Foto omschrijving: Een jongere met problemen op haar kamer

Jeugdzorg en Veilig Thuis

Jongeren in jeugdzorg en advies- en meldpunt Veilig Thuis

Auteur: Brigitta Struijkenkamp

In 2021 ontvingen 461 duizend jongeren jeugdzorg, 450 duizend daarvan ontvingen jeugdhulp, 41 duizend hadden een jeugdbeschermingsmaatregel en 8 duizend een jeugdreclasseringsmaatregel. Ten opzichte van 2015 is het aantal jongeren met jeugdreclassering met 29 procent gedaald. Het aantal jongeren met jeugdbescherming is in deze periode met 1,4 procent afgenomen. Bij 14 procent van de kinderen met ondertoezichtstelling kan worden vastgesteld dat de ouders van het kind op 1 januari 2021 op hetzelfde adres woonden. Bij jongeren met voogdij kan dit bij 10 procent worden vastgesteld. Het advies- en meldpunt voor iedereen die vermoedens heeft van kindermishandeling of huiselijk geweld (‘Veilig Thuis’) heeft in 2021, in tegenstelling tot de twee jaar daarvoor, meer adviezen gegeven dan meldingen ontvangen.

3.1Jeugdzorg in Nederland

In 2021 kregen 461 duizend jongeren jeugdzorg. Dat is bijna 10 procent van alle jongeren van 0 tot en met 22 jaar in Nederland. 450 duizend jeugdzorgjongeren ontvingen jeugdhulp in 2021.

Bij de decentralisatie van jeugdzorg in 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor de jeugdzorg in Nederland. Sinds 2015 is het aantal jeugdhulpontvangers gestegen van 363 duizend naar 423 duizend in 2020.noot1 Jeugdhulp kan zowel rechtstreeks door de gemeente betaald worden (zorg in natura), als door de ouders zelf worden ingekocht met een persoonsgebonden budget (pgb). De groep jongeren met een pgb is sinds 2015 afgenomen, van 32 duizend in 2015 naar 18 duizend in 2021.

461 000 jongeren met jeugdzorg in 2021 Buitenvorm Binnenvorm

In 2021 kregen 41 duizend jongeren jeugdbescherming, 1,4 procent minder dan in 2015. In 2021 ontvingen 8 duizend jongeren jeugdreclassering tegenover 11 duizend in 2015, een afname van 29 procent ten opzichte van 2015.

3.1.1 Ontwikkeling van het aantal jongeren met jeugdzorg (2015=100)
jaar Jeugdhulp in natura Jeugdhulp PGB Jeugdbescherming Jeugdreclassering
2015 100,000 100,000 100,000 100,000
2016 108,523 90,728 94,589 95,785
2017 114,600 71,092 94,052 90,897
2018 117,770 66,410 95,495 84,170
2019 121,722 62,359 98,010 81,883
2020 119,451 60,758 98,617 76,726
2021* . 56,137 98,427 71,345

Regionale verschillen

Het percentage jongeren van 0 t/m 22 jaar dat in 2021 jeugdzorg kreeg, verschilt per gemeente. De gemeenten Vlieland, Staphorst en Raalte hadden in 2021 het laagste aandeel jongeren met jeugdzorg, met respectievelijk 4,2, 5,4 en 5,9 procent. De gemeenten Tiel, Terneuzen en Heerde hadden in 2021 het grootste aandeel jongeren met jeugdzorg, met respectievelijk 18,8, 16,5 en 15,5 procent. In de gemeenten Amsterdam en Den Haag ligt het aandeel rond het landelijke gemiddelde met respectievelijk 10,5 en 10,9 procent. In Rotterdam is het aandeel met 7,8 procent lager en in Utrecht met 13,3 procent hoger. Over het algemeen krijgen jongeren in het noordoosten van Nederland en in Midden-Limburg relatief het vaakst jeugdhulp.

3.1.2 Jongeren met jeugdzorg tot 23 jaar, 2021*
Gemeente_naam aandeelJH
's-Gravenhage (gemeente) 10,93
's-Hertogenbosch 9,79
Aa en Hunze 11,18
Aalsmeer 9,93
Aalten 10,42
Achtkarspelen 10,23
Alblasserdam 11,79
Albrandswaard 7,15
Alkmaar 11,45
Almelo 11,68
Almere 10,63
Alphen aan den Rijn 11,38
Alphen-Chaam 9,40
Altena 9,69
Ameland 9,12
Amersfoort 10,40
Amstelveen 9,03
Amsterdam 10,49
Apeldoorn 10,90
Arnhem 10,99
Assen 14,65
Asten 8,59
Baarle-Nassau 7,83
Baarn 10,34
Barendrecht 8,10
Barneveld 9,08
Beek (L.) 12,03
Beekdaelen 11,99
Beemster 8,68
Beesel 12,42
Berg en Dal 9,97
Bergeijk 10,56
Bergen (L.) 10,00
Bergen (NH.) 8,84
Bergen op Zoom 13,30
Berkelland 10,59
Bernheze 10,12
Best 11,43
Beuningen 11,13
Beverwijk 11,45
Bladel 9,66
Blaricum 9,37
Bloemendaal 9,72
Bodegraven-Reeuwijk 10,65
Boekel 8,07
Borger-Odoorn 11,82
Borne 9,36
Borsele 10,18
Boxmeer 9,19
Boxtel 9,53
Breda 9,44
Brielle 6,90
Bronckhorst 10,09
Brummen 10,89
Brunssum 14,13
Bunnik 8,90
Bunschoten 10,38
Buren 12,14
Capelle aan den IJssel 11,22
Castricum 8,53
Coevorden 10,02
Cranendonck 10,01
Cuijk 10,08
Culemborg 11,81
Dalfsen 8,69
Dantumadiel 8,89
De Bilt 9,09
De Fryske Marren 8,08
De Ronde Venen 7,55
De Wolden 9,65
Delft 9,51
Den Helder 13,82
Deurne 8,97
Deventer 9,45
Diemen 6,99
Dinkelland 6,42
Doesburg 12,26
Doetinchem 11,95
Dongen 12,43
Dordrecht 12,24
Drechterland 6,67
Drimmelen 11,82
Dronten 10,06
Druten 10,15
Duiven 11,37
Echt-Susteren 14,01
Edam-Volendam 6,72
Ede 9,10
Eemnes 9,80
Eemsdelta 11,20
Eersel 10,20
Eijsden-Margraten 10,50
Eindhoven 9,16
Elburg 8,87
Emmen 11,93
Enkhuizen 10,44
Enschede 9,80
Epe 9,41
Ermelo 11,95
Etten-Leur 10,65
Geertruidenberg 14,80
Geldrop-Mierlo 12,52
Gemert-Bakel 7,51
Gennep 11,97
Gilze en Rijen 11,34
Goeree-Overflakkee 8,03
Goes 12,00
Goirle 11,57
Gooise Meren 10,64
Gorinchem 10,30
Gouda 12,99
Grave 11,44
Groningen (gemeente) 8,61
Gulpen-Wittem 9,08
Haaksbergen 9,26
Haarlem 9,71
Haarlemmermeer 10,41
Halderberge 10,83
Hardenberg 10,06
Harderwijk 12,43
Hardinxveld-Giessendam 8,35
Harlingen 10,67
Hattem 7,86
Heemskerk 10,66
Heemstede 9,70
Heerde 15,46
Heerenveen 10,13
Heerhugowaard 11,29
Heerlen 13,77
Heeze-Leende 9,37
Heiloo 9,43
Hellendoorn 8,86
Hellevoetsluis 8,55
Helmond 9,40
Hendrik-Ido-Ambacht 10,90
Hengelo (O.) 10,89
Het Hogeland 12,29
Heumen 9,81
Heusden 11,63
Hillegom 13,23
Hilvarenbeek 8,88
Hilversum 10,35
Hoeksche Waard 10,11
Hof van Twente 8,82
Hollands Kroon 11,11
Hoogeveen 12,02
Hoorn 11,09
Horst aan de Maas 11,10
Houten 9,37
Huizen 10,92
Hulst 12,55
IJsselstein 10,19
Kaag en Braassem 11,82
Kampen 10,10
Kapelle 10,95
Katwijk 9,47
Kerkrade 13,85
Koggenland 9,19
Krimpen aan den IJssel 15,24
Krimpenerwaard 9,78
Laarbeek 8,00
Landerd 8,86
Landgraaf 12,25
Landsmeer 9,30
Langedijk 9,22
Lansingerland 8,59
Laren (NH.) 9,49
Leeuwarden 11,85
Leiden 11,41
Leiderdorp 12,89
Leidschendam-Voorburg 11,03
Lelystad 10,32
Leudal 12,91
Leusden 8,92
Lingewaard 11,65
Lisse 11,62
Lochem 9,64
Loon op Zand 10,82
Lopik 7,75
Losser 9,21
Maasdriel 10,31
Maasgouw 11,63
Maassluis 6,52
Maastricht 9,58
Medemblik 9,67
Meerssen 12,13
Meierijstad 10,00
Meppel 12,14
Middelburg (Z.) 11,13
Midden-Delfland 6,97
Midden-Drenthe 11,17
Midden-Groningen 12,98
Mill en Sint Hubert 8,74
Moerdijk 12,89
Molenlanden 10,06
Montferland 11,06
Montfoort 7,55
Mook en Middelaar 9,01
Neder-Betuwe 10,63
Nederweert 11,60
Nieuwegein 10,95
Nieuwkoop 8,67
Nijkerk 10,42
Nijmegen 9,03
Nissewaard 12,54
Noardeast-Fryslân 9,54
Noord-Beveland 8,82
Noordenveld 10,57
Noordoostpolder 8,68
Noordwijk 12,31
Nuenen, Gerwen en Nederwet 9,57
Nunspeet 9,29
Oegstgeest 11,89
Oirschot 9,51
Oisterwijk 9,88
Oldambt 13,03
Oldebroek 8,93
Oldenzaal 8,98
Olst-Wijhe 8,48
Ommen 9,57
Oost Gelre 12,56
Oosterhout 11,61
Ooststellingwerf 11,06
Oostzaan 7,23
Opmeer 6,96
Opsterland 9,75
Oss 13,00
Oude IJsselstreek 12,31
Ouder-Amstel 9,11
Oudewater 8,30
Overbetuwe 10,74
Papendrecht 12,58
Peel en Maas 9,27
Pekela 12,66
Pijnacker-Nootdorp 9,02
Purmerend 9,62
Putten 10,21
Raalte 5,94
Reimerswaal 9,11
Renkum 12,83
Renswoude 7,37
Reusel-De Mierden 9,54
Rheden 11,85
Rhenen 7,89
Ridderkerk 8,89
Rijssen-Holten 10,41
Rijswijk (ZH.) 10,76
Roerdalen 12,83
Roermond 12,96
Roosendaal 11,53
Rotterdam 7,88
Rozendaal 8,32
Rucphen 12,34
Schagen 9,26
Scherpenzeel 9,09
Schiedam 6,33
Schiermonnikoog 6,21
Schouwen-Duiveland 10,11
Simpelveld 10,85
Sint Anthonis 8,22
Sint-Michielsgestel 7,99
Sittard-Geleen 13,71
Sliedrecht 13,47
Sluis 10,50
Smallingerland 12,25
Soest 9,80
Someren 7,81
Son en Breugel 10,78
Stadskanaal 12,05
Staphorst 5,44
Stede Broec 10,88
Steenbergen 11,20
Steenwijkerland 9,90
Stein (L.) 11,87
Stichtse Vecht 9,39
Súdwest-Fryslân 10,33
Terneuzen 16,54
Terschelling 9,12
Texel 11,72
Teylingen 12,53
Tholen 10,35
Tiel 18,78
Tilburg 10,41
Tubbergen 7,05
Twenterand 10,70
Tynaarlo 10,34
Tytsjerksteradiel 9,60
Uden 9,91
Uitgeest 8,17
Uithoorn 11,17
Urk 6,67
Utrecht (gemeente) 13,25
Utrechtse Heuvelrug 10,63
Vaals 8,71
Valkenburg aan de Geul 12,43
Valkenswaard 10,25
Veendam 15,33
Veenendaal 14,07
Veere 8,21
Veldhoven 11,46
Velsen 11,42
Venlo 10,78
Venray 9,48
Vijfheerenlanden 9,06
Vlaardingen 7,56
Vlieland 4,17
Vlissingen 12,34
Voerendaal 6,63
Voorschoten 11,03
Voorst 9,28
Vught 9,24
Waadhoeke 9,82
Waalre 10,01
Waalwijk 12,36
Waddinxveen 10,18
Wageningen 7,80
Wassenaar 8,94
Waterland 9,15
Weert 12,63
Weesp 7,87
West Betuwe 10,87
West Maas en Waal 10,16
Westerkwartier 11,29
Westerveld 11,12
Westervoort 14,14
Westerwolde 9,90
Westland 9,54
Weststellingwerf 9,26
Westvoorne 5,52
Wierden 8,02
Wijchen 10,93
Wijdemeren 9,85
Wijk bij Duurstede 11,08
Winterswijk 11,66
Woensdrecht 11,89
Woerden 9,27
Wormerland 7,15
Woudenberg 9,10
Zaanstad 8,79
Zaltbommel 12,29
Zandvoort 8,93
Zeewolde 12,61
Zeist 12,22
Zevenaar 12,32
Zoetermeer 12,42
Zoeterwoude 12,15
Zuidplas 10,18
Zundert 8,49
Zutphen 13,24
Zwartewaterland 7,80
Zwijndrecht 13,80
Zwolle 10,01

3.2Jeugdbescherming en jeugdreclassering

Jongens vaker jeugdreclassering dan meisjes

In 2021 stroomden 7 910 jongeren nieuwnoot2 in de jeugdbescherming, dit is 16,2 procent minder ten opzichte van 2019. De groep nieuwe instromers in de jeugdbescherming bestaat uit meer jongens dan meisjes, maar sinds 2019 verschuift de verhouding tussen jongens en meisjes. In 2019 stroomden nog 52,4 procent jongens in in de jeugdbescherming, in 2021 was dit 51,2 procent.

Ook bij de jeugdreclassering neemt het aantal nieuw instromende jongeren af sinds 2019. In 2019 ging het nog om 3 480 jongeren, in 2021 waren dit er 2 810. In 2021 kregen, net als in 2020 en 2019, in ieder type jeugdreclassering, meer jongens dan meisjes een jeugdreclasseringstraject; 87 procent jongens en 13 procent meisjes in 2021.

3.2.1 Jongeren die nieuw instroomden1) in de jeugdbescherming/-reclassering (%)
Type jeugdzorg Jaar Jongens Meisjes
Jeugdbescherming 2021, Jeugdbescherming 51,23 48,77
Jeugdbescherming 2020, Jeugdbescherming 51,89 48,11
Jeugdbescherming 2019, Jeugdbescherming 52,38 47,62
Jeugdreclassering 2021*, Jeugdreclassering 87,01 12,99
Jeugdreclassering 2020, Jeugdreclassering 88,03 11,97
Jeugdreclassering 2019, Jeugdreclassering 84,38 15,62
1)Onder nieuwe instromers verstaan we jongeren die in de vier jaar voor het verslagjaar niet eerder zijn ingestroomd.

Sterkste daling nieuwe instroom jeugdbescherming bij baby’s en peuters

Onder de in 2021 nieuw ingestroomde jongeren in de jeugdbescherming is de leeftijdsgroep 0- tot 3‑jarigen het meest afgenomen ten opzichte van 2020. Deze groep telde in 2021 1 365 baby’s en peuters, in 2020 waren dit er nog 1 575. De meerderheid van de nieuwe instroom in 2021 in de jeugdbescherming bestond uit 6- tot 15‑jarigen.

Onder nieuwe instromende jongeren in de jeugdreclassering waren de 15- tot en met 17‑jarigen het ruimst vertegenwoordigd. In 2021 waren dit 2 115 jongeren, 75 procent van alle nieuwe instromers binnen de jeugdreclassering. Bij de leeftijdscategorie 12 tot en met 14 jaar en bij de jongeren vanaf 18 jaar was het aantal nieuwe instromers respectievelijk 585 en 100 jongeren. De jongeren in de laatste groep zijn vóór hun 18e al ingestroomd, toen ze nog minderjarig waren. Na verloop van tijd zijn zij 18 jaar geworden en vielen zij onder het volwassenrecht. De aandelen per leeftijdsklasse veranderen niet veel van jaar tot jaar.

3.2.2 Jongeren die nieuw instroomden 1) in de jeugdbescherming/-reclassering (%)
type jeugdzorg jaar 0 tot 3 jaar 3 tot 6 jaar 6 tot 9 jaar 9 tot 12 jaar 12 tot 15 jaar 15 tot 18 jaar ouder dan 18 jaar
Jeugdbescherming 2021*, Jeugdbescherming 17,3 14,3 18 18,5 18,2 13,7 0
Jeugdbescherming 2020, Jeugdbescherming 18,5 14,5 17,1 18,6 17,7 13,6 0
Jeugdbescherming 2019, Jeugdbescherming 17,4 14,8 17,8 17,6 18,8 13,6 0
Jeugdreclassering 2021*, Jeugdreclassering 0 0 0 0,2 20,8 75,3 3,6
Jeugdreclassering 2020, Jeugdreclassering 0 0 0 0,3 20,3 76,3 3,1
Jeugdreclassering 2019, Jeugdreclassering 0 0 0 0 20,7 76,9 2,4
1) Onder nieuwe instromers verstaan we jongeren die in de vier jaar voor het verslagjaar niet eerder zijn ingestroomd.

3.3Ondertoezichtstelling en voogdij

Ouders van jongeren met OTS of voogdij wonen vaker niet bij elkaar dan wel

Vaak gaat een jeugdbeschermingsmaatregel samen met een (verplichte of vrijwillige) uithuisplaatsing. Om een beeld te krijgen van de huishoudenssamenstelling van het gezin van deze jongeren, is gekeken of beide juridische ouders van de jongere bij elkaar in hetzelfde huishouden wonen. Omdat niet van elke jongere met jeugdbescherming beide ouders bekend zijn in de Basisregistratie Personen (BRP), of niet van beide ouders een adres bekend is, kan dit niet voor elke jongere bepaald worden.

In 2021 waren bijna 31 duizend jongeren onder toezicht gesteld, en bij 11,4 duizend jongeren was er een voogdijmaatregel van kracht. Van bijna 81 procent van deze jongeren met OTS en ruim 54 procent van de jongeren met voogdij zijn beide ouders én hun adressen bekend. Van deze groep jongeren, is in kaart gebracht of beide ouders op 1 januari 2021 op hetzelfde adres woonden. Bij jongeren met OTS was dit in 17,6 procent het geval en bij jongeren met voogdij in 18,3 procent.

Bij 25,3 procent van de jongeren met voogdij is de vader niet bekend in de BRP, bij jongeren met OTS is dit bij 12,1 procent. Dit kan bijvoorbeeld als de vader het kind niet heeft erkend bij de geboorte. Uitgaande van alle jongeren met OTS of voogdij, kan bij 14 procent van de kinderen met OTS worden vastgesteld dat de ouders op 1 januari 2021 op hetzelfde adres woonden. Bij jongeren met voogdij kan dit bij 10 procent worden vastgesteld.

Van 1996 tot en met 2015 heeft het CBS bijgehouden welk percentage kinderen in Nederland met beide juridische ouders samen woonde. Dit nam af van 86 procent in 1996 naar 80 procent in 2015.

3.3.1 Jongeren met OTS/voogdij in 2021* naar samenwoonrelatie ouders, 1 januari 2021 (%)
categorie Beide ouders onbekend Moeder onbekend Vader onbekend Beide ouders bekend, maar niet van beide ouders adres bekend Ouders wonen in hetzelfde huishouden Ouders wonen niet in hetzelfde huishouden
Ondertoezichtstelling 0,8 0,6 12,1 5,5 14,3 66,7
Voogdij 3,3 0,8 25,3 16,5 9,9 44,2

Voogdijtrajecten vaakst beëindigd met reden ‘Herstel gezag’

Het aantal beëindigde voogdijtrajecten binnen de jeugdbescherming nam tussen 2015 en 2019 geleidelijk toe van 1 525 naar 1 790 trajecten. Vanaf 2019 is dit afgenomen naar 1 700 in 2021. Er is een verschuiving in de redenen waarom een voogdijtraject is beëindigd. Het aandeel trajecten dat wordt afgesloten omdat het gezag van de ouders wordt hersteld is in 2021 toegenomen ten opzichte van 2020, van 32 naar 53 procent. Het aandeel trajecten dat wordt afgesloten omdat de jongere meerderjarig wordt, is in dezelfde periode afgenomen. Ook het aandeel trajecten waarbij de voogdij naar een pleegouder gaat, is afgenomen van 10 procent in 2020 naar 3 procent in 2021.

3.3.2 Beëindigde voogdijtrajecten naar reden beëindiging (%)
Jaar Bereiken meerderjarigheid jeugdige Voogdij naar pleegouder Voogdij naar contactpersoon Herstel gezag
2015 69,51 20,66 0,00 9,84
2016 70,76 17,25 0,00 11,40
2017 72,73 15,84 0,00 11,14
2018 70,80 14,45 0,59 14,16
2019 58,66 17,32 0,56 23,18
2020 56,73 10,32 0,57 32,38
2021* 42,65 3,24 0,59 53,24
29% minder jongeren in de jeugdreclassering in 2021 t.o.v. 2015 Buitenvorm Binnenvorm

3.4Vergroting bereik Veilig Thuis

Veilig Thuis is het advies- en meldpunt voor iedereen die vermoedens heeft van kindermishandeling of huiselijk geweld. Veilig Thuis geeft de beller aanwijzingen, raadgevingen en tips om zelf verder te handelen in situaties van (vermoedelijk) huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Is dit niet mogelijk, of is de situatie te complex of ernstig, dan kan de beller een melding doen en komt Veilig Thuis in actie.

In 2021 ontvingen de Veilig Thuis organisaties 119 duizend meldingen over (vermoedens van) kindermishandeling of huiselijk geweld, in 2020 waren dit er nog 127 duizend. Daarnaast gaf Veilig Thuis 134 duizend keer advies aan slachtoffers, omstanders of professionals. Dat waren er bijna 12 duizend meer dan in 2020. Het aantal meldingen neemt sinds het tweede halfjaar 2019 af. Het aantal adviezen nam tot en met het eerste halfjaar 2021 toe, maar is in het tweede halfjaar van 2021afgenomen. De afname van het aantal meldingen sinds het tweede halfjaar van 2019 wordt deels veroorzaakt door een afname van het aantal meldingen vanuit de politie. De toename van het aantal adviesvragen komt vooral op het conto van burgers die Veilig Thuis om advies vragen: in het eerste halfjaar 2019 vroegen burgers ruim 18 duizend keer advies aan Veilig Thuis, in het tweede halfjaar 2021 ging het om ruim 29 duizend adviesvragen.

3.4.1 Gestarte adviezen en ontvangen meldingen bij Veilig Thuis (x 1 000)
Perioden Gestarte adviezen Ontvangen meldingen
1e halfjaar 2019 53,15 65,08
2e halfjaar 2019 54,54 66,73
1e halfjaar 2020 58,58 64,51
2e halfjaar 2020 63,48 62,91
1e halfjaar 2021** 67,54 60,86
2e halfjaar 2021* 66,37 58,33

3.5Begrippen

Jeugdhulp

Hulp en zorg zoals deze bedoeld en beschreven is in de Jeugdwet (2014). Het betreft hulp en zorg aan jongeren en hun ouders bij psychische, psychosociale en of gedragsproblemen, een verstandelijke beperking van de jongere, of opvoedingsproblemen van de ouders.

Jeugdhulp PGB

Persoonsgebonden budget (pgb) voor jeugdhulp is een geldbedrag waarmee de zorggebruiker zelf hulp en zorg vallend onder de Jeugdwet in kan kopen. Het pgb wordt verstrekt via de Sociale verzekeringsbank (SVB), maar is afkomstig van de gemeente.

Jeugdhulp in natura

Hulp en zorg zoals deze bedoeld en beschreven is in de Jeugdwet (2014), en in natura door de zorgaanbieder is geleverd. Pcb-gefinancierde hulp en zorg valt hier dus buiten. Het betreft hulp en zorg aan jongeren en hun ouders bij psychische, psychosociale en of gedragsproblemen, een verstandelijke beperking van de jongere, of opvoedingsproblemen van de ouders.

Jeugdbescherming

Een maatregel die de rechter dwingend oplegt. Het doel van de kinderbeschermingsmaatregelen is het opheffen van de bedreiging voor de veiligheid en ontwikkeling van het kind. Een kind of jongere wordt dan ‘onder toezicht gesteld’ of ‘onder voogdij geplaatst’.

OTS

Ondertoezichtstelling is een gezagbeperkende maatregel. Als de ontwikkeling van een kind ernstig bedreigd wordt en de zorg die in verband met het wegnemen van de bedreiging noodzakelijk is voor de minderjarige of voor zijn ouders, of de ouder die het gezag uitoefenen, door dezen niet of onvoldoende wordt geaccepteerd, dan kan de rechter op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming of het Openbaar Ministerie een ondertoezichtstelling uitspreken.

Voogdij

Bij voogdij is het gezag van ouders beëindigd en overgedragen aan een instelling of pleegouder als voogd. De maatregel wordt opgelegd als een kind zodanig opgroeit dat het in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd en de ouder niet in staat is de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding te dragen, binnen een voor het kind aanvaardbare termijn, of als de ouder het gezag misbruikt. De rechter bepaalt dan dat een ander voor bepaalde of onbepaalde tijd het gezag over het kind krijgt. De voogdij zal meestal uitgevoerd worden door een gecertificeerde instelling. Het kind wordt opgevoed in een pleeggezin of tehuis.

Jeugdreclassering

Een combinatie van begeleiding en controle voor jongeren vanaf 12 jaar, die voor hun 18e verjaardag met de politie of leerplichtambtenaar in aanraking zijn geweest en een proces-verbaal hebben gekregen. Indien gewenst kan het jeugdstrafrecht eveneens worden toegepast op jongvolwassenen in de leeftijd 18 tot en met 22 jaar. De jongere krijgt op maat gesneden begeleiding van een jeugdreclasseringswerker om te voorkomen dat hij of zij opnieuw de fout ingaat.

Advies kindermishandeling

Een op de behoefte van de adviesvrager afgestemde set van aanwijzingen, raadgevingen en tips die Veilig Thuis met de adviesvrager deelt, met als doel de adviesvrager in staat te stellen zelf verder te kunnen handelen in situaties van huiselijk geweld en/of kindermishandeling of bij een vermoeden daarvan. De adviesvrager blijft zelf verantwoordelijk voor eventuele verdere stappen, Veilig Thuis onderneemt geen verdere actie richting de directbetrokkenen bij het huiselijk geweld of de kindermishandeling.

Melding kindermishandeling

Het kenbaar maken aan Veilig Thuis van een situatie of vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling met vermelding van de persoonsgegevens van de betrokkene(n). Het verschil met een advies is dat bij een melding de verantwoordelijkheid voor het zicht op de veiligheid van de directbetrokkenen is overgedragen van de melder aan Veilig Thuis.

3.6Meer informatie en literatuur

Meer informatie

In de onderzoeksbeschrijvingen Beleidsinformatie Jeugd en Huiselijk geweld en kindermishandeling staat beschreven hoe de cijfers worden samengesteld.

Cijfers over jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering en over kindermishandeling zijn te vinden in Jeugdmonitor StatLine.

De ontwikkeling van de jeugdhulp is nader beschreven in de Rapportage Jeugdhulp 2021.

De ontwikkeling van de jeugdbescherming en jeugdreclassering is nader beschreven in de Rapportage Jeugdbescherming en jeugdreclassering 2021.

Noten

Het CBS heeft vanaf 2021 meer jeugdhulpaanbieders in beeld, waardoor cijfers vanaf 2021 niet meer vergelijkbaar zijn met de cijfers over jeugdhulp van de jaren voor 2021. De cijfers over jeugdbescherming en jeugdreclassering zijn goed vergelijkbaar over alle jaren.

Onder nieuwe instromers verstaan we jongeren die in de vier jaar voor het verslagjaar niet eerder zijn ingestroomd.

Colofon

Deze website is ontwikkeld door het CBS in samenwerking met Textcetera Den Haag.
Heb je een vraag of opmerking over deze website, neem dan contact op met het CBS.

Disclaimer en copyright

Cookies

CBS maakt op deze website gebruik van functionele cookies om de site goed te laten werken. Deze cookies bevatten geen persoonsgegevens en hebben nauwelijks gevolgen voor de privacy. Daarnaast gebruiken wij ook analytische cookies om bezoekersstatistieken bij te houden. Bijvoorbeeld hoe vaak pagina's worden bezocht, welke onderwerpen gebruikers naar op zoek zijn en hoe bezoekers op onze site komen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het functioneren van de website om zo de gebruikerservaring voor u te kunnen verbeteren. De herleidbaarheid van bezoekers aan onze website beperken wij zo veel mogelijk door de laatste cijfergroep (octet) van ieder IP-adres te anonimiseren. Deze gegevens worden niet gedeeld met andere partijen. CBS gebruikt geen trackingcookies. Trackingcookies zijn cookies die bezoekers tijdens het surfen over andere websites kunnen volgen.

De geplaatste functionele en analytische cookies maken geen of weinig inbreuk op uw privacy. Volgens de regels mogen deze zonder toestemming geplaatst worden.

Meer informatie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/telecommunicatie/vraag-en-antwoord/mag-een-website-ongevraagd-cookies-plaatsen

Leeswijzer

Verklaring van tekens

niets (blanco) een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
. het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim
0 (0,0) het cijfer is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
* voorlopige cijfers
** nader voorlopige cijfers
- (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
2016–2017 2016 tot en met 2017
2016/2017 het gemiddelde over de jaren 2016 tot en met 2017
2016/’17 oogstjaar, boekjaar, schooljaar, enz. beginnend in 2016 en eindigend in 2017
2004/’05-2016/’17 oogstjaar enz., 2004/’05 tot en met 2016/’17

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

Over het CBS

De wettelijke taak van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is om officiële statistieken te maken en de uitkomsten daarvan openbaar te maken. Het CBS publiceert betrouwbare en samenhangende statistische informatie, die het deelt met andere overheden, burgers, politiek, wetenschap, media en bedrijfsleven. Zo zorgt het CBS ervoor dat maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden op basis van betrouwbare statistische informatie.

Het CBS maakt inzichtelijk wat er feitelijk gebeurt. De informatie die het CBS publiceert, gaat daarom over onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Bijvoorbeeld economische groei en consumentenprijzen, maar ook criminaliteit en vrije tijd.

Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. Dit betreft het grootste deel van het werkprogramma.

Voor meer informatie over de taken, organisatie en publicaties van het CBS, zie cbs.nl.

Contact

Met vragen kunt u contact opnemen met het CBS.

Medewerkers

Auteurs

1. Inleiding

Ruud van Herk (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)

2. Jongeren in Nederland

Dominique van Roon

3. Jeugdzorg en Veilig Thuis

Brigitta Struijkenkamp

4. Opgroeien in ongelijke omstandigheden

Kai Gidding

5. School

Kiki van Neden, Robbert Molenaar

6. Werk

Harry Bierings

7. Middelengebruik en leefstijlkenmerken bij jongeren

Kim Knoops

8. Criminaliteit

Rob Kessels, Elianne Derksen

9. Jongeren in Caribisch Nederland

Carel Harmsen, Susanne Loozen, Mark Ramaekers

10. Welzijn van jongvolwassenen

Moniek Coumans

11. Werken in de Jeugdzorg

Willem Gielen

12. Met hart en ziel kwetsbare jeugdgroepen helpen staat onder druk

Jan Hendriks (Communicatie- en tekstbureau Blitz)

Redactie

Linda Fernandez Beiro

Astrid Pleijers

Jannes de Vries

Robert de Vries

Eindredactie

Karolien van Wijk

Erratum

Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, zijn er achteraf enkele onvolkomenheden geconstateerd. Onze excuses hiervoor.

Datum: 9 november 2022

De cijfers in figuur 6.1.3 waren niet op het juiste peilmoment berekend. In de longread en de PDF is de figuur 6.1.3 aangepast met de juiste cijfers.