Roken, vapen, alcohol, drugs en voeding
Jongvolwassenen (18 tot 25 jaar) zijn in de periode van 2014 tot en met 2024 minder gaan roken; bij 12- tot 18‑jarigen bleef dit gelijk. Vapen nam toe tussen 2021 en 2023, maar die toename zette in 2024 niet door. Steeds meer jongeren en jongvolwassenen voldoen aan de richtlijn voor alcoholgebruik. In 2023 en 2024 voldeden 1- tot 4‑jarigen het meest aan de aanbevelingen op het gebied van groente en fruit, gevolgd door 4- tot 12‑jarigen. Deze leeftijdsgroepen drinken ook de minste suikerhoudende dranken. Jongeren van 16 tot 20 jaar eten het ongezondst; zij hebben de laagste gemiddelde Voedingsscore.
Cijfers over leefstijl van jongeren
De cijfers over middelengebruik (roken/vapen, alcohol en drugs) zijn afkomstig uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor 2014–2024 van CBS, RIVM en het Trimbos-instituut. Deze bron valt onder het samenwerkingsverband ‘Leefstijlmonitor’ en beschrijft de zelfgerapporteerde leefstijl van jongeren (12 tot 18 jaar) en jongvolwassenen (18 tot 25 jaar).
Binnen de Leefstijlmonitor zijn het onderzoek Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) en het Peilstationsonderzoek Scholieren de voorkeursbronnen voor cijfers over roken, drinken en drugsgebruik onder scholieren van 12 tot 17 jaar, waarbij het Peilstationsonderzoek Scholieren uit 2023 het meest recente is. De cijfers uit deze onderzoeken worden hier niet gepresenteerd, omdat dit hoofdstuk de bredere groep van 12 tot 25 jaar en uitkomsten over 2024 behandelt. Ze zijn wel te raadplegen op de website van de Jeugdmonitor.
De cijfers over voeding zijn afkomstig uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor 2023–2024 van CBS, RIVM en het Voedingscentrum. De twee jaargangen zijn samengevoegd voor meer waarnemingen. Voedselconsumptie wordt gemeten met vragen waarbij het om een eigen inschatting gaat en betreft jongeren van 1 tot 25 jaar. Bij kinderen jonger dan 12 jaar vult een ouder/verzorger de vragen in.
De Voedselconsumptiepeiling van het RIVM meet voeding uitgebreider: deelnemers vullen een vragenlijst in en noteren twee dagen hun consumptie. Deze peiling geeft een nauwkeuriger beeld van wat mensen eten en drinken en is de voorkeursbron voor cijfers over groente, fruit en suikerhoudende dranken, maar verschijnt minder vaak. Beide onderzoeken zijn onderdeel van de Leefstijlmonitor en geven complementaire inzichten.
In deze bijdrage worden veranderingen tussen jaren of verschillen tussen groepen alleen genoemd als deze statistisch significant zijn.
7.1Middelengebruik
Roken (inclusief vapen), alcohol- en drugsgebruik zijn vormen van middelengebruik. In deze paragraaf komen zes indicatoren voor middelengebruik aan bod: roken, vapen, het voldoen aan de alcoholrichtlijn, zwaar drinken, cannabisgebruik en het gebruik van andere drugs.
Minder rokende jongvolwassenen, geen verdere toename vapen
In 2024 rookte 8 procent van de jongeren van 12 tot 18 jaar. In 2014 was het percentage hetzelfde. Bij jongvolwassenen (18 tot 25 jaar) nam het aandeel rokers in die periode af: van 35 procent in 2014 naar 24 procent in 2024.
Over vapen, ofwel het gebruik van de e-sigaret, is een minder lange cijferreeks beschikbaar. Duidelijk is wel dat vapen in 2024 meer werd gedaan dan in 2021, door zowel jongeren als jongvolwassenen. Ten opzichte van 2023 werd er in 2024 echter minder gevapet door jongvolwassenen, en bij jongeren zette de stijging niet statistisch significant door.
| Jaartal | Roken: 12 tot 18 jaar | Roken: 18 tot 25 jaar | Vapen: 12 tot 18 jaar | Vapen: 18 tot 25 jaar |
|---|---|---|---|---|
| 2014 | 7,8 | 35,3 | . | . |
| 2015 | 6,9 | 36,9 | . | . |
| 2016 | 7,5 | 28,3 | . | . |
| 2017 | 6,2 | 29,9 | . | . |
| 2018 | 5,8 | 29,1 | . | . |
| 2019 | 5,6 | 28,1 | . | . |
| 2020 | 4,2 | 23,2 | . | . |
| 2021 | 6,4 | 27,6 | 1,3 | 2,3 |
| 2022 | 6,6 | 26,2 | 3,7 | 7,3 |
| 2023 | 7,2 | 25,8 | 6,1 | 13,0 |
| 2024 | 7,5 | 23,7 | 7,6 | 8,6 |
Jongeren en jongvolwassenen voldoen vaker aan de alcoholrichtlijn
Sinds 2014 geldt voor jongeren van 12 tot 18 jaar de richtlijn om geen alcohol te drinken. Het aandeel jongeren dat hieraan voldoet, is sindsdien gestegen: van 66 procent in 2014 naar 70 procent in 2024.
Voor volwassenen geldt sinds 2015 de richtlijn om niet te drinken of maximaal één glas per dag. Het aandeel jongvolwassenen dat aan deze norm voldoet, laat ook een stijgende lijn zien. In 2024 voldeed ruim een derde (37 procent) van de jongvolwassenen eraan.
| 12 tot 18 jaar | 18 tot 25 jaar | |
|---|---|---|
| 2014 | 65,6 | 25,6 |
| 2015 | 63,8 | 22,8 |
| 2016 | 64,8 | 26,7 |
| 2017 | 69,1 | 25,0 |
| 2018 | 69,5 | 28,5 |
| 2019 | 65,4 | 28,9 |
| 2020 | 72,2 | 31,4 |
| 2021 | 71,2 | 29,8 |
| 2022 | 67,1 | 31,9 |
| 2023 | 69,2 | 30,3 |
| 2024 | 70,4 | 37,2 |
Zware drinkers zijn mannen die minstens één keer per week 6 of meer glazen alcohol op één dag drinken en vrouwen die minstens één keer per week 4 of meer glazen alcohol op één dag drinken. Het aandeel zware drinkers onder jongeren (12 tot 18 jaar) is stabiel en lag in 2024 op 4 procent. Onder jongvolwassenen daalde het aandeel zware drinkers tussen 2014 en 2024 licht, met jaarlijkse schommelingen. In 2024 was 16 procent van de jongvolwassenen een zware drinker.
| 12 tot 18 jaar | 18 tot 25 jaar | |
|---|---|---|
| 2014 | 3,3 | 19,4 |
| 2015 | 4,0 | 24,2 |
| 2016 | 3,7 | 17,7 |
| 2017 | 4,3 | 18,6 |
| 2018 | 3,8 | 19,4 |
| 2019 | 3,4 | 18,4 |
| 2020 | 4,0 | 15,6 |
| 2021 | 6,0 | 18,7 |
| 2022 | 5,0 | 22,3 |
| 2023 | 4,7 | 19,0 |
| 2024 | 3,6 | 15,8 |
Drugsgebruik bij jongeren stabiel
Het drugsgebruik bij jongeren van 12 tot 18 jaar was stabiel tussen 2015 en 2024. In 2024 zei 5 procent in de afgelopen twaalf maanden cannabis te hebben gebruikt en 1 procent een andere drug (exclusief lachgas).
Onder jongvolwassenen (18 tot 25 jaar) daalde in die periode het gebruik van cannabis naar 17 procent in 2024, terwijl het gebruik van andere drugs licht toenam tot 15 procent.
| Jaartal | Cannabis: 12 tot 18 jaar | Cannabis: 18 tot 25 jaar | Drugs, excl. cannabis en lachgas: 12 tot 18 jaar | Drugs, excl. cannabis en lachgas: 18 tot 25 jaar |
|---|---|---|---|---|
| 2015 | 6,7 | 24,3 | 1,6 | 12,7 |
| 2016 | 5,2 | 21,1 | 2,2 | 14,8 |
| 2017 | 6,2 | 25,2 | 1,4 | 16,1 |
| 2018 | 6,2 | 23,1 | 0,6 | 11,7 |
| 2019 | 5,8 | 22,0 | 1,6 | 14,5 |
| 2020 | 7,1 | 25,8 | 1,4 | 14,6 |
| 2021 | 6,7 | 25,4 | 1,3 | 13,9 |
| 2022 | 7,0 | 25,8 | 1,6 | 17,6 |
| 2023 | 6,9 | 23,3 | 1,8 | 17,1 |
| 2024 | 4,9 | 17,3 | 1,3 | 15,3 |
7.2Voeding
In deze paragraaf gaat het over voedingsgewoonten van kinderen, jongeren en jongvolwassenen in de leeftijden van 1 tot 25 jaar. Daarbij komen de consumptie van groente, fruit en suikerhoudende drank aan bod en is er ook aandacht voor een samenvattende voedingsscore.
Gezond eten verkleint de kans op een aantal chronische ziekten. Een gezond eetpatroon bevat onder andere voldoende groente, fruit, volkorenproducten, noten, peulvruchten, vis, zuivel en oliën en weinig rood en bewerkt vlees, dranken met suiker, harde vetten, zout en toegevoegd suiker (Gezondheidsraad). Met de Schijf van Vijf laat het Voedingscentrum zien hoe een gezond eetpatroon eruit ziet.
Het eten van groente en fruit levert veel voedingsstoffen en het verlaagt volgens de Gezondheidsraad het risico op hart- en vaatziekten, sommige soorten kanker en diabetes type 2. Suikerhoudende dranken staan niet in de Schijf van Vijf omdat overmatig gebruik volgens de Gezondheidsraad het risico op overgewicht en diabetes type 2 verhoogt. Bovendien brengen ze risico’s mee voor de gezondheid van tanden.
Vooral jonge kinderen eten voldoende groente en fruit
Voor fruit geldt de aanbeveling om vanaf 9 jaar elke dag minimaal twee porties fruit te eten, en anderhalve portie voor kinderen tot en met 8 jaar. Eén portie fruit komt overeen met 100 gram. De aanbeveling voor het eten van groente is, voor mensen vanaf 14 jaar, om elke dag minimaal 250 gram te eten. Voor kinderen van 1 tot en met 3 jaar is dat 50 gram per dag, voor kinderen van 4 tot en met 8 jaar 100 gram per dag en voor jongeren van 9 tot en met 13 jaar 150 gram per dag.
Het zijn vooral jonge kinderen die aan de aanbeveling voldoen: 71 procent van de 1- tot 4‑jarigen en bijna de helft van de 4- tot 12‑jarigen at voldoende groente in 2023/2024. Voor fruit haalde 51 procent van de 1- tot 4‑jarigen en 37 procent van de 4- tot 12‑jarigen de aanbevolen hoeveelheid. In de leeftijdsgroepen tussen de 12 en 25 jaar werd er minder groente en fruit gegeten. Tussen jongens en meiden waren geen verschillen in het voldoen aan de aanbevelingen rond groente en fruit.
| Persoonskenmerken | Groente | Fruit |
|---|---|---|
| Totaal 1 tot 25 jaar | 35,8 | 25,4 |
| . | . | |
| Mannen | 35,4 | 25,6 |
| Vrouwen | 36,2 | 25,2 |
| . | . | |
| 1 tot 4 jaar | 71,3 | 51,1 |
| 4 tot 12 jaar | 47,0 | 37,2 |
| 12 tot 16 jaar | 28,4 | 14,1 |
| 16 tot 20 jaar | 18,4 | 15,1 |
| 20 tot 25 jaar | 22,2 | 13,2 |
Jongens drinken meer suikerhoudende dranken dan meiden
Jongens en mannen van 1 tot 25 jaar drinken gemiddeld 9 glazen suikerhoudende drankennoot1 per week. Dat is meer dan de 7 glazen die meiden en vrouwen gemiddeld drinken. Naar leeftijd zijn er duidelijke verschillen: 1- tot 4‑jarigen drinken het minst (4 glazen gemiddeld), 4- tot 12‑jarigen al wat meer, maar de meeste glazen werden gedronken door de leeftijdsgroepen tussen de 12 en 25 jaar. Wat mee kan spelen bij deze verschillen is dat jongere kinderen sowieso wat minder hoeven te drinken: voor kinderen van 1 tot 14 jaar geldt het advies om elke dag tussen de 1 en 1,5 liter te drinken, vanaf 14 jaar is dat 1,5 tot 2 liter.
| Kenmerken | Suikerhoudende dranken |
|---|---|
| Totaal 1 tot 25 jaar | 8,0 |
| . | |
| Mannen | 8,8 |
| Vrouwen | 7,1 |
| . | |
| 1 tot 4 jaar | 4,0 |
| 4 tot 12 jaar | 7,6 |
| 12 tot 16 jaar | 8,7 |
| 16 tot 20 jaar | 9,7 |
| 20 tot 25 jaar | 8,7 |
Laagste voedingsscore bij 16- tot 20‑jarigen
De Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor vraagt naast groente, fruit en suikerhoudende dranken, ook naar het consumeren van vlees, vis, brood, snacksnoot2 en alcohol. Alcoholgebruik is daarbij niet van toepassing voor kinderen tot 12 jaar. Voor elk voedingsaspect wordt een deelscore berekend, die vervolgens worden samengevoegd tot een totale voedingsscore. Die score loopt van 0 tot 10 en een hogere score geeft aan dat de voeding, op de gemeten aspecten, beter aansluit bij de adviezen van het Voedingscentrum.
De gemiddelde Gezondheidsenquête Voedingsscore van 1- tot 25‑jarigen is een 6,4. De jongste kinderen (1 tot 4 jaar) hebben gemiddeld de hoogste score: een 7,3. Daarna daalt de score met het oplopen van de leeftijd, tot het laagste niveau bij 16- tot 20‑jarigen (een 5,7). De 20- tot 25‑jarigen hebben weer een iets hogere gemiddelde score. De lagere voedingsscores in de leeftijdsgroepen van 12 tot 25 jaar hebben niet alleen te maken met hun consumptie van groente, fruit en suikerhoudende dranken, maar ook met het eten van relatief veel snacks.
Meiden en vrouwen scoren gemiddeld iets hoger dan jongens en mannen, vooral doordat zij minder suikerhoudende dranken drinken.
| Kenmerken | Score |
|---|---|
| Totaal 1 tot 25 jaar | 6,4 |
| . | |
| Mannen | 6,3 |
| Vrouwen | 6,5 |
| . | |
| 1 tot 4 jaar | 7,3 |
| 4 tot 12 jaar | 6,6 |
| 12 tot 16 jaar | 6,3 |
| 16 tot 20 jaar | 5,7 |
| 20 tot 25 jaar | 6,3 |
7.3Begrippen
Cannabisgebruikers
Jongeren en jongvolwassenen die ‘Ja, in de afgelopen 30 dagen’ of ‘Ja, in de afgelopen 12 maanden, maar niet in de afgelopen 30 dagen’ antwoorden op de vraag: ‘Heeft u weleens cannabis (hasj, wiet, marihuana) gebruikt, en zo ja, wanneer voor het laatst?’.
Gebruikers drugs, exclusief cannabis en lachgas
Jongeren en jongwolwassen die aangeven in het afgelopen jaar een andere drug (of andere drugs) dan cannabis en lachgas te hebben gebruikt. De drugssoorten die werden uitgevraagd zijn: Amfetamine (zoals pep en speed); XTC (ecstasy, MDMA); Cocaïne (ook crack, gekookte coke, freebase); LSD; Paddo’s (hallucinogene paddenstoeltjes of magic mushrooms); Heroïne (horse, smack of bruin); GHB of GBL; Ketamine; 3MMC (Poes of 3M); Andere drugs
Richtlijn alcoholgebruik
Voor 12- tot 18‑jarigen geldt sinds 2014 de richtlijn: niet drinken tot je 18e. Voor volwassenen geldt sinds 2015 de richtlijn: niet drinken of maximaal 1 glas per dag. Deze richtlijnen zijn afkomstig uit de Richtlijnen goede voeding van de Gezondheidsraad.
Rokers
Jongeren en jongvolwassenen die ‘Ja’ antwoorden op de vraag: ‘Rookt u weleens?’.
Vapers/gebruikers e-sigaret
Jongeren en jongvolwassenen die ‘Ja, elke dag’ of ‘Ja, maar niet elke dag’ antwoorden op de vraag ‘Gebruikt u weleens een elektronische sigaret? Dat heet ook wel e-sigaret, e-smoker of shisha-pen. We bedoelen niet het verhitten van tabak of heatsticks met een apparaat zoals de IQOS.’
Zware drinkers
Jongeren en jongvolwassenen die minstens één keer per week 6 of meer glazen alcohol op één dag drinken (mannen) of minstens één keer per week 4 of meer glazen alcohol op één dag drinken (vrouwen).
7.4Meer informatie en geraadpleegde literatuur
Meer informatie
Meer informatie over de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor is te vinden in de Onderzoeksbeschrijving Gezondheidsenquête.
Een beschrijving over (de totstandkoming van) de vraagstelling over voeding, zoals die is opgenomen in de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor, is te vinden in de nota Voeding in de Gezondheidsenquête.
Cijfers over middelengebruik en voeding, naar persoonskenmerken zijn te vinden op StatLine.
Meer informatie over de Richtlijnen goede voeding is te vinden op de website van de Gezondheidsraad: Richtlijnen goede voeding 2015.
Meer informatie over de Schijf van Vijf is te vinden op de website van het Voedingscentrum: Schijf van Vijf.
Noten
In de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor is aangeven dat mensen bij ‘dranken met suiker’ moeten denken aan frisdrank, ranja, energiedrank, vruchtensap en drinkyoghurt met toegevoegde suikers. Ook is aangegeven dat suikervrije frisdrank, drinkyoghurt zonder toegevoegde suikers, koffie en thee niet moeten worden meegeteld. Voor mensen vanaf 12 jaar staat nog vermeld dat ook alcohol niet meegeteld hoeft te worden, want daar wordt apart naar gevraagd.
In de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor worden de volgende twee vragen over snacks gesteld: 1) Hoeveel grote snacks eet u/uw kind per week? Denk aan een grote koek, chocoladereep, stuk taart, frikandel, een zakje chips. 2) Hoeveel kleine snacks eet u/uw kind per dag? Denk aan een paar dropjes of borrelnootjes, een klein koekje, chocolaatje, waterijsje, een bitterbal.