer | Volume invoer | Prijs invoer |
---|---|---|---|---|
2019 | 3,9 | 2,0 | -1,8 | 2,3 |
2020 | -10,3 | 1,2 | -10,8 | 1,4 |
2021 | 1,1 | 2,8 | -2,9 | 3,1 |
2022* | 11,9 | 6,6 | 10,5 | 7,8 |
Reisverkeersdiensten weer vijfde grootste dienstensoort in export
In figuur 4.2.3 wordt de samenstelling van de Nederlandse export van diensten weergegeven. Binnen alle dienstensoorten behalve de financiële diensten (600 miljoen minder) was er in 2022 meer export dan in 2021. De export van de overige diensten (industriële diensten, financiële diensten, verzekeringsdiensten, persoonlijke, culturele en recreatieve diensten, overheidsdiensten, onderhouds- en reparatiediensten en bouwdiensten) vormen afzonderlijk slechts een klein deel van de totale Nederlandse dienstenexport.
Het belang van reisverkeersdiensten was in 2022 met 6 procent van de totale exportwaarde weer de vijfde grootste dienstensoort, net als in 2019. Het betrof hier een groei van 91 procent (+7,4 miljard euro) ten opzichte van 2021. In 2021 daalde de export van reisverkeersdiensten tot 8,2 miljard euro, minder dan 4 procent van het totaal. Export van reisverkeersdiensten laat in 2022 dus een flink herstel zien, maar is nog niet terug op het niveau van 2019. Alle andere dienstensoorten, uitgezonderd bouwdiensten, hadden in 2022 een hogere exportwaarde dan in 2019.
Belang vervoersdiensten neemt verder toe
Met een aandeel van 30 procent in de totale exportwaarde is de zakelijke dienstverlening al jaren de belangrijkste dienstensoort in de Nederlandse export. In 2022 lag de exportwaarde 16 miljard euro hoger dan een jaar eerder. De export van vervoersdiensten was na het reisverkeer de snelst gegroeide dienstensoort en bedroeg 60,6 miljard euro in 2022. Hier spelen de eerder genoemde sterk gestegen energie- en brandstofprijzen die belangrijk zijn bij vervoer gerelateerde diensten een grote rol in (zie leeskader). Tot deze diensten behoren passagiers- en vrachtvervoer door de lucht en over zee, en verleende diensten ter ondersteuning hiervan aan niet-Nederlanders. Daarnaast betreft het ook overige vervoersdiensten als vracht- en passagiersvervoer en de ondersteunende diensten voor vervoer via het spoor, via de weg, de binnenvaart en per pijpleiding. Dit type diensten is gerelateerd aan het goederenvervoer en is belangrijk voor de Nederlandse export gegeven de rol van Nederland als toegangspoort voor het Europese achterland.
De export van Nederlandse telecommunicatie, computer- en informatiediensten nam in 2022 minder hard toe dan de andere grote dienstensoorten. In 2022 exporteerde Nederland 36,3 miljard euro van dat type diensten en daarmee was het de vierde grootste dienstensoort in de export. De export was 3,8 miljard euro groter dan in 2021, een iets kleinere groei dan bij de vergoedingen voor gebruik van intellectueel eigendom. De export van dit laatste type diensten kwam 4,2 miljard euro hoger uit dan in 2021 en werd daarmee de derde grootste dienstensoort in de Nederlandse export.
Jaar | Zakelijke diensten | Vervoersdiensten | Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom | Telecommunicatie, computer- en informatiediensten | Reisverkeer | Overig |
---|---|---|---|---|---|---|
2022* | 78,3 | 60,6 | 36,6 | 36,3 | 15,6 | 33,2 |
2021* | 62,0 | 47,7 | 32,4 | 32,5 | 8,2 | 30,7 |
2019 | 68,2 | 43,6 | 31,1 | 31,4 | 17,6 | 26,0 |
2015 | 49,4 | 34,3 | 20,9 | 34,8 | 12,4 | 20,5 |
Herstel van export reisverkeersdiensten op meerdere plekken zichtbaar
In figuur 4.2.4 worden de vijf grootste dienstensoorten in de export verder uitgesplitst om te zien hoe de export van specifieke dienstensoorten bijdraagt aan het totaal en hoe de exportwaarde zich ontwikkelt. Binnen de export van zakelijke diensten vertegenwoordigt de categorie ‘aan de handel gerelateerde diensten en overige zakelijke diensten’ de hoogste exportwaarde (40,7 miljard euro). Tot deze groep behoren onder andere diensten van architecten, ingenieurs, wetenschappelijke- en andere technische diensten, aan de mijnbouw, olie- en gaswinning verbonden diensten, en operationele leasing van bijvoorbeeld vliegtuigen. Ook platforms (bijvoorbeeld voor het bemiddelen van reizen, taxidiensten of accommodatie) vallen hieronder. De absolute groei van professionele en managementadviesdiensten was in 2022 iets minder groot dan de groei van andere dienstensoorten binnen de zakelijke diensten. Voorbeelden van professionele en managementadviesdiensten zijn juridische diensten, accounting, boekhouding en belastingadvies, zakelijk advies en public relations, adverteren en marktonderzoek. Export van R&D diensten bedroeg in 2022 5,6 miljard euro en was daarmee hoger dan in 2021, maar zo’n 3,5 miljard euro lager dan in 2019. In 2018 en 2019 waren enkele grote bedrijven verantwoordelijk voor een piek in de Nederlandse export van R&D diensten; het patroon lijkt vanaf 2020 weer in lijn met dat van 2014 tot en met 2017.
Dienstensoort | 2022* | 2021* |
---|---|---|
Zakelijke diensten | . | . |
R&D diensten | 5,6 | 5,2 |
Professionele en management- adviesdiensten |
32 | 27 |
Aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten |
40,7 | 29,9 |
Vervoersdiensten | . | . |
Zeevaart | 16,8 | 13,1 |
Luchtvaart | 18 | 14,1 |
Overig vervoer | 24,2 | 19,1 |
Post- en koeriersdiensten | 1,6 | 1,5 |
Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom |
. | . |
Franchises en soortgelijke rechten | 16,8 | 13,1 |
Vergoedingen voor het gebruik van R&D |
6,6 | 5,3 |
Vergoedingen voor het gebruik van software |
2,4 | 2,2 |
Vergoedingen voor het gebruik van audiovisuele producten |
10,8 | 11,8 |
Telecommunicatie, computer- en informatiediensten |
. | . |
Telecommunicatiediensten | 4,4 | 3,9 |
Computerdiensten | 23,9 | 20,9 |
Informatiediensten | 7,9 | 7,6 |
Reisverkeersdiensten | . | . |
Zakelijk reisverkeer | 5,2 | 2,8 |
Privé reisverkeer | 10,4 | 5,3 |
Bij overige vervoersdiensten, met onder andere het vrachtverkeer dat één van de belangrijkste vervoersdiensten is voor Nederland, is met 5,1 miljard euro de grootste absolute toename waar te nemen binnen de vervoersdiensten. Daarna is de export van luchtvaartdiensten het grootst met 18 miljard euro, gevolgd door zeevaartdiensten met 16,8 miljard euro. Tot deze diensten behoren passagiers- en vrachtvervoer door de lucht en respectievelijk over zee, en diensten ter ondersteuning hiervan, verleend aan buitenlandse ingezetenen. Export van vergoedingen voor licenties op reproductie en distributie van audiovisuele en verwante producten, waarbij we kunnen denken aan vergoedingen voor distributierechten op muziek en films, was in 2022 juist lager dan in 2021. Binnen de export van telecommunicatie, computer- en informatiediensten waren de computerdiensten het belangrijkst. Deze dienstensoort omvat onder andere vergoedingen voor het gebruik, of eigendomsrechten van software. Na twee jaar van beperkte groei, nam de export van computerdiensten in 2022 weer toe (+3,0 miljard euro).
Duitsland belangrijkste exportpartner in 2022
In 2022 was Duitsland de belangrijkste exportbestemming van Nederlandse diensten. De waarde van de dienstenexport naar Duitsland kwam in 2022 uit op ruim 35 miljard euro. Dat was een groei van 30 procent ten opzichte van 2021. 42 procent van die groei kwam voor rekening van de hogere export van reisverkeersdiensten, en dan met name de bestedingen van Duitse reizigers in Nederland voor privé doeleinden. De groei van de export naar de tweede grootste bestemming, het VK, vond met name plaats binnen de zakelijke diensten en de vervoersdiensten (zie leeskader over de Brexit voor meer details). De exportgroei naar de VS (op plek drie) was beperkt door onder andere de lagere export van financiële diensten. De exportwaarde van die financiële diensten liep terug van 4,9 miljard euro in 2021 naar 1,2 miljard een jaar later mede door de verlegging van geld- en investeringsstromen door bedrijven. De export van met name vervoersdiensten en zakelijke diensten naar de VS groeide wel tussen 2021 en 2022.
In 2019 en 2021 was de dienstenexport naar Duitsland ook al het grootst, maar het verschil met de VS en het VK als tweede en derde belangrijkste partner was in 2022 een stuk groter, zoals ook te zien is in figuur 4.2.5. De top 5 exportbestemmingen wordt in 2022 gecompleteerd door respectievelijk Ierland (8,7 procent) en Zwitserland (7,0 procent). De waarde van de Nederlandse export naar Ierland was in 2022 42 procent groter dan in 2021. Deze groei komt voort uit de hoge exportwaarde van enkele bedrijven gespecialiseerd in het leveren van gebruikerslicenties. Zwitserland betaalde Nederland in 2022 voornamelijk voor gebruik van intellectueel eigendom en voor het afnemen van diensten verbonden aan de bewerking en verwerking van goederen, en vervoersdiensten. De export van laatstgenoemde soort groeide met 1,1 miljard euro in 2022 in vergelijking met een jaar eerder. Zwitserland was voor het tweede jaar op rij een belangrijkere bestemming voor onze diensten dan België, dat met Frankrijk op een gedeelde zesde plaats staat met een aandeel van 5,8 procent in de totale exportwaarde.
De vijf grootste partners voor Nederland ontvingen meer dan de helft van de totale dienstenexport in 2022. In 2019 ging 101 miljard euro naar de vijf grootste bestemmingen, goed voor 47 procent van het totaal. Ook als we kijken naar het aandeel van de totale export dat terechtkomt bij de grootste tien (70 procent) of vijfentwintig (87 procent) handelspartners blijkt dat een groeiend deel van de handel zich concentreert bij de grootste bestemmingslanden. In 2019 was 64 procent van de dienstenexport geconcentreerd bij de tien grootste, en 85 procent bij de vijfentwintig grootste partners.
Land | 2022* | 2021* | 2019 |
---|---|---|---|
Duitsland | 35,1 | 27 | 28,9 |
VK | 30 | 25,7 | 25 |
VS | 26,7 | 26,4 | 22,3 |
Ierland | 22,7 | 15,9 | 12,8 |
Zwitserland | 18,2 | 13,2 | 10,9 |
België | 15,2 | 12,2 | 12,3 |
Frankrijk | 15,2 | 11,6 | 11,8 |
Italië | 7,5 | 5,8 | 6,2 |
Zweden | 6,1 | 5,1 | 4,5 |
Spanje | 6 | 4,5 | 4,8 |
Ondanks Brexit groeiende dienstenexport naar het VK
Nederland exporteerde in 2022 circa 30 miljard euro aan diensten naar het VK. Dat is 20 procent meer dan in 2019 en 17 procent meer dan in 2021. Die doorzettende stijging is opvallend gezien het feit dat het VK op 31 januari 2020 de Europese Unie formeel heeft verlaten. Daar waar de goederenexport naar het VK in 2021 – het eerste jaar waarin de regels van de Interne Markt niet meer van toepassing zijn – slechts heel beperkt groeide en ook in 2022 een relatief kleine groei ten opzichte van de totale exportgroei liet zien, blijkt de export van diensten hier (voorlopig) immuun voor (zie paragraaf 3.3 over de goederenexport in hoofdstuk 3 van deze publicatie). Dit is mogelijk dankzij het feit dat er in de Trade and Cooperation Agreement tussen het VK en de EU minder expliciete afspraken zijn vastgelegd over de wederzijdse dienstenhandel dan over de goederenhandel. Ook de Britse cijfers over de dienstenimport laten een sterke groei zien, ondanks het inwerking treden van de Brexit en de verwachte beperkingen (The Economist, 2023). Mogelijk heeft beperkte toegang als gevolg van de Brexit minder effect op diensten dan op de goederenhandel en is het voor dienstenhandelaren voorlopig nog makkelijker om diensten, al dan niet via een omweg, op de gewenste bestemming te krijgen.
Zakelijke diensten waaronder juridische en accountingdiensten zijn met een waarde van 9,8 miljard euro in 2022 de belangrijkste vorm van dienstenexport naar het VK. Bijna een derde van de dienstenexport naar het VK bestaat uit zakelijke diensten. Vervoersdiensten zijn de tweede grootste dienstencategorie. In 2022 vond er veel meer export van vervoersdiensten naar het VK plaats dan in 2019 en 2021. De uitgaven van Britse toeristen en zakelijke reizigers tijdens hun verblijf in Nederland lagen in 2022 op 876 miljoen euro. Dat is ruim 4 keer zoveel als een jaar eerder, maar nog steeds 38 procent minder dan in 2019, vóór de effectieve Brexit en het uitbreken van de coronapandemie.
Groot aandeel zakelijke diensten naar de VS
Het belang van de grootste exportpartners varieert tussen verschillende dienstensoorten. In figuur 4.2.6 zien we het aandeel van de vijf belangrijkste handelspartners in de grootste dienstensoorten. De VS was de belangrijkste bestemming voor zakelijke diensten, 16 procent ging naar dit land. Bijna de helft van alle diensten die naar de VS werden geëxporteerd waren dan ook zakelijke diensten. Binnen de export van vervoersdiensten is Duitsland met 16 procent de belangrijkste afnemer. Dat is niet verwonderlijk omdat veel goederen vanuit Nederland naar Duitsland vervoerd worden via de weg en met name de binnenvaart, zoals aangetoond in Creemers et al. (2020). Ierland is nog steeds een relatief belangrijke bestemming voor onze export van intellectueel eigendom, ook na veranderingen van fiscale regels ging in 2022 bijna 21 procent van alle vergoedingen voor intellectueel eigendom naar Ierland. Zwitserland kreeg 14 procent van de totale exportwaarde van dit type diensten. Ook binnen de export van telecommunicatie, computer- en informatiediensten was Ierland, met 19 procent van de exportwaarde, de grootste afnemer, gevolgd door het VK.
Bijna 45 procent van alle export van reisverkeersdiensten ging naar Duitsland in 2022, voor het overgrote deel waren dit privé reisverkeersdiensten. De andere grote partners ontvingen allemaal minder dan 1 miljard euro aan reisverkeersdiensten uit Nederland. Een groot aandeel van de export van financiële diensten gaat naar het VK.
Dienstensoort | Duitsland | VK | VS | Ierland | Zwitserland | Overig |
---|---|---|---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 11,9 | 12,5 | 15,6 | 6,3 | 3,7 | 50 |
Vervoersdiensten | 15,8 | 12,3 | 10,8 | 2,8 | 6,4 | 51,9 |
Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom |
6,9 | 10,1 | 4,4 | 20,6 | 13,7 | 44,3 |
Telecommunicatie, computer- en informatiediensten |
9,4 | 11,9 | 9,1 | 18,7 | 2,4 | 48,5 |
Reisverkeersdiensten | 44,8 | 5,6 | 3,8 | 0,9 | 1,1 | 43,8 |
4.3Import van diensten naar dienstensoort en land
Nederland had in 2022 een handelsoverschot in de dienstenhandel. In heel 2022 werd er voor 10,7 miljard euro meer aan diensten geëxporteerd dan geïmporteerd. Consumenten gebruiken een deel van de geïmporteerde diensten direct en een ander deel wordt door bedrijven verder verwerkt in hun productieprocessen. In hoofdstuk 7 van deze publicatie wordt verder ingegaan op de bestemming van de Nederlandse import.
De waarde van de dienstenimport kwam in 2022 zo’n 19 procent hoger uit dan een jaar eerder. In totaal bedroeg de waarde van de Nederlandse dienstenimport iets meer dan 250 miljard euro (zie figuur 4.3.1). Dat is meer dan 16 procent boven het niveau van 2019 en de dienstenimport is daarmee ook volledig hersteld van de dip tijdens de coronacrisis voor wat betreft de handelswaarde. In 2021 was zowel de import- als exportwaarde van diensten nog ongeveer 4 miljard euro lager dan in 2019. De groei van de dienstenimport wordt, net als bij de export, voor een belangrijk deel veroorzaakt door prijsstijgingen. Ten opzichte van 2021 groeide het volume van de dienstenimport met 10,5 procent in 2022, de dienstenprijzen groeiden met 7,8 procent (CBS, 2023). Het belang van prijsstijgingen wordt duidelijker als we kijken naar de ontwikkeling van het importvolume tussen 2019 en 2022. Het importvolume van diensten was in 2022 nog 4,3 procent lager dan in 2019, het laatste jaar voor corona. De prijsstijgingen zijn dus de enige reden voor de stijging van de totale Nederlandse dienstenimport ten opzichte van 2019 (zie het tekstkader in paragraaf 4.2 voor meer context over de prijsontwikkelingen).
Jaar | Import |
---|---|
2014 | 148,4 |
2015 | 191,6 |
2016 | 164,7 |
2017 | 178,9 |
2018 | 202,1 |
2019 | 214,6 |
2020 | 190,8 |
2021* | 210,7 |
2022* | 250,1 |
Ruim één derde van de importwaarde afkomstig van zakelijke diensten
De vijf grootste dienstensoorten vertegenwoordigden in 2022 86 procent van de totale Nederlandse dienstenimport, zie figuur 4.3.2. Meer dan 35 procent van de Nederlandse importwaarde werd in 2022 gevormd door zakelijke diensten. Vervoersdiensten zijn met 19 procent het op één na grootst.
De import van vervoersdiensten groeide in 2022 hard, procentueel gezien ten opzichte van 2021 (+27 procent) nog iets harder dan de zakelijke diensten (+19 procent). De importwaarde van de vervoersdiensten nam onder andere sterk toe door de gestegen energie- en brandstofprijzen die van groot belang zijn bij vervoer gerelateerde diensten. Bij de reisverkeersdiensten zien we in 2022 ten opzichte van 2021 de grootste relatieve groei. Ondanks opgeheven reisbeperkingen was de importwaarde van reisverkeersdiensten nog wel lager dan voor de coronacrisis. Financiële diensten, in 2021 nog de vijfde grootste dienstensoort in de import, werden in 2022 minder geïmporteerd en waren net als voor 2020 weer de zesde grootste.
Jaar | Zakelijke diensten | Vervoersdiensten | Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom |
Telecommunicatie, computer- en informatiediensten |
Reisverkeersdiensten | Overig |
---|---|---|---|---|---|---|
2022* | 87,9 | 48,3 | 36 | 24,7 | 18,9 | 34,2 |
2021* | 74 | 38,1 | 34,6 | 20,7 | 10,1 | 33,4 |
2019 | 76,7 | 33,5 | 37,1 | 17,7 | 20,8 | 28,8 |
2015 | 48,8 | 20,4 | 39,1 | 44,9 | 18 | 20,5 |
Sterke absolute importgroei van overige vervoersdiensten
In figuur 4.3.3 splitsen we de top 5 geïmporteerde diensten verder uit om beter inzicht te krijgen in welke specifieke diensten belangrijk zijn in de import. Bij de import van zakelijke diensten valt op dat de professionele en managementdiensten het grootst zijn en belangrijker zijn geworden in 2022 (25 procent hogere importwaarde dan in 2021). R&D diensten spelen een kleinere rol net als bij de export van zakelijke diensten. Binnen de vervoersdiensten groeiden alle categorieën ten opzichte van een jaar eerder. Import van het overig vervoer heeft hier het grootste aandeel met bijna 29 miljard euro; het gaat dan met name om diensten ter ondersteuning van de binnenvaart, vervoer over de weg en per pijpleiding. De import van zee- en luchtvaartdiensten groeide ten opzichte van 2021 relatief gezien harder dan overige vervoersdiensten met respectievelijk 35 en 43 procent.
Dienstensoort | 2022* | 2021* |
---|---|---|
Zakelijke diensten | . | . |
R&D diensten | 7,9 | 7,2 |
Professionele en management- adviesdiensten |
50,6 | 40,5 |
Aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten |
29,5 | 26,3 |
Vervoersdiensten | . | . |
Zeevaart | 11,9 | 8,8 |
Luchtvaart | 6,3 | 4,4 |
Overig vervoer | 28,6 | 23,5 |
Post- en koeriersdiensten | 1,5 | 1,3 |
Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom |
. | . |
Franchises en soortgelijke rechten | 15,6 | 14,8 |
Vergoedingen voor het gebruik van R&D |
1,8 | 1,7 |
Vergoedingen voor het gebruik van software |
8,1 | 8,2 |
Vergoedingen voor het gebruik van audiovisuele producten |
10,4 | 9,9 |
Telecommunicatie, computer- en informatiediensten |
. | . |
Telecommunicatiediensten | 4,7 | 3,7 |
Computerdiensten | 17,7 | 15,3 |
Informatiediensten | 2,3 | 1,7 |
Reisverkeersdiensten | . | . |
Zakelijk reisverkeer | 1,7 | 0,7 |
Privé reisverkeer | 17,2 | 9,4 |
De vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom zijn in 2022 geconcentreerd bij franchises en soortgelijke rechten. De importwaarde van vergoedingen voor gebruik van software, R&D en audiovisuele producten veranderde nauwelijks ten opzichte van 2021. De lage vergoedingen voor het gebruik van R&D zijn opvallend als deze vergeleken worden met 2019. Toen betaalde Nederland namelijk nog 5,4 miljard euro voor de import van dit type diensten. Net als bij de export van R&D diensten betrof het een afwijkend importpatroon in 2018 en 2019, gedreven door schommelingen in de import van een aantal grotere bedrijven. De dalende trend in het aandeel betalingen voor gebruik van intellectueel eigendom werd mede veroorzaakt door veranderingen in het belastingstelsel en de daaropvolgende verlegging van geld- en inkomensstromen door bedrijven (Poulissen et al., 2022). Na twee jaar van flinke krimp groeide de import van reisverkeersdiensten weer in 2022. De bestedingen van Nederlandse toeristen in het buitenland waren in 2022 ruim 17 miljard euro en laten daarmee 83 procent groei zien ten opzichte van 2021.
Verenigde Staten veruit belangrijkste importpartner
Net zoals in 2021 werden in 2022 opnieuw de meeste diensten geïmporteerd uit de VS, zie figuur 4.3.4. Het niveau van de import uit de VS was in 2021 al weer 10 procent hoger dan in 2019 in tegenstelling tot andere grote partners als Duitsland en het VK, waaruit de dienstenimport in 2021 ten opzichte van 2019 lager was (Duitsland) of op het zelfde niveau lag (VK). In 2022 groeide de import uit de VS verder tot 47,3 miljard euro met name door meer betalingen voor het gebruik van intellectueel eigendom en meer import van zakelijke diensten. De waarde van diensten die in 2022 vanuit het VK naar Nederland kwamen was 31,4 miljard euro. Daarmee stond het VK op de tweede plek als herkomstland voor diensten. Nederland importeerde 11 procent meer aan diensten uit het VK dan in 2021. De importwaarde uit Duitsland was in 2021 nog lager dan in 2019 doordat het reisverkeer van Nederlandse toeristen en zakelijke reizigers naar Duitsland in 2020 en 2021 sterk daalde. De dienstenwaarde uit Duitsland groeide met 27 procent ten opzichte van 2021 tot 28,4 miljard euro in 2022: zakelijke diensten, reisverkeersdiensten en vervoersdiensten droegen elk voor ruim 20 procent bij aan deze importgroei. Ook voor de overige landen in figuur 4.3.4 groeide de importwaarde tussen 2021 en 2022. Hierbij valt op dat met name de import uit Frankrijk, Ierland en België tussen 2021 en 2022 hard groeide. In 2022 was de import vanuit Frankrijk bijvoorbeeld 35 procent hoger dan een jaar eerder. Deze groei werd met name gestuwd door de zakelijke diensten (+1,8 miljard euro). Zwitserland was het tiende herkomstland en net als in 2021 minder belangrijk voor Nederland dan in 2019. Hierbij speelt de verlegging van internationale geldstromen een rol die het gevolg kunnen zijn van de wijzigingen in de Nederlandse fiscale wetgeving.
Land | 2022* | 2021* | 2019 |
---|---|---|---|
VS | 47,3 | 45,2 | 41 |
VK | 31,4 | 28,3 | 28,2 |
Duitsland | 28,4 | 22,4 | 24,3 |
Ierland | 19,6 | 16,7 | 14,5 |
Frankrijk | 17,8 | 13,2 | 11,2 |
België | 16,2 | 13,7 | 12 |
Spanje | 7 | 5,4 | 6,2 |
Italië | 6,8 | 5,5 | 5,8 |
Polen | 5,7 | 4,8 | 4,3 |
Zwitserland | 5,2 | 4,5 | 8,9 |
India is Nederlands belangrijkste Aziatische importpartner
India is sinds 2019 de grootste Aziatische leverancier van diensten aan Nederland en stond daarmee op plek 11. De import uit India groeide in 2022 bovendien sneller dan bij andere belangrijke leveranciers en is ten opzichte van 2021 met 1 miljard euro gegroeid tot 5 miljard euro (zie figuur 4.3.5). Dat is 1,5 miljard euro meer dan de dienstenimport afkomstig uit China (twaalfde in ranking). Het zijn de telecommunicatie, computer- en informatiediensten die Nederland voornamelijk meer importeerde uit India. In 2022 was de import van dit type diensten 2 miljard euro groter dan in 2015. In dat jaar was India nog de 18e grootste partner.
India is voor Nederland voornamelijk een leverancier in plaats van een afzetmarkt van diensten. India stond in 2022 op de 22e plaats van belangrijkste bestemmingen voor Nederlandse diensten, achter bijvoorbeeld China (20e plaats) en Japan (15e plaats). De Nederlandse export van diensten naar India was in 2022 1,8 miljard euro hoger dan gemiddeld tussen 2015 en 2021, maar de export naar India groeit minder hard dan de import. Met de intrede van de coronacrisis begin 2020 kwam de groei van de export in 2018 en 2019 ten einde. De waarde van de dienstenexport was in 2022 weer op hetzelfde niveau als in 2019 en 50 procent hoger dan in 2021 (voor meer details over de Nederlandse dienstenhandel met India zie Herbers et al., 2023).
Jaar | Export | Import |
---|---|---|
2014 | 0,9 | 1,7 |
2015 | 0,9 | 1,8 |
2016 | 1,0 | 2,0 |
2017 | 1,2 | 2,4 |
2018 | 1,4 | 3,4 |
2019 | 1,8 | 3,6 |
2020 | 1,5 | 4,0 |
2021* | 1,2 | 4,0 |
2022* | 1,8 | 5,0 |
Ten opzichte van 2021 is het aandeel van de drie grootste landen in de totale Nederlandse dienstenimport in 2022 iets lager. Iets minder dan 43 procent van alle geïmporteerde diensten kwam in 2022 uit de VS, het VK of Duitsland terwijl een jaar eerder bijna 46 procent uit die drie grootste landen afkomstig was. De importgroei uit vooral de VS en in mindere mate het VK was procentueel kleiner dan bij andere grote leveranciers zoals Frankrijk, Spanje en Duitsland. Tot en met 2018 was de import meer verdeeld over verschillende landen. Minder dan een derde van de totale import was bijvoorbeeld in 2017 afkomstig van dezelfde drie grootste partners.
Groot aandeel van betalingen voor gebruik intellectueel eigendom gericht aan de VS
Figuur 4.3.6 laat per dienstensoort zien wat het aandeel van de vijf belangrijkste handelspartners is. Zakelijke diensten komen voor 16 procent uit het VK, maar ook uit de VS (15 procent) en Duitsland (12 procent) importeerde Nederland een aanzienlijk deel van deze diensten. Duitsland is de belangrijkste importpartner bij de vervoersdiensten, gevolgd door Frankrijk. Veel goederen worden via de weg en binnenvaart vanuit het Europese achterland naar Nederland vervoerd. Betalingen voor het gebruik of de distributie van intellectueel eigendom worden voornamelijk gedaan aan de VS (21,8 miljard euro) en in mindere mate aan Ierland (6,9 miljard). De vijf belangrijkste importlanden zijn samen goed voor 90 procent van de importwaarde van deze diensten. Reisverkeersdiensten, met name privé reisverkeer, waren in 2022 voor 17 procent van het totaal afkomstig uit Duitsland. Dit type diensten komt uit veel verschillende landen ten opzichte van de andere grote dienstensoorten; Nederlanders reizen graag naar Duitsland en Frankrijk, maar ook naar veel andere landen, en ook de bestemming van zakenreizen is gevarieerd. De vijf grootste leveranciers waren slechts verantwoordelijk voor 38 procent van de reisverkeersdiensten.
Dienstensoort | VS | VK | Duitsland | Ierland | Frankrijk | Overig |
---|---|---|---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 14,9 | 16,2 | 11,5 | 8,5 | 6,8 | 42 |
Vervoersdiensten | 5,7 | 6,9 | 13,5 | 3 | 12,5 | 58,4 |
Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom | 60,7 | 5,3 | 3,6 | 19,3 | 1,4 | 9,7 |
Telecommunicatie, computer- en informatiediensten | 17,9 | 15,1 | 10,2 | 10,3 | 3,4 | 43,2 |
Reisverkeersdiensten | 5,1 | 4,8 | 17,3 | 0,5 | 10,2 | 62,1 |
4.4Belang van Nederland als dienstenleverancier voor andere landen
De internationale dienstenhandel zit in de lift en internationale cijfers laten zien dat het belang van diensten in een digitaliserende wereld sneller groeit dan de bijdrage van de goederenhandel aan de economie (Loungani et al., 2017). Volgens Baldwin (2022) zijn intermediaire diensten, diensten voor een bedrijf en niet voor een klant, zelfs de toekomst van globalisering. Het belang van diensten groeit onder andere door het wegvallen van digitale barrières. Hoewel de bijdrage van dienstenhandel aan het wereldwijde bbp (14 procent in 2019) nog niet in de buurt komt van de bijdrage van de goederenhandel, lijkt de laatste categorie niet terug te keren naar de piek van 2008. In dat jaar droeg de handel in goederen voor 50 procent bij aan het wereldwijde bbp en in 2019 was de bijdrage teruggelopen naar 43 procent (Baldwin, 2022). Dienstenhandel is dus belangrijk voor de economie en de vorige paragrafen (4.2 en 4.3) en figuur 4.4.1 lieten zien dat het VK, de VS en Duitsland de belangrijkste partnerlanden zijn voor de internationale dienstenhandel vanuit Nederlands perspectief. Maar hoe belangrijk is Nederland voor andere landen wat betreft hun internationale dienstenhandel? In welke landen heeft Nederland een groot aandeel in de dienstenimport, en groeide dit aandeel de afgelopen jaren, of juist niet? Hoe belangrijk is Nederland als leverancier van diensten voor andere landen? Naast het belang van Nederland kijken we ook naar de positie van Nederland in de wereldwijde dienstenhandel.
Voor de analyse van de Nederlandse positie in de internationale dienstenhandel worden de cijfers van OESO en WTO gebruikt (OESO, 2023a). Omdat de door Nederland geregistreerde export naar Duitsland niet hetzelfde is als de door Duitsland gerapporteerde import uit Nederland hebben de OESO en WTO een gebalanceerde dataset gemaakt (Fiallos & Liberatore, 2023). Meer informatie over deze databron staat in paragraaf 4.6 Data en methoden.
Nederland zevende grootste exporteur van diensten ter wereld
In 2021 waren de zeven grootste dienstenexporteurs verantwoordelijk voor 47,2 procent van de wereldwijde dienstenexport. De VS, het VK en Duitsland zijn de grootste dienstenexporteurs ter wereld (zie figuur 4.4.2). Het aandeel van het VK neemt over de jaren af. Dit hangt samen met de beperkte groei van handel in verzekeringsdiensten, vergoedingen voor gebruik van intellectueel eigendom, en telecommunicatie, computer-, en informatiediensten ten opzichte van de groei die de wereldhandel in die dienstensoorten laat zien. De Brexit lijkt echter wel minder effect te hebben op de dienstenhandel dan de goederenhandel (zie leeskader Brexit in paragraaf 4.2). Ook het aandeel van Singapore, dat achtste staat, steeg snel. Dit komt doordat het in recente jaren hervormingen heeft doorgevoerd om de handelsbeperkingen in de dienstensector te verminderen (OESO, 2023b). Nederland was in 2021 de zevende grootste dienstenleverancier ter wereld. De Nederlandse dienstenexport bestaat voornamelijk uit zakelijke diensten, vervoersdiensten, telecommunicatie, computer- en informatiediensten en vergoeding voor het gebruik van intellectueel eigendom (zie paragraaf 4.2). De Nederlandse expertise in deze diensten maakt ons land een belangrijke dienstenexporteur.
Met de intrede van de coronacrisis in 2020, daalde de export van diensten mondiaal met 17,4 procent in waarde in ten opzichte van 2019. Echter herstelde de wereldexport zich in de loop van 2021 en steeg de wereldexport met 16,6 procent in vergelijking met 2020. Er is heterogeniteit in het effect van de crisis op de dienstenhandel in verschillende landen en dienstensoorten (Arriola et al., 2022). Waar de meeste van de grootste leveranciers hun aandeel in de wereldexport zagen stijgen sinds 2019, leidde deze schok voor Japan en Nederland tot een daling van hun aandeel in de wereldexport in 2021. Het aandeel van Nederland in de wereldwijde dienstenexport daalde van 4,2 procent in 2019 tot 3,7 procent in 2021. De daling van het Nederlandse belang hangt mogelijk deels samen met het feit dat enkele grote multinationals die eerder een deel van hun internationale geldstromen door Nederland lieten lopen, deze stromen nu hebben verlegd naar het buitenland (zie o.a. Poulissen et al., 2022). Mogelijk reageerden bedrijven hiermee op reeds doorgevoerde en aanstaande wijzigingen in de fiscale behandeling van multinationals binnen Nederland. Deze regels maken het voor multinationals minder aantrekkelijk om bepaalde inkomensstromen door Nederland te laten lopen. Nederland zag China en Ierland passeren op de ranglijst van grootste dienstenexporteurs. Genoemde landen zagen hun belang in de wereldexport stijgen met respectievelijk 1,1 en 1,3 procentpunt ten opzichte van 2019.
Jaar | VS | VK | Duitsland | China | Ierland | Frankrijk | Nederland |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2005 | 14,9 | 8,8 | 6,5 | 3,3 | 2,3 | 5,3 | 4 |
2006 | 14,7 | 8,9 | 6,5 | 3,4 | 2,3 | 5,2 | 3,9 |
2007 | 14,6 | 8,8 | 6,5 | 3,6 | 2,4 | 5,2 | 3,9 |
2008 | 14,2 | 8,1 | 6,5 | 3,7 | 2,3 | 5,2 | 3,9 |
2009 | 15 | 7,9 | 6,5 | 3,5 | 2,3 | 5,1 | 4,1 |
2010 | 15,3 | 7,6 | 6,1 | 3,9 | 2,3 | 4,7 | 3,9 |
2011 | 15,1 | 7,6 | 6 | 3,9 | 2,3 | 4,9 | 3,9 |
2012 | 15,6 | 7,5 | 5,9 | 3,9 | 2,2 | 4,8 | 3,7 |
2013 | 15,7 | 7,5 | 6 | 3,8 | 2,3 | 4,7 | 3,9 |
2014 | 15,7 | 7,5 | 6 | 3,8 | 2,4 | 4,8 | 4 |
2015 | 16,4 | 7,6 | 5,9 | 4 | 2,6 | 4,6 | 4 |
2016 | 16,6 | 7,4 | 6 | 3,9 | 2,8 | 4,6 | 3,9 |
2017 | 16,1 | 7,2 | 6 | 3,8 | 3,1 | 4,5 | 4 |
2018 | 15,3 | 7,2 | 6 | 4 | 3,4 | 4,5 | 4,2 |
2019 | 15,2 | 7 | 5,8 | 3,9 | 3,6 | 4,3 | 4,2 |
2020 | 16,2 | 7,6 | 6,2 | 4,4 | 4,7 | 4,2 | 3,9 |
2021 | 15,7 | 7,3 | 6,3 | 5 | 4,9 | 4,3 | 3,7 |
Bron: CBS, OESO-WTO |
Nederland van groot belang voor Belgische dienstenimport
België importeerde in 2021 13,7 procent van alle geïmporteerde diensten uit Nederland en in geen enkel ander land, met een dienstenimport uit Nederland van minstens 1 miljard US dollar, nam Nederland een groter deel van de totale dienstenimport voor haar rekening (zie figuur 4.4.3). Nederland was daarmee na Frankrijk de belangrijkste leverancier van diensten voor België. In 2021 was 6,5 procent van de totale Duitse dienstenimport afkomstig uit Nederland en Nederland was daarmee Duitslands derde belangrijkste importpartner achter de VS en het VK. Wel was het aandeel hier 0,5 procentpunt lager dan in 2019. Ook in Frankrijk en Ierland daalde het aandeel van de import afkomstig uit Nederland tussen 2019 en 2021. Vanuit Nederlands perspectief hangt de daling onder andere samen met het achterblijven van het reisverkeer. Daarnaast wordt in het geval van Ierland de daling waarschijnlijk overschat doordat het erop lijkt dat een aantal grote stromen van export naar Ierland ten onrechte als dienstenhandel wordt gezien in de OESO-WTO cijfers tot en met 2019. In de CBS cijfers vanaf 2020 heeft een correctie plaatsgevonden voor een aantal stromen die bij nader inzien niet als internationale dienstenhandel moeten worden gekenmerkt. Deze correctie is voor longitudinale analyses doorgevoerd in de cijfers tot en met 2019 maar mogelijk niet overgenomen in de internationale OESO-WTO cijfers.
De sterke daling van het Nederlandse belang als leverancier voor de Ierse importmarkt valt samen met een daling van het belang van Bermuda en een verdubbeling van het VS aandeel in de Ierse import. Deze verdubbeling komt voornamelijk door een sterke toename in vergoedingen voor gebruik van intellectueel uit de VS. Met het uitfaseren van de ‘Double Irish arrangement’ tussen 2015 en 2020 werden Amerikaanse multinationals (met Ierse vestigingen) ontmoedigd om intellectueel eigendom te verstrekken vanuit belastingparadijzen als Bermuda. De ’Tax Cuts and Jobs act’ maakte het voor Amerikaanse multinationals bovendien aantrekkelijk om intellectueel eigendom vanuit de VS te verstrekken. Ierse vestigingen van Amerikaanse multinationals zijn daardoor vaker gaan betalen voor vergoedingen van intellectueel eigendom verstrekt vanuit de VS ten koste van betalingen via Bermuda (Coffey, 2021; Garcia-Bernardo et al., 2022).
Land | 2021 | 2019 |
---|---|---|
België | 13,7 | 14,6 |
Polen | 7,1 | 6,4 |
Finland | 6,9 | 6,6 |
Duitsland | 6,5 | 7 |
Ierland | 6,4 | 12,2 |
Zweden | 6,4 | 6,3 |
Roemenië | 5,9 | 5,2 |
VK | 5,8 | 5,5 |
Frankrijk | 5,2 | 5,6 |
Spanje | 5 | 4,5 |
Bron: CBS, OESO-WTO | ||
1) Landen met minimaal 1 miljard US dollar dienstenimport afkomstig uit Nederland in 2021. |
Uit de CBS cijfers blijkt dat Polen een hogere waarde aan vervoersdiensten, vergoeding voor het gebruik van intellectueel eigendom en telecommunicatie, computer- en informatiediensten uit Nederland importeerde. Hierdoor nam het Nederlandse belang in de Poolse import toe tussen 2019 en 2021 en is Nederland na Duitsland de tweede dienstenleverancier. Ondanks het in werking treden van de Brexit in 2021, is het belang van Nederland in de Britse dienstenimport toegenomen. In paragraaf 4.2 zagen we vanuit Nederlands perspectief ook al dat de Brexit geen daling van de dienstenexport naar het VK tot gevolg had. De stijging van de export van Nederlandse diensten naar het VK komt met name door de vervoersdiensten en telecommunicatie, computer- en informatiediensten, ondanks een afname van het privé en zakelijke reisverkeer. De importwaarde van vrachtvervoersdiensten via de weg, de zeevaart en overige vervoersdiensten zijn toegenomen door onder andere de prijsstijgingen van vrachtcontainers tijdens de coronacrisis (Business Insider, 2021).
Voor geen enkel van de landen die minstens voor 1 miljard US dollar aan diensten uit Nederland importeerden was Nederland in 2021 de belangrijkste leverancier van diensten. Het valt op dat Nederland een relatief klein belang heeft in de dienstenimport van een aantal grote dienstenexporteurs. Uit Nederland afkomstige diensten vertegenwoordigen minder dan 3 procent van totale dienstenimport van de VS, China en Japan. In deze landen waren in 2021 minstens negen landen belangrijker voor de dienstenimport dan Nederland.
Nederlandse belang in Bulgaarse dienstenimport stijgt
Kijken we naar dienstenimporteurs met minder dan 1 miljard US dollar import uit Nederland, dan heeft Nederland een aandeel van 11,2 procent in de Surinaamse dienstenimport (zie figuur 4.4.1). Daarmee staat Nederland op de tweede plaats als belangrijkste dienstenleverancier. De Surinaamse import uit Nederland bestaat voor een groot deel uit reisverkeersdiensten en vervoersdiensten blijkt uit de CBS cijfers. Het Nederlandse aandeel in de Surinaamse import steeg doordat de totale dienstenimport van Suriname harder daalde dan de import uit Nederland. 10 procent van de IJslandse dienstenimport was in 2021 afkomstig uit Nederland. Dat is 2,1 procentpunt meer dan in 2019. Ondanks dat de totale dienstenimport van IJsland over deze periode daalde, steeg de import uit Nederland. Hierdoor komt het aandeel van Nederland hoger uit en is Nederland de derde belangrijkste leverancier van diensten, achter de VS en het VK. Nederlandse vervoersdiensten zijn dominant in de IJslandse import en toegenomen in waarde over de jaren. De Nederlandse positie in de Bulgaarse dienstenimport is verbeterd: Nederland stijgt met drie plekken naar de zesde plaats tussen 2019 en 2021. Uit CBS cijfers blijkt dat Nederlandse bedrijven voornamelijk meer zakelijke diensten, reisverkeersdiensten en ingenieursdiensten exporteerden naar Bulgarije.
4.5Belang van Nederland als dienstenafnemer voor andere landen
In deze paragraaf beantwoorden we de vraag hoe belangrijk Nederland is als klant voor andere landen. Naast het belang van Nederland kijken we ook naar de positie van Nederland.
Nederland zevende importeur van diensten wereldwijd
In figuur 4.5.1 met de grootste dienstenimporteurs komen grotendeels dezelfde landen terug als bij de zeven grootste dienstenexporteurs ter wereld (in figuur 4.4.2). Deze zeven landen hebben met 44,1 procent gezamenlijk een iets geringer belang in de wereldimport dan in de wereldexport (47,2 procent) van diensten. Nederland was met een aandeel van 3,9 procent in 2021 de zevende dienstenimporteur ter wereld. De VS is de grootste importeur van diensten. Het VK, de tweede exporteur van diensten ter wereld, staat twee plaatsen lager in de importranglijst. China en Duitsland waren in 2021 grotere importeurs van diensten dan het VK. Verder valt op te merken dat zowel de VS als het VK fors minder diensten importeren dan ze exporteren, terwijl China beduidend voor meer waarde aan diensten importeert. Het aandeel van Nederland in de wereldimport was in 2021 0,2 procentpunt lager dan in 2019. Waar het aandeel van Ierland toenam in 2019 naar 2020, daalde het aandeel van Ierland in de wereldimport in 2021 een stuk door een afname in de import van zakelijke diensten. Het aandeel in de wereldimport groeide flink bij de twee grootste importeurs: de VS (+0,5 procentpunt) en Duitsland (+0,3 procentpunt).
Land | VS | Duitsland | China | VK | Ierland | Frankrijk | Nederland |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2005 | 13 | 7,9 | 3 | 7,7 | 2,8 | 4,8 | 3,8 |
2006 | 13 | 7,6 | 3,1 | 7,6 | 2,6 | 4,7 | 4 |
2007 | 12,3 | 7,5 | 3,3 | 7,4 | 2,7 | 4,7 | 4,1 |
2008 | 11,8 | 7,4 | 3,5 | 6,9 | 2,8 | 4,7 | 4,1 |
2009 | 12,4 | 7,1 | 3,8 | 6,7 | 2,9 | 4,7 | 4,2 |
2010 | 12,3 | 7 | 4,3 | 6,5 | 2,8 | 4,5 | 3,6 |
2011 | 11,9 | 7 | 4,7 | 6,3 | 2,8 | 4,5 | 3,6 |
2012 | 12 | 6,8 | 5,2 | 6,2 | 2,5 | 4,3 | 3,4 |
2013 | 11,4 | 7 | 5,6 | 6,1 | 2,4 | 4,5 | 3,4 |
2014 | 11,4 | 6,8 | 6,3 | 6,2 | 2,7 | 4,6 | 3,8 |
2015 | 11,8 | 6,4 | 7 | 6,4 | 3,2 | 4,4 | 4 |
2016 | 12 | 6,6 | 7,1 | 6,3 | 3,8 | 4,4 | 3,7 |
2017 | 11,7 | 6,7 | 6,8 | 6,3 | 3,8 | 4,3 | 3,9 |
2018 | 11,4 | 6,6 | 7 | 6,4 | 3,8 | 4,3 | 4,1 |
2019 | 11,7 | 6,4 | 6,7 | 6,2 | 5,6 | 4,1 | 4 |
2020 | 11,9 | 6,5 | 6 | 6,1 | 6,3 | 4,2 | 4 |
2021 | 12,5 | 6,7 | 6,1 | 6 | 4,8 | 4,1 | 3,9 |
Bron: CBS, OESO-WTO |
Nederland belangrijkste afzetmarkt voor Belgische diensten
Vanuit Belgisch perspectief is Nederland de belangrijkste bestemming van diensten. De Belgische export naar Nederland bestaat grotendeels uit vervoersdiensten en zakelijke diensten blijkt uit CBS cijfers. Nederland ontving in 2021 16,3 procent van alle door België geëxporteerde diensten (zie figuur 4.5.2). Tevens is België het enige land in figuur 4.5.2 waarvan Nederland de belangrijkste bestemming van diensten is. Naast België heeft Nederland een groot aandeel in de dienstenexport van Barbados. Dit belang nam af tot 14,7 procent in 2021. Daarmee is Nederland voorbijgestreefd door de VS als de belangrijkste afnemer van diensten uit Barbados. In de dienstenexport van Roemenië is het belang van Nederland 8 procent. Volgens CBS cijfers zijn het vooral vervoersdiensten en zakelijke diensten die Nederland uit Roemenië ontvangt. Hierdoor is Nederland de derde afnemer van diensten uit Roemenië na Duitsland en het VK.
Het aandeel van de dienstenexport bestemd voor Nederland was in 2021 voor veel landen met meer dan 1 miljard US dollar export naar Nederland groter dan in 2019. We ontvingen echter 0,6 procentpunt minder Duitse diensten en daalden daarmee van de derde naar de vijfde plaats op de ranglijst van belangrijkste afnemers. Dat wordt onder andere verklaard door de reisbeperkingen ingesteld naar aanleiding van de coronacrisis, waardoor we in 2021 een kleinere stroom aan reisverkeersdiensten uit Duitsland naar Nederland waarnemen dan in 2019. Nederland was in 2021 de vierde grootste afzetmarkt van diensten uit het VK, grotendeels door de import van zakelijke diensten en telecommunicatie, computer- en informatiediensten. Het leveren van zakelijke, vervoers-, en reisdiensten, alsmede de diensten verbonden aan bewerking en verwerking van goederen maakt Nederland de vijfde belangrijkste dienstenbestemming van Frankrijk. Meer dan 6 procent van alle diensten uit het VK en Frankrijk kwam in Nederland terecht.
Het belang van de Nederlandse dienstenexport was minder dan 3 procent in een aantal andere grote dienstenimporteurs als China, Japan, Singapore en Zwitserland. In de exportcijfers van de VS speelt Nederland een belangrijkere rol dan bij de Amerikaanse import. Nederland was de tiende grootste afzetmarkt voor Amerikaanse diensten en 4,1 procent van de Amerikaanse dienstenexport had Nederland als bestemming.
Land | 2021 | 2019 |
---|---|---|
België | 16,3 | 15,5 |
Barbados | 14,7 | 29,3 |
Roemenië | 8 | 6,5 |
Polen | 7,7 | 6,7 |
Frankrijk | 6,3 | 5,6 |
VK | 6,3 | 6,1 |
Duitsland | 6,3 | 6,9 |
Ierland | 6,1 | 4,4 |
Spanje | 5,8 | 4,8 |
Malta | 5,7 | 6,5 |
Bron: CBS, OESO-WTO | ||
1) Landen met minimaal 1 miljard US dollar dienstenexport bestemd voor Nederland in 2021. |
Nederland belangrijke klant van Aruba en Curaçao
Voor een aantal landen, met minder dan 1 miljard US dollar dienstenexport naar Nederland, was Nederland een belangrijke bestemming van dienstenexport. In Suriname was Nederland in 2021 de grootste afnemer met 14,7 procent van de totale dienstenexport. Dat aandeel nam wel af ten opzichte van 2019. Het zijn de reisverkeersdiensten die Nederland tussen 2019 en 2021 minder is gaan importeren uit Suriname als gevolg van de geldende reisbeperkingen. Door het grote belang van het Nederlands reisverkeer in de totale dienstenexport van Suriname daalde het Nederlands aandeel in deze markt met 2,8 procentpunt relatief sterk. Daarnaast is Nederland de derde exportpartner voor Curaçao met 9,5 procent van de totale export en de tweede partner van Aruba met een aandeel van 8,3 procent. Nederland ontvangt met name reisverkeersdiensten van deze twee eilanden. De stijging van het Nederlandse aandeel komt voornamelijk doordat de bestedingen van Nederlandse toeristen op die eilanden minder hard terugliepen dan hun totale dienstenexport.
4.6Data en methoden
Dienstenstromen zijn door het ontastbare karakter moeilijker waarneembeer dan goederenstromen. Waar goederenhandel van fysieke aard is en grensovergangen eenvoudig meetbaar zijn, is een grensoverschrijdende dienstenstroom minder opvallend. Dit speelt des te meer bij digitale levering van de dienst (Fortanier, 2018; Liberatore & Wettsein, 2021). Door deze complexiteit leveren slechts 65 landen een bilaterale dienstenhandel statistiek. Niet alle landen splitsen deze levering uit naar dienstensoort of handelspartner (Fiallos & Liberatore, 2023). Het zijn overwegend OESO-landen, in het bijzonder EU-landen, die bilaterale dienstenhandel rapporteren in plaats van enkel de unilaterale import en export (Fiallos & Liberatore, 2023). Hierdoor is het lastig een beeld te vormen van het Nederlandse aandeel in de internationale dienstenhandel buiten Europa. Deze asymmetrie in dienstenhandel cijfers probeert de BaTIS dataset van de OESO in samenwerking met de WTO op te lossen. BaTIS staat voor Balanced Trade in Services en heeft tot doel de best mogelijke schatting van niet gerapporteerde dienstenstromen te geven.
Voor BaTIS verzamelt OESO-WTO gegevens bij de OESO, Eurostat, VN COMTRADE, Nationaal Statistische Instituten en aanvullende nationale bronnen (Liberatore & Wettsein, 2021). Dit resulteert in een matrix met bilaterale handelsstromen. Vervolgens worden ontbrekende stromen op verschillende manieren geschat. Omdat de meeste en de meest betrouwbare informatie op het hoogste aggregatieniveau te vinden is, wordt er geschat via een top-down benadering. Dit houdt in dat eerst de stroom van totale dienstenhandel geschat wordt en vervolgens pas onderscheid wordt gemaakt naar dienstensoorten. Op deze manier blijft de consistentie gewaarborgd.
Als er voor een rapporterend land enkele cijfers bekend zijn over de handel met partnerlanden, worden de ontbrekende waardes geschat via backcasting, interpolatie en nowcasting (Liberatore & Wettsein, 2021). Indien er geen officiële informatie over handel met partnerlanden is, worden de stromen toegekend via een zwaartekrachtmodel op basis van de grootte van de economie van een land (bijvoorbeeld bbp en het volume van de dienstenhandel) en handelskosten tussen de twee landen (bijvoorbeeld geografische afstand en het hebben van een gemeenschappelijke taal).
Tot slot wordt de asymmetrie in waardes tussen het rapporterende land en het partnerland geherwaardeerd op basis van een gewogen gemiddelde. Dit gewogen gemiddelde neemt de mate van over-/onderwaardering van stromen door landen mee via een asymmetrie-index. Op die manier wordt meer belang gehecht aan gemeten stromen of een betrouwbare schatting daarvan (Liberatore & Wettsein, 2021). Ook deze middeling gebeurt via een top-down benadering, wat resulteert in een gebalanceerde en uitgebreide dataset van de wereldwijde dienstenhandel. Hierbij moet in acht worden genomen dat het schattingen betreft die per definitie minder nauwkeurig kunnen zijn voor kleine dienstenstromen en een lager aggregatieniveau.
4.7Literatuur
Literatuur
Arriola, C., Cadestin, C., Kowalski, P. & Tongreen, van, F. (2022). International trade during the COVID-19 pandemic: Big shifts and uncertainty. Parijs: Organisation for Economic Co-Operation and Development.
Baldwin, R. (2022). The peak globalisation myth: Part 4 – Services trade did not peak. VOX EU, Centre for Economic Policy Research.
Business Insider (2021). De prijs voor scheepstransport is binnen een jaar met 500% gestegen – container China-Europa kost €12.000. ANP, Business Insider Nederland.
CBS (2022). Minder goederen, meer diensten naar het VK in 2021. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2023). Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties, nationale rekeningen. [Dataset]. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Coffey, S. (2021). The Changing Nature of Outbound Royalties from Ireland and Their Impact on the Taxation of the Profits of US Multinationals. Department of Economics, University College Cork.
Creemers, S., Jacobs, M., Lammertsma, A., Ras, P. & Rooyakkers, J. (2020). Trends in de Nederlands-Duitse handel. In S. Creemers, M. Jaarsma & A. Lammertsma (Red), Internationaliseringsmonitor 2020 eerste kwartaal: Duitsland. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Fiallos A. & Liberatore A. (2023). Decoding global services trade: The power of the OECD-WTO BaTIS dataset. OECD Statistics blog article.
Fortanier, F. (2018). Statistical Insights: New OECD-WTO data provides coherent and comprehensive view of Global Trade in Services – OECD. Parijs: Organisation for Economic Co-operation and Development.
Garcia-Bernardo, J., Janský, P. & Zucman, G. (2022). Did the Tax Cuts and Jobs Act Reduce Profit Shifting by US Multinational Companies? Working Paper – 3008, National Bureau of Economic Research, Cambridge.
Herbers, D., Creemers, S. & Rooyakkers, J. (2023). De Nederlandse dienstenhandel met India. In S. Creemers & D. Herbers (Red), Internationaliseringsmonitor 2023 eerste editie: India. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Liberatore, A. & Wettstein, S. (2021). The OECD-WTO Balanced Trade in Services database (BPM6 edition). [Dataset]. Parijs: Organisation for Economic Co-operation and Development.
Loungani, P., Mishra, S., Papageorgiou, C. & Wang, K. (2017). World Trade in Services: Evidence from A New Dataset. IMF working paper, WP/17/77.
OESO (2023a). OECD Balanced Trade Statistics. Parijs: Organisation for Economic Co-operation and Development.
OESO (2023b). OECD Services Trade Restrictiveness Index (STRI): Singapore – 2022. Parijs: Organisation for Economic Co-operation and Development.
Poulissen, D., Rooyakkers, J. & Smit, R. (2022). De internationale dienstenhandel in woelige tijden. In D. Herbers & J. Rooyakkers (Red), Internationaliseringsmonitor 2022 tweede kwartaal: Dienstenhandel, ontwikkelingen en beperkingen. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
The Economist (2023). Britains Services Exports are booming despite Brexit, why?
Noten
Om de bevindingen op basis van OESO-WTO te kunnen duiden, worden in paragraaf 4.4 en 4.5 CBS cijfers (als spiegelbeeld van de internationale handelsstromen) gebruikt op het niveau van de dienstensoorten.