Gezondheid

In onderzoek van Schellingerhout (2004) naar gezondheid en welzijn van ouderen met een migratieachtergrond werd de Molukse aangeduid als de meest gezonde herkomstgroepering in Nederland. Zo rapporteerden Molukse ouderen minder vaak chronische aandoeningen zoals kanker en hernia dan andere onderzochte herkomstgroeperingen, inclusief ouderen met een Nederlandse achtergrond. Wel rapporteerden Molukse ouderen vaker suikerziekte te hebben dan ouderen met een Nederlandse achtergrond, maar was dit minder vaak dan onder ouderen met een andere migratieachtergrond.

Deze bevindingen zijn deels in lijn met een meer recent gezondheidsonderzoek onder Molukkers (Bodewes & Kunst, 2013). Dit wees uit dat Molukkers een hoger risico hebben op suikerziekte dan personen met een Nederlandse achtergrond. Zij concludeerden echter dat Molukkers ook op andere vlakken een slechtere gezondheidsbeleving rapporteerden dan personen met een Nederlandse achtergrond. Zo zouden zij ondanks een vergelijkbare levensstijl ook vaker last hebben van een hoge bloedruk en chronische gezondheidsproblemen dan personen met een Nederlandse achtergrond.

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de gezondheid van personen van Molukse komaf zich verhoudt tot die van personen met een Nederlandse achtergrond. Doordat de Molukse gemeenschap qua omvang relatief klein is ten opzichte van de totale Nederlandse bevolking, is er onvoldoende enquêtedata voor een betrouwbare beschrijving van de (ervaren) gezondheid van Molukkers. Om toch iets over de gezondheid te kunnen zeggen, gebruiken wij gegevens over zorgkosten en verstrekkingen van medicijnen. Ook al beschrijven deze registerdata niet direct de gezondheid, zij hangen wel samen met de gezondheid. In het eerste deel vergelijken wij het medicijngebruik onder personen van Molukse komaf met personen met een Nederlandse achtergrond. Vervolgens wordt beschreven wat de zorgkosten zijn van verschillende leeftijdsgroepen van personen van Molukse en Nederlandse komaf. Tot slot wordt met decompositieanalyse getracht eventuele verschillen in zorgkosten tussen de groepen met een Nederlandse en Molukse achtergrond te duiden aan de hand van verschillen in achtergrondkenmerken.

Molukkers gebruiken minder vaak antidepressiva dan mensen met Nederlandse achtergrond

Zowel mannen als vrouwen met een Nederlandse achtergrond kregen in 2017 vaker antidepressiva verstrekt dan mannen en vrouwen met een Molukse achtergrond. Als wordt gestandaardiseerd naar leeftijd kreeg ruim 3,9 procent van de Molukse vrouwen tot 80 jaar in 2017 antidepressiva. Onder vrouwen met een Nederlandse achtergrond lag dit met 8,0 procent twee keer zo hoog. Ook tussen Molukse en Nederlandse mannen tot 80 jaar is het verschil in gebruik van antidepressiva groot. Van de Molukse mannen gebruikte 2,3 procent in 2017 antidepressiva, onder Nederlandse mannen bedroeg dit 4,1 procent.

Standaardisatie leeftijd

Het gebruik van medicijnen hangt sterk samen met leeftijd. Omdat de groep met een Molukse achtergrond gemiddeld jonger is dan de groep met een Nederlandse achtergrond, is het lastig om deze cijfers één-op-één te vergelijken. Om deze vergelijking toch te kunnen maken, zijn de cijfers voor medicijngebruik gestandaardiseerd naar de leeftijdsopbouw van personen met een Nederlandse achtergrond.

6.1 Personen met antidepressiva, 2017 (gestandaardiseerd) (%)
geslacht Nederlands Moluks
Vrouwen 8,0 3,9
Mannen 4,1 2,3

Bij het verstrekken van antipsychotica zijn de verschillen tussen personen met een Molukse en Nederlandse achtergrond nauwelijks aanwezig. Gestandaardiseerd voor de leeftijdsopbouw van personen met een Nederlandse achtergrond tot 80 jaar is het aandeel dat antipsychotica kreeg onder Molukse en Nederlandse mannen en vrouwen nagenoeg gelijk (1,5 á 1,6 procent in 2017).

6.2 Personen met antipsychotica, 2017 (gestandaardiseerd) (%)
geslacht Nederlands Moluks
Mannen 1,6 1,6
Vrouwen 1,6 1,5

Molukse ouderen krijgen 2 keer zo vaak diabetesmiddelen

Personen met een migratieachtergrond krijgen vaker diabetesmiddelen dan personen met een Nederlandse achtergrond (de Mooij e.a., 2020). Ook neemt het gebruik van diabetesmiddelen toe naarmate mensen ouder worden. Dit beeld wordt ook teruggezien in de cijfers van diabetesmiddelen onder Molukkers. Vanwege verschillen in leeftijd zijn ook deze cijfers gestandaardiseerd voor de leeftijdsopbouw van personen met een Nederlandse achtergrond binnen de leeftijdscategorieën 55 tot 65 jaar, 65 tot 75 jaar en 75 tot 85 jaar. Voor alle onderzochte leeftijdsgroepen geldt dat Molukkers in 2017 vaker diabetesmiddelen gebruikten dan personen met een Nederlandse achtergrond. Dat is in lijn met de bevindingen van eerder onderzoek naar de gezondheid van Molukkers in Nederland (Bodewes & Kunst, 2013).

Molukkers tussen de 65 en 75 jaar oud kregen het vaakst diabetesmiddelen: 23,9 procent in 2017. Dat is bijna 2 keer zo vaak als onder personen met een Nederlandse achtergrond uit dezelfde leeftijdsgroep (12,2 procent). Onderzoek van Schellingerhout (2004) liet ook zien dat Molukse ouderen vaker diabetesmiddelen gebruikten dan ouderen met een Nederlandse achtergrond. Zij linkten dit gebruik aan het feit dat suikerziekte vaker voorkomt onder ouderen met een migratieachtergrond dan onder personen met een Nederlandse achtergrond. Behalve aan genetische factoren, wijdde Schellingerhout dit ook aan verschillen in levenswijze en leefpatronen.

6.3 Personen met diabetesmiddelen, 2017 (gestandaardiseerd) (%)
leeftijd Nederlands Moluks
55 tot 65 jaar 6,9 11,3
65 tot 75 jaar 12,2 23,9
75 tot 85 jaar 15,9 23,1

Gemiddelde lage zorgkosten Molukkers door jonge leeftijd

Naarmate mensen ouder worden neemt hun gezondheid af en daarmee de zorgkosten toe. Dat blijkt ook uit de zorgkosten vanuit de basisverzekering in 2016 van personen met een Molukse en Nederlandse achtergrond. Mede omdat personen met een Molukse achtergrond gemiddeld jonger zijn dan personen met een Nederlandse achtergrond, zijn de zorgkosten voor Molukkers gemiddeld lager dan die van de groep met een Nederlandse achtergrond. Alleen voor personen tussen de 40 en 60 jaar oud geldt dat de zorgkosten onder personen met een Molukse achtergrond gemiddeld hoger liggen dan onder personen met een Nederlandse achtergrond. Net zoals bij andere migratieachtergronden het geval is, zijn de zorgkosten voor personen met een Molukse en Nederlandse achtergrond gemiddeld hoger voor vrouwen dan voor mannen (de Mooij e.a., 2020).

6.4 Gemiddelde zorgkosten basisverzekering, 2016 (euro)
leeftijd Moluks Nederlands
25 tot 40 jaar 1470 1624
40 tot 60 jaar 2070 1943
60 tot 80 jaar 3400 3793

Ook overwegend lagere zorgkosten kinderen en kleinkinderen Molukse migranten

Ook wanneer de verschillende generaties Molukkers apart worden geanalyseerd, wordt de invloed van het verschil in leeftijdsopbouw teruggezien in de zorgkosten vanuit de basisverzekering. Daarbij wordt duidelijk dat de gemiddeld hogere zorgkosten van Molukkers in de leeftijd van 40 tot 60 jaar voornamelijk het gevolg zijn van de sterke aanwezigheid van de kinderen van Molukse migranten. In die leeftijdscategorie hadden kinderen van Molukse migranten in 2016 gemiddeld iets hogere zorgkosten dan de groep met een Nederlandse achtergrond: 2,1 om 1,9 duizend euro. Voor de overige leeftijdscategorieën geldt dat de Molukse generaties gemiddeld juist lagere zorgkosten hebben dan personen met een Nederlandse achtergrond.

6.5 Gemiddelde zorgkosten basisverzekering, 2016 (euro)
leeftijd Moluks, kinderen Moluks, kleinkinderen Nederlands
25 tot 40 jaar 1411 1510 1624
40 tot 60 jaar 2076 1878 1943
60 tot 80 jaar 2963 . 3793

Verschillen in zorgkosten verklaard

Zoals hierboven aangegeven hebben Molukkers ook binnen leeftijdscategorieën overwegend lagere zorgkosten vanuit de basisverzekering dan personen met een Nederlandse achtergrond. De vraag is echter in hoeverre deze lage zorgkosten het gevolg zijn van verschillen in achtergrondkenmerken tussen beide groepen. Behalve voor leeftijd wordt in dit onderzoek ook gecorrigeerd voor verschillen in opleidingsniveau, stedelijkheid van de woonomgeving, geslacht en of iemand woonachtig is in een gemeente met een Molukse wijk. Hierbij is onderzocht wat de positie is van de totale groep Molukkers in Nederland ten opzichte van personen met een Nederlandse achtergrond, alsook de kinderen en kleinkinderen van Molukse migranten apart.

Zorgkosten in percentielen

Omdat de gegevens over zorgkosten vanuit de basisverzekering uitbijters bevatten, is ervoor gekozen om de zorgkosten in percentielen als doelvariabele te hanteren. Deze percentielen zijn een verdeling van de zorgkosten wanneer deze in 100 stukken worden verdeeld. Wanneer personen in percentielen 1 tot en met 50 zitten, wil dit zeggen dat zij in de helft van de bevolking zitten met de laagste totale zorgkosten. Personen in percentielen 51 tot en met 100 zitten in helft met de hoogste totale zorgkosten.

Het gemiddelde van de zorgkosten vanuit de basisverzekering in percentielen van de totale groep met een Molukse achtergrond komt overeen met het 47ste percentiel. Personen met een Nederlandse achtergrond zitten met hun zorgkosten gemiddeld in het 51ste percentiel.

Verschil in leeftijd grootste verklaring lagere zorgkosten Molukkers

Wanneer wordt gecorrigeerd voor verschillen in achtergrondkenmerken wordt het verschil in zorgkosten tussen de totale Molukse populatie en personen met een Nederlandse achtergrond teruggebracht van 3,9 tot 2,0 percentielen. Dat betekent dat ongeveer de helft van het verschil in zorgkosten tussen Molukkers en personen met een Nederlandse achtergrond kan worden verklaard door de in dit model gehanteerde achtergrondkenmerken. Vooral leeftijdsverschillen zorgen voor verschillen in de hoogte van de zorgkosten. Omdat Molukkers gemiddeld jonger zijn dan personen met een Nederlandse achtergrond, liggen de zorgkosten voor deze groep gemiddeld 2,7 percentiel lager dan onder de groep met een Nederlandse achtergrond. Daar staat tegenover dat opleidingsniveau en stedelijkheid van de woonomgeving juist samengaan met relatief hoge zorgkosten, samen ongeveer 0,6 percentiel. Mensen met een lager opleidingsniveau en mensen die wonen in zeer sterk stedelijke gebieden, blijken hogere zorgkosten te maken. Omdat Molukkers in vergelijking met personen met een Nederlandse achtergrond vaker een lager opleidingsniveau hebben en vaker wonen in zeer sterk stedelijk gebied, zijn hun zorgkosten dus hoger. Doordat de groep met een Molukse achtergrond ongeveer dezelfde verhouding heeft in aantallen mannen en vrouwen als de groep met een Nederlandse achtergrond, speelt geslacht nauwelijks een rol in de verschillen in zorgkosten. Het gegeven dat Molukkers gemiddeld vaker wonen in een gemeente met een Molukse wijk heeft nauwelijks invloed op de hoogte van de zorgkosten.

6.6 Verschil in gemiddeld zorgkostenpercentiel, 2016 (percentiel)
generatie Feitelijk Gecorrigeerd
Moluks, totaal 3,9 2,0
Moluks, kinderen 6,3 2,6
Moluks, kleinkinderen 8,5 -2,8

Gecorrigeerde zorgkosten nog steeds lager voor kinderen Molukse migranten

De verschillen in gemiddelde zorgkosten tussen de groep met een Nederlandse achtergrond en de kinderen en kleinkinderen van Molukse migranten zijn groter dan voor de totale groep Molukkers. Kinderen van Molukse migranten zitten gemiddeld 6,3 percentiel lager qua zorgkosten dan personen met een Nederlandse achtergrond. Na correctie voor achtergrondkenmerken bedraagt dit gecorrigeerde verschil 2,6 percentiel voor de kinderen van Molukse migranten.

Voor het overgrote deel heeft dit te maken met verschillen in leeftijdssamentelling van de kinderen van Molukse migranten. Zij hebben voornamelijk lagere zorgkosten omdat zij gemiddeld jonger zijn dan de groep met een Nederlandse achtergrond. Het effect van leeftijd wordt voor een klein deel tenietgedaan, omdat de kinderen van Molukse migranten vaker in sterk stedelijk gebied wonen.

Zorgkosten kleinkinderen Molukse migranten na correctie iets hoger dan voor personen met Nederlandse achtergrond

Voor de kleinkinderen van Molukse migranten is het feitelijke verschil in zorgkosten met 8,5 percentiel nog groter. Net als bij de kinderen van Molukse migranten zorgt de gemiddeld jongere leeftijd van de kleinkinderen ertoe dat zij gemiddeld lagere zorgkosten hebben dan personen met een Nederlandse achtergrond. Wanneer de kleinkinderen van Molukse migranten eenzelfde leeftijdsopbouw zouden hebben als de groep met een Nederlandse achtergrond, zouden zij qua verwachte zorgkosten gemiddeld 11,6 percentiel hoger zitten dan nu het geval is. Het gecorrigeerde gemiddelde zorgkostenpercentiel van de kleinkinderen van Molukse migranten ligt daarmee 2,8 percentiel hoger dan onder personen met een Nederlandse achtergrond. De reden waarom hun zorgkosten na correctie hoger zijn is echter onbekend. Het overgrote deel van het verschil van 2,8 percentiel valt onder het onverklaarde deel van de analyses en betreft dus ongemeten factoren.

De zorgkosten van Molukkers zijn gemiddeld lager naarmate zij meer Molukse grootouders hebben. Dat geldt voor zowel de kinderen als de kleinkinderen van Molukse migranten. Voor een belangrijk deel hangt dit samen met het gegeven dat Molukkers met 3 of 4 grootouders gemiddeld jonger zijn dan hun generatiegenoten met 1 of 2 Molukse grootouders. Desondanks blijven de zorgkosten voor kinderen en kleinkinderen van Molukse migranten met 1 of 2 Molukse grootouders na correctie voor achtergrondkenmerken nog steeds wat hoger dan voor hun generatiegenoten met 3 of 4 Molukse grootouders.

Conclusie

Op gebied van de in dit onderzoek beschouwde medicatieverstrekkingen laten personen met een Molukse achtergrond een wisselend beeld zien ten opzichte van personen met een Nederlandse achtergrond. Zo krijgen zij – ook wanneer wordt gestandaardiseerd naar leeftijd – minder vaak antidepressiva-, ongeveer even vaak antipsychotica- en veel vaker diabetesmiddelen dan personen met een Nederlandse achtergrond. Dit laatste is wel in lijn met eerdere bevinden van onder andere De Mooij e.a. (2020). Zo blijkt uit het Jaarrapport Integratie 2020 dat mensen met een migratieachtergrond in het algemeen vaker diabetesmiddelen krijgen dan personen met een Nederlandse achtergrond. Ook onderzoeken van het Schellingerhout (2004) en Bodewes en Kunst (2013) rapporteerden eerder hogere gebruik van diabetesmiddelen en een hogere mate van suikerziekte onder Molukkers dan onder personen met een Nederlandse achtergrond. Op gebied van diabetesmiddelen kan worden geconcludeerd dat dit anno 2018 nog steeds het geval is.

Molukkers hebben gemiddeld lagere zorgkosten dan personen met een Nederlandse achtergrond. Voor de totale groep Molukkers valt dit verschil voor ongeveer de helft toe te schrijven aan een verschil in samenstelling van de bevolking. Personen met een Molukse achtergrond hebben vooral lagere zorgkosten omdat zij gemiddeld jonger zijn dan personen met een Nederlandse achtergrond. Doordat Molukkers vaker in sterk stedelijk gebied wonen en gemiddeld lager opgeleid zijn dan personen met een Nederlandse achtergrond, wordt het effect van leeftijd op de zorgkosten echter iets minder sterk. Bij zowel de totale groep met een Molukse achtergrond, alsook de kinderen van Molukse migranten liggen de zorgkosten ook na correctie voor achtergrondkenmerken gemiddeld lager dan onder de groep met een Nederlandse achtergrond. Voor de kleinkinderen van Molukse migranten is dit juist andersom: hun zorgkosten liggen na correctie voor achtergrondkenmerken gemiddeld hoger dan voor de groep met een Nederlandse achtergrond.

Colofon

Deze website is ontwikkeld door het CBS in samenwerking met Textcetera Den Haag.
Heb je een vraag of opmerking over deze website, neem dan contact op met het CBS.

Disclaimer en copyright

Cookies

CBS maakt op deze website gebruik van functionele cookies om de site goed te laten werken. Deze cookies bevatten geen persoonsgegevens en hebben nauwelijks gevolgen voor de privacy. Daarnaast gebruiken wij ook analytische cookies om bezoekersstatistieken bij te houden. Bijvoorbeeld hoe vaak pagina's worden bezocht, welke onderwerpen gebruikers naar op zoek zijn en hoe bezoekers op onze site komen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het functioneren van de website om zo de gebruikerservaring voor u te kunnen verbeteren. De herleidbaarheid van bezoekers aan onze website beperken wij zo veel mogelijk door de laatste cijfergroep (octet) van ieder IP-adres te anonimiseren. Deze gegevens worden niet gedeeld met andere partijen. CBS gebruikt geen trackingcookies. Trackingcookies zijn cookies die bezoekers tijdens het surfen over andere websites kunnen volgen.

De geplaatste functionele en analytische cookies maken geen of weinig inbreuk op uw privacy. Volgens de regels mogen deze zonder toestemming geplaatst worden.

Meer informatie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/telecommunicatie/vraag-en-antwoord/mag-een-website-ongevraagd-cookies-plaatsen

Leeswijzer

Verklaring van tekens

. Gegevens ontbreken
* Voorlopig cijfer
** Nader voorlopig cijfer
x Geheim
Nihil
(Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
0 (0,0) Het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
Niets (blank) Een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
2019–2020 2019 tot en met 2020
2019/2020 Het gemiddelde over de jaren 2019 tot en met 2020
2019/’20 Oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2019 en eindigend in 2020
2017/’18–2019/’20 Oogstjaar, boekjaar, enz., 2017/’18 tot en met 2019/’20

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

Over het CBS

De wettelijke taak van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is om officiële statistieken te maken en de uitkomsten daarvan openbaar te maken. Het CBS publiceert betrouwbare en samenhangende statistische informatie, die het deelt met andere overheden, burgers, politiek, wetenschap, media en bedrijfsleven. Zo zorgt het CBS ervoor dat maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden op basis van betrouwbare statistische informatie.

Het CBS maakt inzichtelijk wat er feitelijk gebeurt. De informatie die het CBS publiceert, gaat daarom over onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Bijvoorbeeld economische groei en consumentenprijzen, maar ook criminaliteit en vrije tijd.

Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. Dit betreft het grootste deel van het werkprogramma.

Voor meer informatie over de taken, organisatie en publicaties van het CBS, zie cbs.nl.

Contact

Met vragen kunt u contact opnemen met het CBS.

Medewerkers

Auteurs

Katja Chkalova

Dion Dieleman

Carel Harmsen

Vincent de Heij

Niels Kooiman

Martine de Mooij

Han Nicolaas

Lenny Stoeldraijer

Redactie

Martine de Mooij

Dion Dieleman

Sabrina de Regt

Opmaak figuren

Karolien van Wijk

Erratum

Datum: 5 februari 2021

Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, zijn er achteraf enkele onvolkomenheden geconstateerd. Onze excuses hiervoor. In figuren 3.1, 3.2, 3.3, 4.7 en 4.8 werden de verkeerde labels getoond. In figuren 4.2, 4.4, 4.7 en 4.8 werden de verkeerde cijfers getoond.