Voorwoord
Wereldwijd groeit de vraag naar betere maatstaven voor brede welvaart. In het maatschappelijk debat is het bruto binnenlands product (bbp), een graadmeter voor de omvang van de economie, veelal nog steeds de dominante indicator op basis waarvan het debat over welvaart in een land plaatsvindt en de grond waarop nieuw beleid wordt ontwikkeld. Brede welvaart omvat echter veel meer dan economie en inkomen; het gaat ook over de gezondheid, het onderwijsniveau en het gevoel van veiligheid van mensen, de toegankelijkheid van voorzieningen, de kwaliteit van de natuurlijke leefomgeving, en vele andere factoren. Steeds vaker stellen politici, beleidsmakers, bedrijven en burgers daarbij de vraag of het huidige welvaartsniveau op termijn wel houdbaar is. Daarnaast is het van belang te kijken hoe deze brede welvaart over de bevolking verdeeld is.
Om de voortgang op het gebied van specifieke beleidsdomeinen in kaart te brengen zijn in deze editie van de Monitor Brede Welvaart de duurzame ontwikkelingsdoelen, ofwel de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties (VN) als thematische grondslag gebruikt. Alle 193 leden van de VN, waaronder Nederland, tekenden in 2015 voor dit ambitieuze pakket van 17 doelstellingen dat in 2030 gerealiseerd moet zijn.
In deel 1 van deze publicatie wordt voortgebouwd op de methodiek en dimensies van de eerste editie, waarbij aandacht geschonken wordt aan zowel brede welvaart ‘hier en nu’ als de druk die het huidige welvaartsniveau legt op volgende generaties (‘later’) of op andere landen (‘elders’). Hierin volgt het CBS de internationale aanbevelingen voor het meten van brede welvaart van de Conference of European Statisticians (CES). Daarnaast is aandacht besteed aan de verdeling van de huidige brede welvaart naar achtergrondkenmerken zoals geslacht, herkomst, onderwijsniveau en leeftijd. Ter verdieping is in dit verband een experimentele studie opgenomen naar de extremen in de verdeling: de opeenstapeling van bovengemiddeld gunstige dan wel minder gunstige resultaten naar persoonskenmerken. Met andere woorden: welke kenmerken hebben personen die erg veel of juist erg weinig brede welvaart ervaren? Zijn dat vooral vrouwen of mannen, is herkomst relevant, of is leeftijd juist belangrijk?
Deel 2 van de publicatie laat de voortgang zien op elk van de 17 SDG’s. Hiertoe is de lijst van SDG-indicatoren die in VN-verband is opgesteld als basis genomen Voor elke SDG heeft het CBS de bijbehorende SDG-indicatoren verrijkt met CES-indicatoren die juist in de Nederlandse context interessant zijn (SDGplus). Daardoor ontstaat een completer beeld van de voortgang van Nederland op het gebied van de 17 doelen dan met alleen SDG-indicatoren mogelijk is.
Voor alle onderwerpen is ernaar gestreefd om visualisaties zo duidelijk en aantrekkelijk mogelijk te maken. Dit kan helpen om de vaak complexe en veelomvattende verhalen over brede welvaart en de SDG’s op een heldere manier te vertellen. Daarnaast is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van actuele cijfers.
Deze publicatie verschijnt op Verantwoordingsdag en wordt door de minister van Economische Zaken en Klimaat samen met een kabinetsreactie naar de Tweede Kamer gestuurd. Het rapport beoogt zo bij te dragen aan een bredere basis voor het Verantwoordingsdebat.
Directeur-Generaal
Dr. T.B.P.M. Tjin-A-Tsoi
Den Haag, Heerlen, Bonaire, mei 2019