Foto omschrijving: Vrijwilligers van de voedselbank in Den Haag zijn voedselpaketten aan het inpakken

Bijlage A: Armoedegrenzen

Gemiddelde grenzen

In tabel A1 staan voor 35 huishoudenstypen de maandbedragen van de armoedegrenzen voor de jaren 2018 tot en met 2024. Uitgangspunt voor de armoedegrenzen zijn de minimumvoorbeeldbegrotingen van het Nibud (zie hoofdstuk 1). Voor peildatum 1 januari heeft het Nibud per type huishouden bepaald hoe hoog de minimale uitgaven zijn exclusief huur, premie voor de basisverzekering en verplicht eigen risico. Daarbij opgeteld zijn de normbedragen voor huur die het CBS met de Woonbase heeft vastgesteld. De basispremie en het verplichte eigen risico zijn per definitie van het inkomen afgehaald en blijven in de armoedegrenzen daarom buiten beschouwing. In 2024 rekende het CBS met 144 euro basispremie en 32 euro eigen risico per maand voor een volwassene. Aanname is dus dat elke volwassene het jaarlijks eigen risico van 380 euro helemaal besteedt. In de gemiddelde maandelijkse armoedegrenzen gepresenteerd in tabel A1 is rekening gehouden prijsontwikkelingen gedurende het jaar. De bedragen zijn afgerond op 5 euro.

A1Armoedegrens (incl. huur- en energienorm) per huishoudenstype
Aantal volwassenen Aantal kinderen 13 tot 18 jaar Aantal kinderen tot 13 jaar 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024
Omvang huishouden maandbedrag in euro
1 1 0 0 1 310 1 340 1 335 1 365 1 425 1 510 1 600
2 1 0 1 1 600 1 645 1 635 1 670 1 760 1 845 1 980
2 1 1 0 1 790 1 830 1 815 1 850 1 945 2 060 2 190
2 2 0 0 1 780 1 815 1 805 1 845 1 930 2 030 2 145
3 1 0 2 1 780 1 825 1 825 1 865 1 965 2 075 2 215
3 1 1 1 1 955 1 995 1 985 2 030 2 135 2 275 2 410
3 1 2 0 2 135 2 170 2 150 2 195 2 305 2 470 2 605
3 2 0 1 1 970 2 010 2 000 2 045 2 160 2 285 2 405
3 2 1 0 2 145 2 180 2 165 2 210 2 330 2 480 2 605
3 3 0 0 2 160 2 195 2 180 2 230 2 350 2 490 2 585
4 1 0 3 1 965 2 010 2 015 2 060 2 175 2 320 2 440
4 1 1 2 2 120 2 160 2 160 2 205 2 325 2 495 2 620
4 1 2 1 2 285 2 325 2 310 2 360 2 485 2 680 2 805
4 1 3 0 2 455 2 485 2 465 2 515 2 645 2 870 2 985
4 2 0 2 2 130 2 175 2 170 2 220 2 345 2 505 2 625
4 2 1 1 2 300 2 335 2 325 2 375 2 505 2 690 2 810
4 2 2 0 2 470 2 500 2 480 2 535 2 670 2 880 3 000
4 3 0 1 2 315 2 350 2 340 2 390 2 525 2 695 2 800
4 3 1 0 2 480 2 510 2 495 2 550 2 685 2 885 2 990
4 4 0 0 2 495 2 520 2 505 2 565 2 705 2 890 2 970
5 1 0 4 2 125 2 175 2 185 2 235 2 365 2 525 2 670
5 1 1 3 2 285 2 335 2 335 2 385 2 520 2 705 2 850
5 1 2 2 2 450 2 495 2 485 2 535 2 675 2 890 3 025
5 1 3 1 2 615 2 650 2 635 2 690 2 835 3 075 3 205
5 1 4 0 2 775 2 810 2 785 2 840 2 985 3 255 3 380
5 2 0 3 2 300 2 345 2 350 2 400 2 540 2 720 2 845
5 2 1 2 2 465 2 505 2 500 2 555 2 700 2 900 3 025
5 2 2 1 2 625 2 665 2 650 2 705 2 855 3 085 3 200
5 2 3 0 2 790 2 820 2 795 2 860 3 010 3 270 3 380
5 3 0 2 2 475 2 515 2 510 2 570 2 715 2 905 3 025
5 3 1 1 2 640 2 675 2 660 2 720 2 875 3 090 3 205
5 3 2 0 2 805 2 830 2 810 2 875 3 030 3 275 3 385
5 4 0 1 2 655 2 685 2 675 2 735 2 890 3 095 3 195
5 4 1 0 2 815 2 840 2 825 2 890 3 050 3 280 3 380
5 5 0 0 2 830 2 855 2 835 2 905 3 065 3 285 3 355

Voor andere huishoudenstypen wordt de armoedegrens bepaald door voor elke extra volwassene, extra kind en extra student een leeftijdsafhankelijk bedrag bij te tellen.

Normbedragen

Een huishouden is arm als er na het betalen van de woon- en energielasten te weinig geld overblijft voor de andere basisbehoeften. In plaats van de normbedragen voor huur en energie wordt bij de armoedeafbakening daarom gebruikgemaakt van de uitgaven aan wonen en energie die huishoudens in de praktijk in dat jaar hadden. Dit betekent dat ieder huishouden zijn eigen armoedegrens heeft, bestaande uit het normbedrag voor minimale levensbehoeften (exclusief de huur- en energienorm) plus de feitelijke uitgaven aan wonen en energie. Het CBS en Nibud hebben zoals gezegd voor de 35 huishoudens­typen wel normbedragen voor de huur en energie bepaald. Dat biedt niet alleen inzicht in de totale minimale levensbehoeften. De normbedragen zijn ook nodig in de armoedeafbakening als de feitelijke uitgaven aan wonen en energie van een huishouden niet bekend zijn. Dit is bij iets minder dan 10 procent van de huishoudens het geval.

De normhuren van de jaren 2018–2022 zijn door het CBS bepaald uit de Woonbase van 2021. Allereerst zijn de medianen bepaald van de januarihuren van huishoudens per combinatie van woningtype en woonoppervlakte van corporatiewoningen met minimaal energielabel C. Daarbij is uitgegaan van een appartement of tussenwoning en (afhankelijk van de huishoudensomvang) van 50 tot 110 vierkante meter woonoppervlak. Januarihuurbedragen voor de andere jaren resulteren hieruit door te corrigeren voor jaarlijkse huurontwikkelingen (zie StatLine). In de uiteindelijke huurnormen is ook gecorrigeerd voor huurontwikkelingen in het betreffende jaar. De normhuren van 2018–2022 zijn te vinden in CBS, Nibud en SCP (2024).

In tabel A2 zijn voor elk van de 35 huishoudenstypen de normbedragen voor huur van 2023 en 2024 opgenomen. Vanaf 2023 worden de normhuren niet meer met indexering uit 2021‑bedragen bepaald, maar met de januarihuren in de Woonbase van het betreffende jaar. Net als voorheen worden mediane januarihuurbedragen berekend voor 35 huishoudenstypen. Gecorrigeerd voor de huurontwikkeling binnen het betreffende jaar geeft dat de normhuren. Per 1 juli 2023 is de huur van huishoudens met een inkomen tot 120 procent van het sociaal minimum verlaagd naar 575 euro (zie Ministerie van VRO, 2025). Bijna 600 duizend huishoudens hadden profijt van de huurverlaging, die meegenomen is in de berekening van de normhuren van 2023. De verlaging leidde ertoe dat de normhuur in 2024 voor sommige huishoudenstypen lager uitkwam dan in 2023.

De energienormen worden jaarlijks door het Nibud voor woningtypen passend bij de 35 huishoudenstypen bepaald. Een uitgebreide beschrijving hiervan is te vinden in een rapport van CBS, Nibud en SCP (2023). De Nibud-bedragen gelden voor 1 januari. Om te komen tot jaarnormen corrigeert het CBS deze voor ontwikkelingen in de energieprijzen in het betreffende jaar.

A2Normen huur en energie per huishoudenstype
Aantal volwassenen Aantal kinderen 13 tot 18 jaar Aantal kinderen tot 13 jaar 20231) 2024
norm huur norm energie norm huur norm energie
Omvang huishouden maandbedrag in euro
1 1 0 0 595 130 610 145
2 1 0 1 610 190 615 205
2 1 1 0 610 190 615 205
2 2 0 0 610 155 615 175
3 1 0 2 615 220 615 220
3 1 1 1 615 220 615 220
3 1 2 0 615 220 615 220
3 2 0 1 615 220 615 220
3 2 1 0 615 220 615 220
3 3 0 0 615 220 615 220
4 1 0 3 620 255 615 235
4 1 1 2 620 255 615 235
4 1 2 1 620 255 615 235
4 1 3 0 620 255 615 235
4 2 0 2 620 255 615 235
4 2 1 1 620 255 615 235
4 2 2 0 620 255 615 235
4 3 0 1 620 255 615 235
4 3 1 0 620 255 615 235
4 4 0 0 620 255 615 235
5 1 0 4 625 275 620 245
5 1 1 3 625 275 620 245
5 1 2 2 625 275 620 245
5 1 3 1 625 275 620 245
5 1 4 0 625 275 620 245
5 2 0 3 625 275 620 245
5 2 1 2 625 275 620 245
5 2 2 1 625 275 620 245
5 2 3 0 625 275 620 245
5 3 0 2 625 275 620 245
5 3 1 1 625 275 620 245
5 3 2 0 625 275 620 245
5 4 0 1 625 275 620 245
5 4 1 0 625 275 620 245
5 5 0 0 625 275 620 245

1)De huurnormen van 2023 verschillen met de normen in bijlage 2 van CBS, Nibud en SCP (2024), die nog met indexering van 2021‑bedragen zijn gemaakt.

Literatuur

Open literatuurlijst

Literatuur

CBS, Nibud en SCP (2023). Op weg naar een nieuwe armoedegrens. Tussenrapport van het gezamenlijke project ‘Uniformering armoedeafbakening’. Uitgave van het Centraal Bureau voor de Statistiek, Nibud & Sociaal en Cultureel Planbureau. CBS, Nibud en SCP werken aan nieuwe armoedegrens | CBS

CBS, Nibud en SCP (2024). De nieuwe methode om armoede in Nederland te meten. Uitgave van het Centraal Bureau voor de Statistiek, Nibud & Sociaal en Cultureel Planbureau. De nieuwe methode om armoede in Nederland te meten | CBS

Ministerie van VRO (2025). Evaluatie Wet huurverlaging 2023 voor huurders met een laag inkomen. Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke ordening, april.

Colofon

Deze website is ontwikkeld door het CBS in samenwerking met Textcetera Den Haag.
Heb je een vraag of opmerking over deze website, neem dan contact op met het CBS.

Disclaimer en copyright

Cookies

CBS maakt op deze website gebruik van functionele cookies om de site goed te laten werken. Deze cookies bevatten geen persoonsgegevens en hebben nauwelijks gevolgen voor de privacy. Daarnaast gebruiken wij ook analytische cookies om bezoekersstatistieken bij te houden. Bijvoorbeeld hoe vaak pagina's worden bezocht, welke onderwerpen gebruikers naar op zoek zijn en hoe bezoekers op onze site komen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het functioneren van de website om zo de gebruikerservaring voor u te kunnen verbeteren. De herleidbaarheid van bezoekers aan onze website beperken wij zo veel mogelijk door de laatste cijfergroep (octet) van ieder IP-adres te anonimiseren. Deze gegevens worden niet gedeeld met andere partijen. CBS gebruikt geen trackingcookies. Trackingcookies zijn cookies die bezoekers tijdens het surfen over andere websites kunnen volgen.

De geplaatste functionele en analytische cookies maken geen of weinig inbreuk op uw privacy. Volgens de regels mogen deze zonder toestemming geplaatst worden.

Meer informatie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/telecommunicatie/vraag-en-antwoord/mag-een-website-ongevraagd-cookies-plaatsen

Leeswijzer

Verklaring van tekens

niets (blanco) een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
. het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim
0 (0,0) het cijfer is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
* voorlopige cijfers
** nader voorlopige cijfers
- (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
2016–2017 2016 tot en met 2017
2016/2017 het gemiddelde over de jaren 2016 tot en met 2017
2016/’17 oogstjaar, boekjaar, schooljaar, enz. beginnend in 2016 en eindigend in 2017
2004/’05-2016/’17 oogstjaar enz., 2004/’05 tot en met 2016/’17

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

Over het CBS

De wettelijke taak van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is om officiële statistieken te maken en de uitkomsten daarvan openbaar te maken. Het CBS publiceert betrouwbare en samenhangende statistische informatie, die het deelt met andere overheden, burgers, politiek, wetenschap, media en bedrijfsleven. Zo zorgt het CBS ervoor dat maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden op basis van betrouwbare statistische informatie.

Het CBS maakt inzichtelijk wat er feitelijk gebeurt. De informatie die het CBS publiceert, gaat daarom over onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Bijvoorbeeld economische groei en consumentenprijzen, maar ook criminaliteit en vrije tijd.

Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. Dit betreft het grootste deel van het werkprogramma.

Voor meer informatie over de taken, organisatie en publicaties van het CBS, zie cbs.nl.

Contact

Met vragen kunt u contact opnemen met het CBS.

Medewerkers

Auteurs

Koos Arts

Marion van den Brakel

Moniek Coumans

Henk-Jan Dirven

Mitchell Dost

Jamie Graham

Rianne Kloosterman

Kim Knoops

Reinder Lok

John Michiels

Noortje Pouwels-Urlings

Eveline Vandewal

Wim Vissers

Paula Vrolijk

Redactie

Marion van den Brakel

Henk-Jan Dirven