Olie, grondstoffen en voeding domineren in de goedereninvoer uit Afrika

Foto omschrijving: Hand die cacaoboon pakt uit juten zak gevuld met cacaobonen

Trends in de Nederlands-Afrikaanse handel

Auteurs: Sarah Creemers, Hans Draper

In dit hoofdstuk wordt de Nederlandse handel, in goederen en diensten, met Afrika uitgelicht. De goederenhandel met Afrika wordt in perspectief geplaatst door de invoer uit en uitvoer naar Afrika af te zetten tegen de andere continenten. Ook de recente kwartaalontwikkelingen van de handel in goederen krijgen speciale aandacht. Langs zowel de import- als exportzijde wordt gekeken naar de belangrijkste Afrikaanse handelspartners, in het bijzonder de 15 focuslanden. In dit hoofdstuk besteden wij speciale aandacht aan de Nederlandse goederenhandel met minder ontwikkelde Afrikaanse landen. Welke van deze groep Afrikaanse landen spelen hierbij een hoofdrol en welke goederen worden er verhandeld? Tot slot komt ook de Nederlandse handel in diensten met het Afrikaanse continent kort aan bod.

1.1Inleiding

De economie mag in veel Afrikaanse regio’s en landennoot1 in opmars zijn de laatste jaren, maar in de wereldhandel is Afrika nog steeds een kleine speler (Tielens, 2019). Door de groeiende beroepsbevolking is Afrika een interessante afzetmarkt voor goederen en diensten (Stam, 2019). De omvang van de goederenexport van de Europese Unie (EU-28 inclusief het Verenigd Koninkrijk) naar Afrika was in 2019 zo’n drie keer kleiner dan de goederenexport naar de Verenigde Staten – waar veel minder mensen wonen dan in Afrika (Eurostat, 2021). Ook vanuit Nederlands oogpunt is Afrika met een totale handelswaarde (goederenexport plus -import) van ongeveer 26 miljard euro een relatief minder belangrijk continent. Hiermee is het belang van Afrika net iets kleiner dan Italië, onze zevende handelspartner. Het Afrikaanse continent beschikt over enorme hoeveelheden grondstoffen. Steeds meer grondstoffen – zoals olie, cacaobonen, groenten en fruit – worden echter geëxporteerd naar China, India en de Verenigde Staten.

Ook Nederland is vanuit Afrikaans perspectief een belangrijke handelspartner. Als grootste importeur van cacaobonen in de wereld haalde Nederland in 2020 meer dan 90 procent uit Afrika. Nederland heeft relatief veel handel met de Afrikaanse kustgebieden in het westen en zuiden van het continent (Dorhout, 2020). Doordat de handel met Afrika relatief veel uit grondstoffen bestaat en de grondstofprijzen erg kunnen schommelen (door bijvoorbeeld onenigheid binnen de OPEC over de olieprijs en mislukte oogsten), is het moeilijk het aandeel in de handel met Afrika door de tijd heen te vergelijken. Andersom verkoopt Nederland in Afrika vooral geproduceerde eindproducten, zoals olieproducten en machines. Aan het uitvoeren van verwerkte producten verdient een land meer dan aan de export van grondstoffen (Tielens, 2019). Wat betreft dienstverlening is de handelsrelatie tussen Nederland en Afrika vooralsnog erg bescheiden.

Van de Afrikaanse landen behoort een aanzienlijk deel tot de groep “Least Developed Countries”; 33 van de 46 minst ontwikkelde landen zijn volgens de Verenigde Naties gelegen in Afrika. De “Least Developed Countries” (LDC’s)noot2 is een groep van landen die de Verenigde Naties zo gedefinieerd heeft op basis van hun laag bruto binnenlands product, slechte onderwijs- en gezondheidsindicatoren en economische kwetsbaarheid (United Nations, 2021). Zowel op het platteland als in de snelgroeiende steden is een groot tekort aan behoorlijke inkomensbronnen voor de jonge bevolking (Ministerie van Buitenlandse Zaken, 2018). Mede hierdoor leeft de bevolking in veel Afrikaanse landen onder de armoedegrens en hebben mensen minder dan 1,9 dollar per dag te besteden (Schoch & Lakner, 2020). Wat betreft de internationale goederenhandel kampen de meeste LDC’s met een handelstekort. Deze LDC’s zijn uiterst kleine spelers op de wereldmarkt. Het handelstekort is een indicatie dat deze landen te maken hebben met structurele beperkingen, een laag productievermogen, uitvoerspecialisatie, internationale prijsbewegingen en markt-specifieke problemen zoals bijvoorbeeld falende overheid, corruptie en conflicten.noot3 Hierdoor kunnen LDC’s moeilijk reageren op wereldwijde economische gebeurtenissen en zijn daarom erg afhankelijk van andere landen in het voorzien van hun economische levensbehoeften (UNCTAD, 2019a en 2019b).

Leeswijzer

Dit hoofdstuk behandelt verschillende aspecten van de Nederlands-Afrikaanse handel tot en met 2020. In paragraaf 1.2 wordt uiteengezet hoe belangrijk het Afrikaanse continent is voor de Nederlandse goederenhandel. In paragraaf 1.3 wordt ingegaan op de goederenimport uit de 15 Afrikaanse focuslanden, zoals beschreven in de introductiepagina van deze Internationaliseringsmonitor. We gebruiken CBS-cijfers om het belang van Afrika voor de Nederlandse goederenimport te schetsen en om aan te geven over welke producten het gaat. Omgekeerd zal het belang van Nederland voor de Afrikaanse export in kaart gebracht worden, waarbij we ons baseren op cijfers van UNCTAD en UN-Comtrade. In paragraaf 1.4 komt de goederenexport naar de 15 Afrikaanse focuslanden aan bod. Vervolgens kijken we in paragraaf 1.5 naar de goederenhandel met de Afrikaanse Least Developed Countries – gebruikmakend van CBS-cijfers. De dienstenhandel tussen Nederland en het continent Afrika wordt op basis van CBS-cijfers besproken in paragraaf 1.6. We eindigen dit hoofdstuk met een samenvatting en conclusie van de resultaten, waarna we kort bespreken welke data en methoden in dit hoofdstuk gebruikt werden. In paragraaf 1.9 presenteren we als bijlage additionele gegevens over de Nederlandse goederenhandel met Afrikaanse landen.

86 procent van de import uit Afrika bestaat uit grondstoffen
26 procent van de export naar Afrika is benzine en diesel voor Nigeria en Togo

1.2Goederenhandel met Afrika in perspectief

In 2020 bedroeg de totale Nederlandse import 424 miljard euro. Dat is 14 procent meer dan in 2015. Toen importeerde Nederland in totaal voor 372 miljard euro aan goederen. Figuur 1.2.1 toont de ontwikkeling van de goederenhandel aan de hand van indexcijfers, waarbij 1970 als basisjaar wordt beschouwd. De indices geven een goede vergelijking van de ontwikkeling van de Nederlandse goederenhandel tussen de wereldwijde handel en de handel met Afrika in de afgelopen vijftig jaar. De Nederlandse goederenhandel nam mondiaal toe, zowel langs de invoer- als uitvoerzijde. Voor de goederenhandel met Afrika is hetzelfde patroon zichtbaar, alleen groeide de import van goederen uit Afrika duidelijk minder hard dan de Nederlandse invoer wereldwijd.

1.2.1 Ontwikkeling Nederlandse goederenhandel (1970=100)
Jaar Import totaal Import Afrika Export totaal Export Afrika
1970 100 100 100 100
1971 108 94 114 108
1972 113 95 126 121
1973 137 107 157 143
1974 181 202 206 220
1975 181 148 208 264
1976 214 197 249 283
1977 230 236 252 313
1978 235 232 254 293
1979 278 301 300 334
1980 313 396 345 425
1981 337 343 401 514
1982 344 356 415 501
1983 357 426 433 500
1984 409 451 494 483
1985 444 446 530 500
1986 381 240 463 424
1987 380 228 441 381
1988 403 209 478 403
1989 456 224 538 425
1990 473 245 561 392
1991 488 257 584 378
1992 487 216 578 344
1993 477 197 606 376
1994 528 208 674 338
1995 587 216 742 381
1996 634 250 795 405
1997 714 258 886 445
1998 764 266 934 514
1999 810 292 975 487
2000 980 368 1199 564
2001 990 469 1248 612
2002 932 375 1203 625
2003 938 380 1211 685
2004 1035 369 1322 727
2005 1133 553 1454 872
2006 1294 611 1649 1025
2007 1393 771 1797 1357
2008 1523 921 1916 1511
2009 1242 712 1600 1434
2010 1505 942 1921 1774
2011 1655 1071 2117 2029
2012 1766 1388 2222 2294
2013 1752 1302 2239 2270
2014 1734 1204 2241 2230
2015 1688 986 2166 2193
2016 1672 744 2188 1844
2017 1854 851 2417 1998
2018 2001 940 2574 2524
2019 2085 1035 2664 2620
2020* 1923 924 2491 2349
*voorlopige cijfers

Van de EU-28 (inclusief het Verenigd Koninkrijk) zijn Frankrijk, Duitsland, Spanje, Nederland en Italië de belangrijkste handelspartners van Afrika. In 2020 bedroeg de Nederlandse import uit Afrikaanse landen 10,9 miljard euro, dat is 23 keer minder dan de import uit Europa en 9 keer minder dan uit Azië. Het belang van Afrika voor de Nederlandse goederenimport was in 2020 circa 2,6 procent, zie figuur 1.2.2. Het belang van het hele continent Afrika voor de Nederlandse import van goederen is te vergelijken met de invoer van goederen uit Italië. Dit land neemt in rangorde de zevende positie in als goederenleverancier. In 2019 was relatief veel import uit Afrika bestemd voor de Nederlandse markt: 62 procent van de ingevoerde goederen werd geconsumeerd of verwerkt in Nederland. Voor het totale importpakket was dit in 2019 50 procent.

1.2.2 Herkomst Nederlandse goedereninvoer, 2020*
Continent import
Europa 255
Azië 102
Amerika 52
Afrika 11
Overig 5
*voorlopige cijfers

In 2020 bedroeg de Nederlandse export naar Afrikaanse landen 15,0 miljard euro. De Nederlandse goederenexport is vooral gericht op het Europese continent. In 2020 was meer dan drie kwart van de Nederlandse export bestemd voor Europese landen, zie figuur 1.2.3. Wel neemt dit aandeel al jaren af, ten faveure van voornamelijk Aziatische landen waaronder China (Creemers et al., 2020). Met een exportaandeel van 3,1 procent was Afrika als bestemming voor Nederlandse goederen een kleine speler. Afrika ontvangt net wat meer Nederlandse goederen dan Spanje. In rangorde neemt Spanje de zevende positie in als exportbestemming.

1.2.3 Bestemming Nederlandse goederenuitvoer, 2020*
Continent export
Europa 364
Azië 56
Amerika 38
Afrika 15
Overig 9
*voorlopige cijfers

De exportgoederen naar Afrikaanse landen wijken qua verhouding Nederlandse productie versus wederuitvoer sterk af van het doorsnee Nederlandse exportpakket. Zo is te zien in tabel 1.2.4 dat drie kwart van de uitgevoerde goederen met als bestemming Afrika in Nederland zijn geproduceerd, terwijl dat voor het gemiddelde Nederlandse exportpakket 54 procent is. Detailinformatie over de export van goederen van Nederlandse makelij en wederuitvoer naar individuele Afrikaanse landen is te vinden in bijlage (zie tabel 1.9.3 en tabel 1.9.4).

1.2.4Nederlandse goederenhandel naar continent, 2020*

Invoer totaal Uitvoer Handelbalans totaal
totaal NL makelij wederuitvoer
mld euro
Europa 255 364 178 186 109
Azië 102 56 40 15 –46
Amerika 52 38 25 13 –14
Afrika 11 15 11 4 4
Overig 5 9 7 2 5
 
Totaal 424 482 262 220 58

*voorlopige cijfers

Tabel 1.2.4 toont ook dat Nederland aanzienlijk meer goederen naar Afrika exporteert dan het daar vandaan importeert. In 2020 bedroeg dit handelsoverschot 4 miljard euro, ruim 1,7 miljard euro meer dan in 2015. Voor Azië en Amerika is het tegenoverstelde zichtbaar, namelijk een handelstekort. Nederland importeert aanzienlijk meer goederen uit deze continenten dan het daar naartoe uitvoert. Nederland als ‘Gateway to Europe’ is namelijk belangrijker als klant dan als leverancier van goederen voor de grootste economieën ter wereld (Draper, 2020).

In figuur 1.2.5 is te zien dat het pakket aan goederen dat Nederland uit Afrika importeert sterk verschilt van het doorsnee importpakket. 86 procent van de Nederlandse invoer uit Afrika bestaat uit voeding, minerale brandstoffen en andere grondstoffen. De totale Nederlandse invoer bestaat voor slechts 28 procent uit grondstoffen. Machines en fabricaten worden naar verhouding weinig uit Afrika geïmporteerd. Uit Creemers et al. (2020) bleek dat machines door Nederland relatief veel uit China worden geïmporteerd.

1.2.5 Samenstelling Nederlandse invoer, 2020* (%)
Import Voeding en dranken Grondstoffen en natuurproducten Minerale brandstoffen Chemische producten Machines Vervoermaterieel Fabricaten
Afrika 4,6 1,0 3,7 0,3 0,2 0,0 0,9
Alle landen 46,0 24,1 48,0 59,4 116,5 26,9 103,2
*voorlopige cijfers

De samenstelling van de Nederlandse exportgoederen naar Afrika wijkt minder af van het gemiddelde exportpakket dan te zien was bij de invoer uit Afrika. Figuur 1.2.6 toont dat duidelijk meer minerale brandstoffen naar Afrika gaan dan naar alle landen. Deze productgroep vormt 37 procent van de Nederlandse uitvoer naar Afrika, terwijl dat maar 9 procent is in de totale Nederlandse uitvoer. Afrika voert daarentegen relatief minder Nederlandse machines en fabricaten in.

1.2.6 Samenstelling Nederlandse uitvoer, 2020* (%)
Export Voeding en dranken Grondstoffen en natuurproducten Minerale brandstoffen Chemische producten Machines Vervoermaterieel Fabricaten
Afrika 2,2 0,5 5,6 2,6 2,1 0,6 1,3
Alle landen 69,2 29,5 44,3 88,9 122,8 24,3 102,8
*voorlopige cijfers

Coronacrisis raakt de internationale handel flink

De Nederlandse handel met alle continenten was in 2020 aanzienlijk lager dan in 2019. In 2020 was de Nederlandse uitvoer van goederen 33 miljard euro lager dan in 2019. Dat is een afname van 6 procent. Langs de Nederlandse importzijde is een daling van 8 procent (–36 miljard euro) zichtbaar in 2020 ten opzichte van een jaar eerder. Met een afname van de import van 11 procent en een exportdaling van 10 procent, kromp de handel met Afrika bovengemiddeld hard in 2020. De goederenhandel met Azië lijkt daarentegen in 2020 het minst hard getroffen. Door onenigheid over productiebeperkingen tussen Rusland en de OPEC en door een verminderde vraag daalde de olieprijs in maart 2020 sterk. In de maanden daarna steeg de olieprijs weer, maar in december lag de prijs nog ver onder het niveau van 2019. Dit heeft grote gevolgen gehad voor olie-exporterende landen met weinig economische diversificatie, zoals Angola en Nigeria (IMF, 2020). Afnemers van minerale brandstoffen betaalden daardoor beduidend minder dan een jaar geleden. De vraag naar Nederlandse goederen nam in 2020 onder andere af omdat olieproducerende landen minder olie-inkomsten hadden waardoor de financiële mogelijkheden beperkt waren. Als olie en olieproducten buiten beschouwing worden gelaten, vertoont de Nederlandse handel met Afrika weinig verschil in 2020 ten opzichte van 2019. Naast de kleinere vraag als gevolg van de coronacrisis waren er in 2020 toenemende spanningen in handelsbetrekkingen, waaronder onzekerheid over de Brexit.

1.3Nederlandse import van goederen uit Afrika

Deze en de volgende paragraaf geven een verdieping van de Nederlandse goederenhandel met Afrika. Daarbij ligt de nadruk vooral op de 15 focuslanden. De Nederlandse goederenimport uit Afrika bedroeg in 2020 bijna 10,9 miljard euro. Dat is 11 procent minder dan in 2019 en 6 procent minder dan in 2015. De lagere import is grotendeels het gevolg van een combinatie van de olie- en coronacrisis. De oliecrisis is ontstaan omdat aanbieders het niet eens konden worden over de prijs. Dit leidde tot veel aanbod en een buitengewoon lage olieprijs. De coronapandemie zorgde daarnaast voor een kleinere vraag naar goederen dan in andere jaren. Deze situatie leidde medio maart 2020 tot een forse daling van de importprijzen. De vraag naar olie en olieproducten ging fors onderuit omdat enkele productieketens stil kwamen te liggen of omdat onderdelen niet geleverd konden worden. Dit had een drukkend effect op de olieprijs. Figuur 1.3.1 toont aan dat de oliecrisis en de coronapandemie de goederenimport uit Afrika relatief harder hebben geraakt dan de import uit overige gebieden. Nederland importeerde in het vierde kwartaal van 2020 voor 2 601 miljoen euro goederen uit Afrika. Dat is een krimp van 24 procent. De totale Nederlandse goederenimport daalde tegelijkertijd met 5 procent. Figuur 1.3.1 geeft eveneens een inzicht in de impact van, en de grillige ontwikkeling in de olie-import. De olieleveranties door Nigeria aan Nederland zorgden in de loop van 2019 voor een enorme opleving van de import uit Nigeria, de belangrijkste olieproducent in Afrika.

1.3.1 Waarde Nederlandse goederenimport (% verandering t.o.v. een jaar eerder)
Jaar Kwartaal Totaal import Afrika
2018 1e kwartaal, 2018 5,8 12,1
2018 2e kwartaal, 2018 7,3 15,0
2018 3e kwartaal, 2018 10,6 3,1
2018 4e kwartaal, 2018 8,1 11,3
2019 1e kwartaal, 2019 5,3 -9,7
2019 2e kwartaal, 2019 6,6 4,4
2019 3e kwartaal, 2019 2,7 27,8
2019 4e kwartaal, 2019 2,5 19,7
2020* 1e kwartaal, 2020* -1,8 39,3
2020* 2e kwartaal, 2020* -16,4 -19,5
2020* 3e kwartaal, 2020* -7,6 -28,1
2020* 4e kwartaal, 2020* -5,2 -23,8
*voorlopige cijfers

Uit welke Afrikaanse landen importeert Nederland goederen?

Uit figuur 1.3.2 blijkt dat de Nederlandse import uit Afrika gedomineerd wordt door slechts drie landen. Bijna de helft (48 procent) van alle geïmporteerde goederen komt namelijk uit Nigeria, Zuid-Afrika en Ivoorkust. Goederen afkomstig uit Nigeria, Ivoorkust maar bijvoorbeeld ook uit Algerije zijn hoofdzakelijk bestemd voor de Nederlandse markt, terwijl goederen uit Zuid-Afrika vooral bestemd zijn voor wederuitvoer naar andere Europese landen.

1.3.2 Nederlandse import uit Afrika (mld euro)
Land Nigeria Zuid-Afrika Ivoorkust Ghana Algerije Overige landen
2015 3,4 1,2 1,1 0,6 1,2 4,1
2019 3,2 1,6 1,3 0,8 1,1 4,2
2020* 2,2 1,6 1,5 0,7 0,6 4,3
*voorlopige cijfers

Nigeria belangrijkste Afrikaanse goederenleverancier

Nigeria is de belangrijkste Afrikaanse importpartner voor Nederland. Uit tabel 1.3.3 blijkt dat Nigeria een vijfde deel van alle ingevoerde goederen uit Afrika levert. Het gaat hierbij vooral om olie en olieproducten. In 2020 bedroeg de import van deze goederen 1 911 miljoen euro, dat is 20 procent minder dan in 2019. De forse importkrimp wordt enerzijds verklaard door een beduidend kleinere vraag naar minerale brandstoffen. Anderzijds betaalden Nederlandse olie-importeurs in 2020 door vraag- en prijseffecten gemiddeld 33 procent minder voor een vat ruwe aardolie. Dat de import uit Nigeria vanaf 2015 een nogal grillige reeks vertoont, komt overigens niet alleen door een verandering in vraag en prijzen. Het is gebruikelijk dat olie-importerende bedrijven voor een langere periode contracten afsluiten met hun leveranciers. Als ook niet-Afrikaanse landen in ogenschouw worden genomen was Nigeria in 2020 het 33e importland. Andersom was Nederland na India en Spanje in 2019 de 3e exportbestemming van Nigeria, zie tabel 1.3.4.

35 procent van alle geïmporteerde druiven komt uit Zuid-Afrika Buitenvorm Binnenvorm

Zuid-Afrika op 2

Zuid-Afrika neemt na Nigeria de tweede plaats in als leverancier van goederen aan Nederland. Uit Zuid-Afrika kwam in 2020 circa 14 procent van alle Afrikaanse goederen. In 2020 was de totale import 2 procent lager dan in 2019, maar ten opzichte van 2015 groeide de import met ruim een derde. Met een import van 245 miljoen euro is Zuid-Afrika verreweg de belangrijkste leverancier van druiven. Van alle geïmporteerde druiven komt 35 procent uit Zuid-Afrika. Zuid-Afrika is eveneens een belangrijke leverancier van sinaasappelen (176 miljoen euro) en avocado’s (77 miljoen euro). Van alle importlanden stond Zuid-Afrika in 2020 op de 40e plaats. Vanuit het Zuid-Afrikaanse perspectief bekeken was Nederland in 2019 de 11e exportbestemming, zie tabel 1.3.4.

Ivoorkust op 3

Ivoorkust heeft in rangorde de derde positie in de Nederlandse goederenimport uit Afrika. Het land levert vooral cacaobonen en halffabricaten zoals cacaomassa en cacaoboter aan de Nederlandse industrie. Als leverancier van cacaobonen is Ivoorkust met afstand het belangrijkste importland met een waarde van 1 060 miljoen euro. De import uit Ivoorkust was in 2020 14 procent hoger dan in 2019. In de afgelopen vijf jaar groeide de import met 33 procent. Omdat cacaobonen een oogstgevoelig product zijn, kunnen de prijzen van cacaobonen jaarlijks nogal schommelen. De hogere import in 2020 is volledig toe te schrijven aan een hogere importprijs voor cacaobonen. In 2020 nam Ivoorkust de 41e positie in als goederenleverancier. Andersom was Nederland in 2019 de belangrijkste exportbestemming van Ivoorkust, zie tabel 1.3.4. Nederland is dan ook een vooraanstaande schakel in de mondiale handel in cacaobonen en halffabricaten (CBS, 2019).

Ghana op 4 en Algerije op 5

Cacaobonen zijn eveneens het belangrijkste exportproduct van Ghana. Het aandeel van cacaobonen in de Ghanese goederenexport naar Nederland was in 2020 30 procent. De waarde van de import uit Algerije fluctueert. Dat komt omdat olie en olieproducten het belangrijkste importproduct zijn. Vraag- en prijseffecten spelen hierbij een grote rol.

1.3.3Goederenimport uit Afrika, 15 focuslanden en overige landen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Nigeria 3 359 1 241 1 935 2 367 3 242 2 179 20
Zuid-Afrika 1 165 1 187 1 301 1 449 1 591 1 562 14
Ivoorkust 1 128 1 172 1 420 1 481 1 314 1 498 14
Ghana 621 799 829 971 756 718 7
Algerije 1 174 863 798 1 010 1 133 628 6
 
Marokko 420 357 387 492 580 618 6
Kenia 403 427 466 485 481 484 4
Egypte 286 283 393 355 529 425 4
Tunesië 176 163 174 220 215 196 2
Mozambique 83 113 165 102 134 155 1
 
Ethiopië 242 314 233 138 111 128 1
Oeganda 86 84 76 77 68 58 1
Tanzania 60 51 54 58 63 53 0
Senegal 31 33 42 44 69 41 0
Rwanda 1 1 4 4 5 6 0
 
Overige landen1) 2 375 1 678 1 748 1 817 1 905 2 133 20
 
Totaal 11 611 8 764 10 025 11 069 12 196 10 881 100

1)In bijlage van dit hoofdstuk staat in tabel 1.9.2 een overzicht van de import uit alle Afrikaanse landen.

*voorlopige cijfers

Binnen de groep van overige landen hebben Kameroen en Gabon in tabel 1.3.3 een belangrijk aandeel in de import uit Afrika en behoren ze tot de belangrijkste tien importlanden. Uit Kameroen werd in 2020 voor 656 miljoen euro aan goederen geïmporteerd. De importstroom uit Kameroen bestond vooral uit olie en cacaobonen. De import uit Gabon bedroeg 289 miljoen euro en bestond vrijwel uitsluitend uit olie.

Vanuit Afrikaans oogpunt is Zuid-Afrika de belangrijkste goederenexporteur van het Afrikaanse continent. Uit tabel 1.3.4 blijkt dat Zuid-Afrika in 2019 voor 80,4 miljard euro goederen wereldwijd exporteerde. Samen met Zuid-Afrika vormen Nigeria en Algerije de top-3. De export van deze landen is respectievelijk 55,9 en 32,0 miljard euro. Opvallend is dat 9 van de 15 focuslanden een niet-Afrikaanse partner als belangrijkste exportbestemming hebben. Tijdens de “Scramble for Africa”, rond 1885, werd het continent opgedeeld door Europese koloniale grootmachten. Nu, ruim 135 jaar later, lijkt er een nieuwe strijd om het continent te zijn losgebarsten. Deze keer zijn het China, Turkije, de Verenigde Staten en Europa die allemaal concurreren om economische belangen en invloed. De nieuwe “Scramble for Africa” is anders dan de vorige. Het gaat nu niet om grondgebied, koloniën of protectoraten, maar er wordt gekeken naar de beste handelsrelaties en betaalbare arbeidskrachten (D’Haens, 2018; Evofenedex, 2019). Nederland is voor de export van Ivoorkust, Nigeria en Kenia bijzonder belangrijk, zo blijkt uit tabel 1.3.4.

1.3.4Afrikaanse goederenexport, 15 focuslanden: belangrijkste exportpartners en positie Nederland, 2019

Export Partner 1 Partner 2 Partner 3 Positie NL
mld euro
Zuid-Afrika 80,4 China Duitsland VS 11
Nigeria 55,9 India Spanje Nederland 3
Algerije 32,0 Italië Frankrijk Spanje 6
Egypte 25,9 VS1) VAE1) Turkije1) 211)
Marokko 26,0 Spanje Frankrijk Italië 8
 
Ghana 14,0 China Zwitserland India 5
Tunesië 13,3 Frankrijk Italië Duitsland 9
Ivoorkust 11,3 Nederland VS Frankrijk 1
Kenia 5,2 Oeganda VS Nederland 3
Senegal 3,7 Mali Zwitserland India 18
 
Mozambique 4,1 Zuid-Afrika India China 5
Tanzania 4,5 Rwanda2) Kenia2) Dem. Rep. Congo2) 162)
Oeganda 3,1 Kenia2) VAE 2) Zuid-Soedan2) 72)
Ethiopië 2,5 China2) Saoedi-Arabië2) VS2) 232)
Rwanda 1,0 Dem. Rep. Congo VAE Oeganda 20

Bron:UNCTAD (omgerekend in euro) en UN-Comtrade; 2019, tenzij anders vermeld.

1)Data uit 2017.

2)Data uit 2018.

Welke goederen importeert Nederland uit Afrika?

De Nederlandse import van goederen uit Afrika was in 2020 goed voor 10,9 miljard euro. Het Afrikaanse continent is rijk aan grondstoffen. Zoals blijkt uit figuur 1.3.5, domineren grondstoffen het importpakket. De prijzen die betaald worden voor grondstoffen kunnen door verschillende oorzaken door de jaren heen sterk verschillen. Het is daarom uiterst moeilijk om specifiek bij Afrika de ontwikkelingen van de importwaarde als maatstaf van de ingevoerde grondstoffen te nemen.

1.3.5 Nederlandse import uit Afrika (mld euro)
Goederen Ruwe aardolie Cacaobonen Fruit Snijbloemen Groenten Overige goederen
2020* 3,3 1,9 1,2 0,4 0,3 3,8
2019 4,5 1,9 1,0 0,5 0,4 3,9
2015 5,3 1,7 0,8 0,5 0,3 3,0
*voorlopige cijfers

Uit figuur 1.3.5 en tabel 1.3.6 blijkt dat ruwe aardolie en cacaobonen samen goed zijn voor bijna de helft van de Nederlandse import uit Afrika. De invoerwaarde van ruwe aardolie is in 2020 sterk afgenomen in vergelijking met 2019 en 2015 (respectievelijk –27 procent en –‍38 procent). Circa 17 procent (3 286 miljoen euro) van alle door Nederland geïmporteerde ruwe aardolie is afkomstig uit Afrika. Hiervan neemt Nigeria ongeveer de helft voor haar rekening. Verder voert Nederland ook olie in uit Algerije, Angola en Kameroen.

De Amsterdamse haven is een van de grootste cacaoclusters ter wereld: van opslag tot productie van cacao- en chocoladeproducten. De haven heeft uitstekende achterlandverbindingen via binnenvaart, spoor, weg en lucht voor het transport van cacao (Port of Amsterdam, z.d.; Creemers et al., 2021a). In 2020 importeerde Nederland voor 2 111 miljoen euro aan cacaobonen. Hiervan was 92 procent afkomstig uit Afrika. Geïmporteerde bonen worden grotendeels in Nederland verwerkt tot chocolade en halffabricaten zoals cacaopasta, cacaoboter en cacaopoeder. Er gaat veel halffabricaat naar onze buurlanden om er bijvoorbeeld chocolade van te maken.

Na olie en cacaobonen levert Afrika veel fruit aan Nederland. In 2020 ging het om 1 230 miljoen euro, bijna 20 procent meer dan in 2019. Van al het door Nederland geïmporteerde fruit is 18 procent afkomstig uit Afrika. Nederland importeert vooral veel druiven (283 miljoen euro), sinaasappels (277 miljoen euro) en avocado’s (153 miljoen euro) uit Afrika.

Bijna de helft van alle door Nederland geïmporteerde snijbloemen komen uit Afrika. Nederlandse handelaren importeerden in 2020 voor 446 miljoen euro uit Afrika. Vooral Kenia is een belangrijke leverancier: in 2020 was de import van snijbloemen uit Kenia 290 miljoen euro, waarvan 80 procent rozen.

Afrika is voor Nederland een relatief belangrijke leverancier van ruw aluminium met een importaandeel van 10 procent. Nederland haalt vooral veel aluminium uit Mozambique.

Omdat het palet aan importgoederen grotendeels bestaat uit producten die gevoelig zijn voor prijseffecten is het uiterst lastig om de import uit Afrika door de jaren heen met elkaar te vergelijken.

1.3.6Nederlandse import uit Afrika, belangrijkste goederen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Ruwe aardolie 5 280 2 159 3 236 3 752 4 496 3 286 17
Cacaobonen 1 673 2 053 1 767 1 937 1 858 1 941 92
Fruit 815 904 965 1 026 1 036 1 230 18
Snijbloemen 474 492 540 458 456 446 48
Groenten 256 278 284 312 377 345 6
 
Chemische producten 366 317 343 415 464 338 1
Kleding 153 160 155 182 247 245 2
Geraffineerde aardolie producten 195 230 382 435 448 241 2
Machines 241 298 224 209 148 184 0
Ruw aluminium 76 139 123 159 182 169 10
 
Overig 2 082 1 734 2 007 2 185 2 482 2 455
 
Totaal 11 611 8 763 10 025 11 069 12 196 10 880 100

*voorlopige cijfers

1.4Nederlandse export van goederen naar Afrika

Nederland exporteerde in 2020 voor 15,0 miljard euro naar het Afrikaanse continent. Dat is een afname van 10 procent in vergelijking met 2019. Deze daling is, net zoals bij de importkrimp, voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de gevolgen van de coronacrisis en de lagere olieprijs. De export naar Afrika is in relatieve zin veel harder geraakt dan de totale export omdat brandstoffen een erg belangrijk onderdeel zijn van het Nederlandse exportpakket naar Afrika. Ten opzichte van 2015 groeide de export naar Afrika met 7 procent. Detailinformatie over de export van goederen van Nederlandse makelij en wederuitvoer staat vermeld in bijlage (zie tabel 1.9.3 en tabel 1.9.4).

De goederenexport naar Afrika nam in het eerste kwartaal van 2020 nog toe ten opzichte van een jaar eerder, zie figuur 1.4.1. Na de wereldwijde uitbraak van het coronavirus en de daaropvolgende maatregelen voor het bestrijden van dit virus nam de goederenhandel met Afrika in het tweede kwartaal sterk af. Als gevolg van toenemende productieactiviteiten krabbelde de export naar Afrika in het derde kwartaal weer enigszins op. In het laatste kwartaal van 2020 bleef de exportontwikkeling naar Afrika opnieuw achter bij de totale export. Dit heeft vooral te maken met de vooraanstaande positie van motorbrandstoffen in de export naar Afrika. Nederland exporteerde in het vierde kwartaal van 2020 voor 4 130 miljoen euro aan goederen naar Afrika. Dat is 20 procent minder dan in dezelfde periode een jaar eerder. De Nederlandse goederenexport had in 2020 ook last van een afnemende vraag omdat olieproducerende landen minder olie-inkomsten hadden. Daardoor ontstond er minder ruimte voor bestedingen.

1.4.1 Waarde Nederlandse goederenexport (% verandering t.o.v. een jaar eerder)
Jaar Kwartaal Totaal export Afrika
2018 1e kwartaal, 2018 3,6 32,1
2018 2e kwartaal, 2018 5,8 3,3
2018 3e kwartaal, 2018 9,2 37,2
2018 4e kwartaal, 2018 7,5 34,8
2019 1e kwartaal, 2019 3,8 -13,9
2019 2e kwartaal, 2019 5,2 18,0
2019 3e kwartaal, 2019 1,9 -5,2
2019 4e kwartaal, 2019 3,2 17,5
2020* 1e kwartaal, 2020* -0,1 22,7
2020* 2e kwartaal, 2020* -17,1 -34,1
2020* 3e kwartaal, 2020* -6,1 -2,2
2020* 4e kwartaal, 2020* -2,6 -20,2
*voorlopige cijfers

Naar welke Afrikaanse landen exporteert Nederland goederen?

Uit figuur 1.4.2 blijkt dat er vooral veel Nederlandse uitvoer is naar Nigeria, Zuid-Afrika en Egypte. De export naar deze drie landen bedroeg in 2020 47 procent van de totale Nederlandse goederenexport naar Afrika.

1.4.2 Nederlandse export naar Afrika (mld euro)
Landen Nigeria Zuid-Afrika Egypte Marokko Ghana Overige landen
2015 2,9 2,0 1,4 0,8 0,8 6,1
2019 5,2 1,9 1,6 1,1 0,5 6,4
2020* 3,9 1,7 1,5 1,0 0,8 6,1
*voorlopige cijfers

Nigeria belangrijkste Afrikaanse exportbestemming

Zoals uit tabel 1.4.3 blijkt, is Nigeria met een export van 3 872 miljoen euro verreweg het belangrijkste Afrikaanse exportland voor Nederland. Van alle Nederlandse exportgoederen bestemd voor het Afrikaanse continent gaat meer dan een kwart naar Nigeria. Twee derde deel (2 651 miljoen euro) betreft geraffineerde aardolieproducten. Hoewel Nigeria beschikt over olie van goede kwaliteit is het niet in staat om de zelfgeproduceerde olie te raffineren. Een belangrijk deel hiervan gaat naar Nederland waar hoogwaardige olieproducten gemaakt worden. Een deel van deze olieproducten gaat als benzine en diesel terug naar Nigeria. Van alle landen was Nigeria in 2020 onze 23e exportpartner. Vanuit Nigeriaans perspectief was Nederland in 2019 het 4e belangrijkste land van herkomst voor import, zie tabel 1.4.4.

Zuid-Afrika op 2

Na Nigeria volgt Zuid-Afrika als tweede Afrikaanse bestemming voor Nederlandse goederen. In 2020 bedroeg de Nederlandse goederenexport naar Zuid-Afrika 1 661 miljoen euro. Dat is 14 procent minder dan in 2019 en 18 procent minder dan in 2015. Er gaat een breed scala aan producten vanuit Nederland naar Zuid-Afrika waarvan machines, zoals gespecialiseerde machines en mobiele telefoons, en chemische producten de belangrijkste zijn. Van alle exportpartners nam Zuid-Afrika in 2020 de 41e positie in. Een jaar eerder was Nederland het 16e land van herkomst voor invoer van Zuid-Afrika, zie tabel 1.4.4.

Egypte op 3

Op de derde plaats van belangrijkste exportbestemmingen staat Egypte met een export van 1 509 miljoen euro. Dat is ongeveer 10 procent van alle Nederlandse goederen met bestemming Afrika. In vergelijking met 2019 daalde de export met 6 procent. Ten opzichte van 2015 nam de export naar Egypte juist met 8 procent toe. In 2020 waren medicinale en farmaceutische producten het belangrijkste exportproduct (172 miljoen euro). In rangorde staat Egypte in 2020 op de 43e plaats. Vanuit Egyptisch oogpunt was Nederland in 2019 de 18e importpartner, zie tabel 1.4.4.

1.4.3Goederenexport naar Afrika, 15 focuslanden en overige landen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Nigeria 2 937 2 320 2 506 4 205 5 247 3 872 26
Zuid-Afrika 2 034 1 874 1 879 1 943 1 941 1 661 11
Egypte 1 392 1 320 1 201 1 353 1 601 1 509 10
Marokko 849 1 019 978 1 036 1 061 952 6
Ghana 800 440 667 687 499 770 5
 
Senegal 337 309 402 703 821 532 4
Algerije 1 115 844 767 662 642 511 3
Kenia 283 245 308 286 290 454 3
Ivoorkust 220 163 290 330 340 334 2
Ethiopië 82 122 163 230 239 255 2
 
Tunesië 271 288 285 329 318 252 2
Tanzania 120 108 86 100 120 149 1
Oeganda 50 55 57 69 60 95 1
Mozambique 34 35 45 76 97 46 0
Rwanda 23 19 22 32 19 20 0
 
Overige landen1) 3 467 2 622 3 112 4 057 3 430 3 596 24
 
Totaal 14 013 11 781 12 768 16 097 16 723 15 008 100

1)In bijlage van dit hoofdstuk staat in tabel 1.9.2 een overzicht van de export naar alle Afrikaanse landen.

*voorlopige cijfers

Binnen de groep van overige landen in tabel 1.4.3 zijn Togo en Libië voor Nederland een belangrijke exportpartner. De export naar Togo was in 2020 1 255 miljoen euro en Togo was daarmee de 4e exportbestemming binnen Afrika. Naar Libië, op plaats 9, ging voor 503 miljoen euro. Ongeveer de helft van de exportstroom naar Libië bestaat uit aardolieproducten.

Vanuit de Afrikaanse importkant bekeken is Zuid-Afrika van alle Afrikaanse landen het land dat verreweg de meeste goederen importeerde in 2019. Nederland neemt bij de meeste van de focuslanden een bescheiden positie in. Voor China is Afrika van groot strategisch belang in de behoefte aan grondstoffen op korte en lange termijn. China investeert daarom volop in de infrastructuur van Afrika. De Chinese ijzer- en staalindustrie kampt met overcapaciteit. Afrika kan hiervan profiteren door goedkoop aan deze producten te komen. Uit tabel 1.4.4 blijkt dat China bij 11 van de 15 focuslanden inmiddels de belangrijkste leverancier van goederen is geworden. Door de Chinese bijdrage in de ontwikkeling van de infrastructuur krijgt China toenemende invloed in sectoren als energie, telefonie en internet (D’Haens, 2018).

1.4.4Afrikaanse goederenimport, 15 focuslanden: belangrijkste importpartners en positie Nederland, 2019

Import Partner 1 Partner 2 Partner 3 Positie NL
mld euro
Zuid-Afrika 96,1 China Duitsland VS 16
Egypte 63,3 China VS Saoedi-Arabië 18
Nigeria 49,4 China India VS 4
Marokko 45,3 Spanje Frankrijk China 14
Algerije 37,5 China1) Frankrijk1) Italië1) 131)
 
Tunesië 19,3 Italië Frankrijk China 21
Kenia 15,8 China2) India2) VAE2) 142)
Ethiopië 13,0 China VS India 14
Ghana 12,0 China VS VK 13
Ivoorkust 9,4 China Nigeria Frankrijk 7
 
Tanzania 8,4 China India VAE 19
Senegal 7,3 Frankrijk2) China2) België2) 42)
Mozambique 6,8 Zuid-Afrika2) China2) VAE2) 92)
Oeganda 6,7 China India VAE 15
Rwanda 2,4 China India Kenia 30

Bron:UNCTAD (omgerekend in euro) en UN-Comtrade; 2019, tenzij anders vermeld.

1)Data uit 2017.

2)Data uit 2018.

Welke goederen exporteert Nederland naar Afrika?

De goederenexport naar Afrika kwam in 2020 uit op 15,0 miljard euro. Uit figuur 1.4.5 blijkt dat 36 procent van de goederenexport bestond uit geraffineerde aardolieproducten zoals benzine en diesel. De exportprijs van deze brandstoffen daalde in 2020 met tientallen procenten. Dat verklaart voor een groot deel de lagere afzetwaarde van deze producten naar het Afrikaanse continent.

1.4.5 Nederlandse export naar Afrika (mld euro)
Goederen Geraffineerde aardolieproducten Machines Medicijnen, farmaceutische producten Overige chemische producten Zuivel Overige goederen
2020* 5,4 2,1 1,6 1,0 0,5 4,4
2019 6,3 2,4 1,7 1,0 0,4 4,9
2015 5,3 2,0 0,6 1,1 0,5 4,6
*voorlopige cijfers

Tabel 1.4.6 toont dat Afrika een belangrijk afzetgebied is voor de door Nederland uitgevoerde geraffineerde aardolieproducten. Het gaat hierbij vooral om benzine en diesel (samen goed voor 3 893 miljoen euro) met als bestemming Nigeria en Togo. In 2019, het jaar vóór de coronapandemie, maakten benzine en diesel naar deze twee landen nog 46 procent uit van de totale export naar Afrika.

2,6 procent van de export van melkpoeder gaat naar Senegal, Mauritanië en Guinee

Vergeleken met het Afrikaanse exportbelang van 3,1 procent, is het Afrikaanse continent vooral voor melkpoeder (met een marktaandeel van 8 procent) en vis (met een marktaandeel van 9 procent) een belangrijke afzetmarkt. Er gaat vooral veel vis naar Nigeria, zoals haring (68 miljoen euro) en wijting (63 miljoen euro). Verder is Egypte een belangrijk afzetgebied voor Nederlandse haring (40 miljoen euro) en makreel (35 miljoen euro). Nederland exporteert garnalen naar Marokko (79 miljoen euro). Nadat deze gepeld zijn, gaan deze garnalen weer terug naar Nederland voor consumptie. Nederland exporteert melkpoeder vooral naar Senegal, Mauritanië en Guinee (samen 73 miljoen euro). Bovengemiddeld belangrijk is Afrika ook voor de Nederlandse export van medicijnen en zuivelproducten zoals melk en kaas. Van de totale Nederlandse export van deze twee goederensoorten heeft 5 procent het Afrikaanse continent als bestemming.

1.4.6Nederlandse export naar Afrika, belangrijkste goederen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Geraffineerde aardolie producten 5 284 3 922 3 925 6 349 6 334 5 356 18
Machines 2 025 1 921 2 117 2 317 2 352 2 105 2
Medicijnen, farmaceutische producten 554 479 590 1 266 1 693 1 588 5
Overige chemische producten 1 065 1 031 1 070 1 017 1 029 1 020 2
Zuivel 492 392 491 415 435 453 5
 
Automobielen 569 495 451 379 439 389 3
Vis 368 350 321 379 372 359 9
Groenten 326 309 306 343 314 344 3
Instrumenten en apparaten 195 228 238 299 319 313 2
Melkpoeder 199 183 200 209 205 243 8
 
Overig 2 936 2 470 3 059 3 123 3 231 2 838
 
Totaal 14 013 11 781 12 767 16 097 16 722 15 008 100

*voorlopige cijfers

1.5Nederlandse goederenhandel met Afrikaanse Least Developed Countries

Wereldkaartje waarop de Least Developed Countries, zoals bepaald door de Verenigde Naties in 2020, zijn aangeduid: 33 in Afrika, 9 in Azië, 3 in Oceanië, en 1 in Amerika. 1.5.1 Least Developed Countries naar continent

In de vorige twee paragrafen van dit hoofdstuk lag de nadruk vooral op de 15 focuslanden. Van deze groep behoren negen landen tot de economisch sterkere landen. Afrika telt 59 landen; van de resterende 50 landen behoren er 33 tot de zogenaamde “Least Developed Countries” (LDC’s, zie figuur 1.5.1). De overige LDC’s zijn verdeeld over Azië (9 landen), Oceanië (3 landen) en Amerika (1 land). De Nederlandse goederenhandel met deze minder ontwikkelde landen wordt in deze paragraaf toegelicht. Ook de Nederlandse handelspositie met deze landen krijgt aandacht. Tabel 1.9.1 laat zien welke Afrikaanse landen tot de LDC’s behoren.

Het importaandeel van de 33 Afrikaanse LDC’s in de totale import van goederen was in 2020 0,23 procent. Dat is een verbetering van 0,03 procentpunt ten opzichte van 2019. In vergelijking met vijf jaar eerder is het importaandeel met circa een derde deel gekrompen. De Nederlandse import uit de 33 Afrikaanse LDC’s in 2020 is te vergelijken met de import uit IJsland. Dit land neemt als leverancier van goederen de 53e positie in.

Uit welke Afrikaanse LDC’s importeert Nederland goederen?

Nederlandse handelaren kochten in 2020 voor 992 miljoen euro goederen in Afrikaanse LDC’s. Dat is 9 procent meer dan een jaar eerder. Ten opzichte van 2015 lag de import 21 procent lager. De groei ten opzichte van 2019 is opmerkelijk omdat de totale goederenimport met 8 procent daalde. De import uit Afrika daalde eveneens (–11 procent). Net als bij de totale import uit Afrikaanse landen speelt de handel in grondstoffen een dominante rol bij de import uit Afrikaanse LDC’s. Hierdoor is een vergelijking van de totale import door de jaren heen nogal complex. Uit figuur 1.5.2 blijkt dat de importtoename in 2020 vooral het gevolg is van een forse importgroei uit Angola.

1.5.2 Import uit Afrikaanse Least Developed Countries (mld euro)
Landen Angola Mozambique Ethiopië Madagaskar Oeganda Overige LDC's
2015 0,460 0,080 0,240 0,080 0,090 0,300
2019 0,060 0,130 0,110 0,040 0,070 0,500
2020* 0,253 0,155 0,128 0,081 0,058 0,317
*voorlopige cijfers

Angola belangrijkste goederenleverancier

Zoals blijkt uit tabel 1.5.3 was Angola in 2020 met afstand het belangrijkste importland van Nederland als het om de groep van Afrikaanse LDC’s gaat. Ruim een kwart van de import uit alle Afrikaanse LDC’s komt uit Angola. De import uit Angola bestaat vrijwel uitsluitend uit ruwe aardolie. Dat de importstroom van ruwe aardolie uit Angola zo schommelt heeft te maken met contracten die door de oliemaatschappijen over een langere periode worden afgesloten. De hogere olie-import uit Angola (194 miljoen euro) zorgde ervoor dat de totale import uit de Afrikaanse LDC’s in 2020 sterk groeide. Als die hogere import uit Angola buiten beschouwing gelaten wordt dan zou in 2020 de import uit Afrikaanse LDC’s niet zijn gestegen met 9 procent maar zijn afgenomen met 13 procent. De relatieve omvang van die afname ligt dan meer in lijn met de totale import afname uit Afrika (–11 procent).

Na Angola is Mozambique het tweede importland van Nederland als het om Afrikaanse LDC’s gaat. De import uit Mozambique bestaat voor ruim drie kwart uit ruw aluminium. Ethiopië, het derde importland, is voor Nederland erg belangrijk als leverancier van snijbloemen. Circa 80 procent van de totale import uit Ethiopië bestaat uit snijbloemen. Madagaskar en Oeganda, het 4e en 5e Afrikaanse LDC, zijn voor Nederland erg belangrijk als leveranciers van specerijen en kobalt (Madagaskar) en snijbloemen (Oeganda).

1.5.3Goederenimport uit Afrikaanse Least Developed Countries

2015 2016 2017 2018 2019 2020*
mln euro
Angola 463 156 5 27 59 253
Mozambique 83 113 165 102 134 155
Ethiopië 242 314 233 138 111 128
Madagaskar 84 56 60 58 43 81
Oeganda 86 84 76 77 68 58
 
Overige LDC’s Afrika1) 300 355 490 644 499 317
 
Totaal LDC’s Afrika 1 257 1 077 1 029 1 048 914 992
Import Afrika 11 611 8 763 10 025 11 069 12 196 10 881
Totale import 372 193 368 861 408 885 441 275 459 893 424 034

1)Overige 28 LDC’s in Afrika zijn Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal Afrikaanse Republiek, Comoren, Dem. Rep. Congo, Djibouti, Eritrea, Gambia, Guinee, Guinee-Bissau, Lesotho, Liberia, Malawi, Mali, Mauritanië, Niger, Rwanda, Sao Tomé en Principe, Senegal, Sierra Leone, Soedan, Somalië, Tanzania, Togo, Tsjaad, Zambia, Zuid-Soedan.

*voorlopige cijfers

Welke goederen importeert Nederland uit Afrikaanse LDC’s?

In 2020 importeerde Nederland uit de Afrikaanse LDC’s voor 992 miljoen euro aan goederen. Uit figuur 1.5.4 blijkt dat het vooral grondstoffen zijn die Nederland uit Afrika invoert. Ruwe aardolie was in 2020 het belangrijkste importproduct. Het gaat hierbij vooral om olie uit Angola.

1.5.4 Nederlandse import uit Afrikaanse LDC’s (mld euro)
Goederen Ruwe aardolie Snijbloemen Ruw aluminium Cacaobonen Fruit Overig
2020* 0,271 0,139 0,119 0,092 0,038 0,333
2019 0,223 0,122 0,182 0,061 0,041 0,284
2015 0,460 0,188 0,076 0,066 0,031 0,436
*voorlopige cijfers

Uit tabel 1.5.5 blijkt dat de belangrijkste vijf importgoederen die Nederland in 2020 haalde uit de Afrikaanse LDC’s twee derde deel uitmaken van het totale importpakket dat Nederland uit deze groep landen haalt. Het importaandeel van 0,23 procent dat de Afrikaanse LDC’s hebben in de totale import kan als maatstaf beschouwd worden om te beoordelen hoe belangrijk een product is voor onze import. Ruwe aardolie is het belangrijkste importproduct uit de LDC’s. Op de totale import van ruwe aardolie heeft de importstroom uit de LDC’s een aandeel van slechts een krappe 1,5 procent. Mozambique is binnen de groep van Afrikaanse LDC’s het enige land dat ruw aluminium levert aan Nederland. Het importaandeel van ruw aluminium uit de LDC’s is ongeveer 7 procent van de totale Nederlandse import. Met een aandeel van 15 procent (139 miljoen euro) leveren de Afrikaanse LDC’s een grote bijdrage aan de Nederlandse import van snijbloemen. Bijna drie kwart komt uit Ethiopië.

1.5.5Nederlandse import uit Afrikaanse LDC’s, belangrijkste goederen

2015 2016 2017 2018 2019 2020*
mln euro
Ruwe aardolie 460 161 181 353 223 271
Ruw aluminium 188 183 200 130 122 139
Snijbloemen 76 139 123 159 182 119
Cacaobonen 66 127 104 67 61 92
Fruit 31 39 33 40 41 38
 
Overig 436 428 387 298 284 333
 
Totaal 1 257 1 077 1 029 1 048 913 992

*voorlopige cijfers

Naar welke Afrikaanse LDC’s exporteert Nederland goederen?

In 2020 exporteerden Nederlandse exporteurs voor 3 677 miljoen euro goederen naar de Afrikaanse LDC’s. Ook in 2019 exporteerde Nederland voor 3 677 miljoen euro naar deze groep landen. Ten opzichte van 2015 groeide de goederenexport naar de Afrikaanse LDC’s in 2020 met 18 procent. Daarmee is het groeitempo naar de Afrikaanse LDC’s hoger dan dat van de totale Nederlandse goederenexport (15 procent). De LDC’s hadden in 2020 een aandeel in de totale goederenexport van 0,76 procent. Dat is een verbetering van 0,05 procentpunt in vergelijking met 2019. Ten opzichte van 2015 bleef het aandeel nagenoeg onveranderd. De exportwaarde naar de 33 Afrikaanse LDC’s komt vrijwel overeen met de Nederlandse export naar Hongarije dat in rangorde de 24e exportbestemming is. Uit figuur 1.5.6 blijkt dat Togo van alle 33 Afrikaanse LDC’s de belangrijkste exportbestemming is.

1.5.6 Export naar Afrikaanse Least Developed Countries (mld euro)
Landen Togo Senegal Ethiopië Guinee Tanzania Overige LDC's
2015 1,027 0,337 0,082 0,304 0,120 1,253
2019 0,829 0,821 0,239 0,224 0,120 1,445
2020* 1,255 0,532 0,255 0,190 0,149 1,296
*voorlopige cijfers

Togo belangrijkste exportbestemming

Hoewel Togo van de 33 LDC’s tot de kleinere landen behoort, neemt het als afzetgebied een belangrijke positie in. In tabel 1.5.7 staat vermeld dat ruim een derde deel (1 255 miljoen euro) van de Nederlandse goederenexport naar Afrikaanse LDC’s naar Togo gaat. Ten opzichte van 2019 groeide de export met 51 procent en in vergelijking met 2015 was er een toename van 22 procent. De totale goederenexport naar Togo bestaat voor circa 90 procent uit benzine en diesel. Togo beschikt met Lomé over een moderne haven die gespecialiseerd is in de overslag van olieproducten. Als doorvoerhaven is Togo erg belangrijk voor het achterland zoals Ghana, Burkina Faso en Benin. Vanuit het Togolese perspectief staat Nederland als invoerland op de 5e positie (gebaseerd op gegevens van UN-Comtrade). Het belangrijkste invoerland van Togo is China. Daarna volgen Frankrijk en de Verenigde Staten.

Na Togo volgt Senegal als belangrijkste exportgebied voor Nederland van de Afrikaanse LDC’s. Nederland exporteert naar Senegal vooral benzine en diesel, maar ook groenten en melkpoeder. Daarna volgt Ethiopië, waar eveneens veel brandstoffen naar toe gaan. Naar Guinee en Tanzania gaan hoofdzakelijk medicijnen.

1.5.7Goederenexport naar Afrikaanse Least Developed Countries

2015 2016 2017 2018 2019 2020*
mln euro
Togo 1 027 797 972 1 651 829 1 255
Senegal 337 309 402 703 821 532
Ethiopië 82 122 163 230 239 255
Guinee 304 337 410 281 224 190
Tanzania 120 107 86 100 120 149
 
Overige LDC's Afrika 1 253 1 007 1 229 1 460 1 445 1 296
 
Totaal LDC's Afrika 3 123 2 679 3 263 4 425 3 677 3 677
Export Afrika 14 013 11 781 12 767 16 097 16 722 15 008
Totale export 418 982 423 228 467 434 497 874 515 264 481 847

1)Overige 28 LDC’s in Afrika zijn Angola, Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal Afrikaanse Republiek, Comoren, Dem. Rep. Congo, Djibouti, Eritrea, Gambia, Guinee-Bissau, Lesotho, Liberia, Madagaskar, Malawi, Mali, Mauritanië, Mozambique, Niger, Oeganda, Rwanda, Sao Tomé en Principe, Sierra Leone, Soedan, Somalië, Tsjaad, Zambia, Zuid-Soedan.

*voorlopige cijfers

Welke goederen exporteert Nederland naar Afrikaanse LDC’s?

De Nederlandse goederenexport naar de 33 Afrikaanse LDC’s was in 2020 3 677 miljoen euro. Uit figuur 1.5.8 blijkt dat ruim 40 procent van de export bestaat uit geraffineerde brandstoffen.

1.5.8 Nederlandse export naar Afrikaanse LDC’s (mld euro)
Goederen Geraffineerde aardolieproducten Machines Medicijnen,farmaceutische producten Groenten Melkpoeder Overig
2020* 1,514 0,480 0,387 0,173 0,126 0,997
2019 1,248 0,458 0,535 0,137 0,093 1,207
2015 1,465 0,353 0,093 0,141 0,080 0,992
*voorlopige cijfers

Tabel 1.5.9 toont aan dat de vijf belangrijkste goederen samen goed waren voor bijna drie kwart van de export naar Afrikaanse LDC’s. Van de vijf genoemde goederen uit dit exportpakket gaat het vooral om geraffineerde aardolieproducten met een aandeel van 41 procent. Het exportaandeel van geraffineerde aardolieproducten van de Afrikaanse LDC’s in de totale export van geraffineerde aardolieproducten is 5 procent. Dat is beduidend hoger dan het gemiddelde aandeel van 0,76 procent dat de Afrikaanse LDC’s hebben in de totale Nederlandse goederenexport. Na olieproducten zijn machines een belangrijk importproduct van de 33 Afrikaanse LDC’s. Nederland exporteerde in 2020 voor 480 miljoen euro machines. De export van machines naar deze groep landen neemt in de totale Nederlandse exportstroom van machines een bescheiden positie in. Het exportaandeel is slechts 0,4 procent. Voor de Nederlandse export van melkpoeder zijn de Afrikaanse LDC’s wel een belangrijk afzetgebied. Met 126 miljoen euro maakt het 4 procent uit van de totale afzet van melkpoeder. Ook voor de exporteurs van groenten en medicijnen zijn deze Afrikaanse landen bovengemiddeld belangrijk.

1.5.9Nederlandse export naar Afrikaanse LDC’s, belangrijkste goederen

2015 2016 2017 2018 2019 2020*
mln euro
Geraffineerde aardolieproducten 1 465 1 183 1 147 1 999 1 248 1 514
Machines 353 353 441 486 458 480
Medicijnen, farmaceutische producten 93 77 156 493 535 387
Groenten 141 153 136 165 137 173
Melkpoeder 80 78 97 95 93 126
 
Overig 992 834 1 286 1 187 1 207 997
 
Totaal 3 123 2 679 3 263 4 425 3 677 3 677

*voorlopige cijfers

1.6Belang van Afrika voor Nederlandse dienstenhandel

Vergeleken met de Nederlandse goederenhandel is de rol van Afrika in de dienstenhandel aanzienlijk kleiner. Het belang van Afrika in de totale Nederlandse import van diensten is sinds 2014 stabiel gebleven en schommelt tussen 0,8 en 1,0 procent. Het aandeel van Afrika in de totale Nederlandse uitvoerwaarde kent een minder stabiel patroon. Sinds 2016 daalt het relatieve belang van Afrika als leverancier van diensten en bereikte in 2019 zelfs de laagste waarde sinds 2014.

0,8 procent uit Afrika versus 58 procent uit Europa

Van de in totaal 237 miljard euro aan Nederlandse diensteninvoer kwam slechts 0,8 procent (1,9 miljard euro) uit Afrika. Denk hierbij aan reisverkeer (bijvoorbeeld de uitgaven van Nederlandse toeristen en zakelijke reizigers tijdens verblijf in of bezoek aan Afrika), zakelijke dienstverlening (bijvoorbeeld marktonderzoek of accountancydiensten) en vervoersdiensten (bijvoorbeeld een vlucht met een Afrikaanse luchtvaartmaatschappij naar een Egyptische badplaats) als belangrijkste dienstensoorten. Het Afrikaanse importaandeel staat in schril contrast met de 58 procent van de Nederlandse dienstenimport uit Europese landen. Het continent Afrika deed het als leverancier van diensten in 2019 net iets beter dan Canada, onze 20e importpartner. Ruim een derde van de ingevoerde diensten uit Afrika was afkomstig van Marokko en Egypte.

1,3 procent naar Afrika versus 70 procent naar Europa

De dienstenhandel met Afrika bedroeg in 2019 ongeveer 1,3 procent van de totale Nederlandse export van diensten, goed voor een waarde van 3,3 miljard euro. Nederland exporteerde daarmee in 2019 vrijwel evenveel diensten naar Afrika als naar Luxemburg, de 18e exportpartner. Ook de Nederlandse dienstenuitvoer is sterk gericht op de Europese markt: 70 procent van de Nederlandse exportwaarde van diensten ging in 2019 naar Europese landen. De samenstelling van de Nederlandse uitvoer van diensten naar Afrika is vergelijkbaar met het doorsnee dienstenexportpakket. Denk hierbij vooral aan zakelijke dienstverlening, vervoersdiensten, het gebruik van intellectueel eigendom en telecommunicatie en computerdiensten.

1.7Samenvatting en conclusie

Afrika is als handelspartner voor Nederland met een importaandeel van 2,6 procent in 2020 heel beperkt. De afgelopen vijftig jaar bleef het groeitempo van de goederenimport uit Afrika achter bij het totaal. Toch is Afrika erg belangrijk voor de Nederlandse consument en de Nederlandse industrie als leverancier van grondstoffen. Afrika beschikt over een breed scala aan grondstoffen zoals olie, cacaobonen, bloemen, fruit en groenten. Meer dan 86 procent van de Nederlandse goederenimport uit Afrika bestaat uit grondstoffen van Afrikaanse bodem.

Nederland importeerde in 2020 voor 10,9 miljard euro aan goederen uit Afrika. De belangrijkste importpartner voor de Nederlandse markt is Nigeria, op grote afstand gevolgd door Zuid-Afrika, Ivoorkust, Ghana en Algerije. Deze vijf landen nemen 60 procent van de Nederlandse goederenimport uit Afrika voor hun rekening. De belangrijkste importgoederen uit Afrika zijn ruwe aardolie, cacaobonen, fruit, snijbloemen en aluminium.

Ook als exportbestemming speelt Afrika voor de Nederlandse goederenhandel eveneens een bescheiden rol. Het aandeel in de totale export bedroeg de afgelopen tien jaar gemiddeld net iets meer dan 3 procent. Toch beschikt Nederland over goederen die Afrika graag importeert: olieproducten zoals benzine en diesel, machines, zuivel, medicijnen en andere chemische producten.

De Nederlandse export naar Afrika bedroeg in 2020 15,0 miljard euro. Nigeria is veruit de belangrijkste exportmarkt. Daarna volgen Zuid-Afrika, Egypte, Marokko en Ghana. Ruim 59 procent van de Nederlandse export naar Afrika gaat naar deze vijf landen.

De 33 Afrikaanse “Least Developed Countries” hebben een bescheiden positie in de goederenhandel met Afrika. Deze groep landen nam in 2020 9 procent van de Afrikaanse export naar Nederland voor hun rekening. Andersom was het aandeel van deze landen in de Nederlandse export naar Afrika bijna een kwart.

Vergeleken met de Nederlandse goederenhandel is de rol van Afrika in de dienstenhandel aanzienlijk kleiner. Zo bedroeg de Nederlandse invoer van diensten uit Afrika in 2019 1,9 miljard euro en exporteerde Nederland in datzelfde jaar ter waarde van 3,3 miljard euro diensten naar het Afrikaanse continent. Voor de handel van diensten focust Nederland vooral op Europese handelspartners.

1.8Data en methoden

Dit hoofdstuk beschrijft de goederen- en dienstenhandel tussen Nederland en Afrika. Hierbij ligt de nadruk op de handel met 15 focuslanden zoals in de Afrika-strategie van VNO-NCW en MKB-Nederland terug te vinden zijn: Algerije, Egypte, Ethiopië, Ghana, Ivoorkust, Kenia, Marokko, Mozambique, Nigeria, Oeganda, Rwanda, Senegal, Tanzania, Tunesië en Zuid-Afrika (VNO-NCW en MKB-Nederland, 2019).

Verder wordt ook de handel met de 44 andere landen beschouwd waarbij bijzondere aandacht voor 33 minder ontwikkelde landen (Least Developed Countries) volgens de definitie van de Verenigde Naties.

In dit hoofdstuk is veel gebruik gemaakt van de handelsgegevens van het CBS. Verder is gebruik gemaakt van cijfers van internationale databronnen van de Europese Unie (Eurostat), Verenigde Naties (UNCTAD en UN-Comtrade), Wereldhandelsorganisatie (WTO) en Wereldbank. Deze laatste organisatie is het grootste instituut ter wereld op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Het belangrijkste doel van de Wereldbank is het bestrijden van armoede in de wereld. Er bestaan helaas grote cijfermatige verschillen in de uitkomsten van bovengenoemde organisaties. Dat heeft deels te maken met verschillende concepten maar ook met asymmetrieën (Creemers et al., 2021b). Daarom is besloten dit hoofdstuk grotendeels te baseren op cijfers van het CBS.

1.9Bijlage: additionele tabellen

1.9.1Overzicht Afrikaanse landen

Regio Focusland Overig LDC
Algerije Noord ja
Angola Centraal ja ja
Benin West ja ja
Botswana Zuid ja
Brits gebied in de Indische Oceaan - ja
Burkina Faso West ja ja
Burundi Oost ja ja
Centraal-Afrikaanse Republiek Centraal ja ja
Ceuta - ja
Comoren Oost ja ja
Congo Centraal ja ja
Congo (Democratische Republiek) Centraal ja
Djibouti Oost ja ja
Egypte Noord ja
Equatoriaal-Guinea Centraal ja
Eritrea Oost ja ja
Ethiopië Oost ja ja
Gabon Centraal ja
Gambia West ja ja
Ghana West ja
Guinee West ja ja
Guinee-Bissau West ja ja
Ivoorkust West ja
Kaapverdië West ja
Kameroen Centraal ja
Kenia Oost ja
Lesotho Zuid ja ja
Liberia West ja ja
Libië Noord ja
Madagaskar Oost ja ja
Malawi Oost ja ja
Mali West ja ja
Marokko Noord ja
Mauritanië West ja ja
Mauritius Oost ja
Melilla - ja
Mozambique Oost ja ja
Namibië Zuid ja
Niger West ja ja
Nigeria West ja
Oeganda Oost ja ja
Rwanda Oost ja ja
Sao Tomé en Principe Centraal ja ja
Senegal West ja ja
Seychellen Oost ja
Sierra Leone West ja ja
Sint-Helena, Ascension en Tristan da Cunha West ja
Soedan Noord ja ja
Somalië Oost ja ja
Swaziland Zuid ja
Tanzania Oost ja ja
Togo West ja ja
Tsjaad Centraal ja ja
Tunesië Noord ja
West-Sahara - ja
Zambia Oost ja ja
Zimbabwe Oost ja
Zuid-Afrika Zuid ja
Zuid-Soedan - ja ja

1.9.2Goederenhandel met alle Afrikaanse landen

Import Export
2015 2019 2020* 2015 2019 2020*
mln euro
Algerije 1 174 1 133 628 1 115 641 511
Angola 463 59 253 229 145 152
Benin 4 10 6 125 74 89
Botswana 1 6 2 10 4 6
Brits gebied in de Indische Oceaan 0 0 0 0 0
Burkina Faso 9 11 16 72 78 83
Burundi 0 0 0 12 6 6
Centraal-Afrikaanse Republiek 0 0 0 10 21 14
Ceuta 30 17 17 30 17 17
Comoren 2 1 1 3 4 3
Congo 23 104 120 105 51 57
Congo (Democratische Republiek) 13 23 38 95 277 104
Djibouti 1 1 2 29 25 22
Egypte 286 529 425 1 392 1 601 1 509
Equatoriaal-Guinea 299 99 42 277 38 40
Eritrea 0 0 1 4 6 5
Ethiopië 242 111 128 82 239 255
Gabon 204 130 289 109 72 75
Gambia 1 2 1 41 51 44
Ghana 621 756 718 800 499 770
Guinee 5 16 19 304 224 190
Guinee-Bissau 1 0 0 8 21 17
Ivoorkust 1 128 1 314 1 498 220 339 334
Kaapverdië 0 0 1 81 167 57
Kameroen 321 675 656 115 123 153
Kenia 403 481 484 283 289 454
Lesotho 0 3 6 1 2 1
Liberia 29 24 23 42 48 34
Libië 545 177 112 195 532 503
Madagaskar 84 43 79 20 49 22
Malawi 11 19 9 7 25 25
Mali 9 11 9 76 96 121
Marokko 420 580 618 849 1 061 952
Mauritanië 2 1 5 101 84 71
Mauritius 61 68 65 41 52 47
Melilla 7 4 2 7 4 2
Mozambique 83 134 155 34 97 46
Namibië 89 107 212 26 34 25
Niger 0 0 0 30 43 30
Nigeria 3 359 3 241 2 179 2 937 5 247 3 872
Oeganda 86 68 58 50 60 95
Rwanda 1 5 6 23 19 20
Sao Tomé en Principe 0 1 2 2 7 4
Senegal 31 69 41 337 821 532
Seychellen 9 6 18 14 14 14
Sierra Leone 27 33 45 54 39 60
Sint-Helena, Ascension en Tristan da Cunha 0 0 0 1 0 0
Soedan 51 153 2 84 61 83
Somalië 0 0 1 9 17 22
Swaziland 9 5 8 2 3 4
Tanzania 60 63 53 120 120 149
Togo 25 14 15 1 027 829 1 255
Tsjaad 0 2 8 29 15 49
Tunesië 176 215 196 271 318 252
West-Sahara 0 0 0
Zambia 18 34 10 40 53 59
Zimbabwe 59 65 54 14 18 16
Zuid-Afrika 1 165 1 591 1 562 2 034 1 941 1 661
Zuid-Soedan 0 0 0 21 23 11
 
Totaal 11 611 12 196 10 881 14 050 16 743 15 008

*voorlopige cijfers

1.9.3Goederenexport Nederlandse makelij naar Afrika, 15 focuslanden en overige landen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Nigeria 2 461 1 855 1 666 3 048 4 287 3 038 27
Zuid-Afrika 1 383 1 259 1 167 1 125 1 159 1 071 10
Egypte 1 070 903 815 988 1 076 1 059 9
Marokko 645 760 631 733 738 705 6
Ghana 686 319 501 560 405 641 6
 
Senegal 246 240 323 552 535 387 3
Algerije 810 564 591 503 442 356 3
Kenia 224 181 226 153 193 330 3
Ivoorkust 191 136 219 265 273 256 2
Tunesië 174 157 180 191 229 164 1
 
Ethiopië 61 81 76 137 174 127 1
Tanzania 70 72 55 68 75 94 1
Oeganda 32 36 34 53 48 71 1
Mozambique 25 20 25 37 62 31 0
Rwanda 17 13 11 18 13 11 0
 
Overige landen 3 030 1 969 2 305 3 043 2 593 2 868 26
 
Totaal 11 125 8 565 8 826 11 473 12 304 11 211 100

*voorlopige cijfers

1.9.4Goederenexport wederuitvoer naar Afrika, 15 focuslanden en overige landen

2015 2016 2017 2018 2019 2020* Aandeel 2020
mln euro %
Nigeria 476 464 840 1 157 960 834 22
Zuid-Afrika 651 615 712 818 782 591 16
Egypte 322 416 386 365 525 449 12
Marokko 205 259 347 302 322 247 6
Algerije 304 281 176 159 200 155 4
 
Senegal 92 69 78 151 285 145 4
Ghana 113 121 166 127 94 128 3
Ethiopië 21 41 87 93 64 128 3
Kenia 59 64 81 133 96 124 3
Tunesië 98 131 105 138 89 88 2
 
Ivoorkust 29 26 71 65 67 77 2
Tanzania 50 35 32 32 45 54 1
Oeganda 18 19 24 16 12 24 1
Mozambique 8 15 20 40 35 15 0
Rwanda 6 6 11 14 6 9 0
 
Overige landen 472 687 831 1 044 854 721 19
 
Totaal 2 925 3 253 3 974 4 657 4 440 3 797 100

*voorlopige cijfers

1.10Literatuur

Open literatuurlijst

Literatuur

CBS (2019). Nederland grootste importeur cacaobonen. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.

Creemers, S., Jaarsma, M., Notten, T. & Rooyakkers, J. (2020). De handels- en investeringsrelatie tussen Nederland en China. In: S. Creemers, M. Jaarsma & R. Voncken (Red.), Internationaliseringsmonitor 2020, tweede kwartaal: China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.

Creemers, S., Rooyakkers, J., Dahlmans, D., Ramaekers, P. & Alberda, A. P. (2021a). Agrologistiek en –transport. In: G. D. Jukema, P. Ramaekers & P. Berkhout (Red.), De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband – editie 2021. Wageningen/Heerlen/Den Haag: Wageningen Economic Research en Centraal Bureau voor de Statistiek.

Creemers, S., Franssen, L., Jaarsma, M., Ramaekers, P. & van Roekel, R. (2021b). Bronneninventarisatie. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.

D’Haens, H. (2018). China investeert (weer) 60 miljard in Afrika. Is het slim dat geld aan te nemen?

Dorhout, A. (2020). Waar staan Afrika en Nederland nu? Clingendael Spectator.

Draper, H. (2020). Geografische dimensie van de Nederlandse goederenhandel. In: M. Jaarsma & A. Lammertsma (Red.), Nederland Handelsland 2020: export, investeringen en werkgelegenheid. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.

Eurostat (2021). Extra-EU trade by partner. [Dataset]. Geraadpleegd op 18 januari 2021.

Evofenedex (2019). Economische belofte komt op snelheid in Afrika. Zoetermeer.

IMF (2020). Covid-19: an unprecedented threat to development in sub-Saharan Africa. Regional Economic Outlook. Washington DC, Verenigde Staten: IMF.

Ministerie van Buitenlandse Zaken (2018). Beleidsnota Investeren in Perspectief. Den Haag.

Port of Amsterdam (z.d.) Cacao. Amsterdam.

Schoch, M. & Lakner, C. (2020). African countries show mixed progress towards poverty reduction and half of them have an extreme poverty rate above 35%. Washington, Verenigde Staten: Worldbank.

Stam, L. (2019). Afrika strategie VNO-NCW en MKB Nederland loopt vooruit op die van EU. Den Haag. VNO-NCW.

Tielens, J. (2019). Eenzijdige akkoorden. Vice Versa. Amsterdam.

UNCTAD (2019a). Selected sustainable development trends in the least developed countries – 2019. Genève, Zwitserland; United Nations Conference on Trade and Development.

UNCTAD (2019b). The Least Developed Countries Report 2019: The present and future of external development finance – old dependence, new challenges. Genève, Zwitserland: United Nations Conference on Trade and Development.

United Nations (2021). Creation of the LDC category and timeline of changes to LDC membership and criteria. New York, Verenigde Staten: United Nations.

VNO-NCW en MKB-Nederland (2019). Afrika Strategie Nederlands bedrijfsleven. Den Haag. VNO-NCW en MKB-Nederland.

World Bank (2020). Worldwide Governance Indicators. [Dataset]. Geraadpleegd op 18 februari 2021.

Noten

Zie tabel 1.9.1 in bijlage voor een overzicht van de Afrikaanse landen naar regio.

De 33 LDC’s in Afrika zijn: Angola, Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal Afrikaanse Republiek, Comoren, Democratische Republiek Congo, Djibouti, Eritrea, Ethiopië, Gambia, Guinee, Guinee-Bissau, Lesotho, Liberia, Madagaskar, Malawi, Mali, Mauritanië, Mozambique, Niger, Oeganda, Rwanda, Sao Tomé en Principe, Senegal, Sierra Leone, Somalië, Soedan, Tanzania, Tsjaad, Togo, Zambia, Zuid-Soedan (zie ook tabel 1.9.1 in bijlage).

De 9 LDC’s in Azië zijn: Afghanistan, Bangladesh, Bhutan, Cambodja, Jemen, Laos, Myanmar, Nepal, Timor-Leste.

De 3 LDC’s in Oceanië zijn: Kiribati, Solomoneilanden, Tuvalu.

De 1 LDC in Amerika is: Haïti.

De LDC’s scoren relatief laag op de Worldwide Governance Indicators van de Wereldbank (World Bank, 2020).

Colofon

Deze website is ontwikkeld door het CBS in samenwerking met Textcetera Den Haag.
Heb je een vraag of opmerking over deze website, neem dan contact op met het CBS.

Disclaimer en copyright

Cookies

CBS maakt op deze website gebruik van functionele cookies om de site goed te laten werken. Deze cookies bevatten geen persoonsgegevens en hebben nauwelijks gevolgen voor de privacy. Daarnaast gebruiken wij ook analytische cookies om bezoekersstatistieken bij te houden. Bijvoorbeeld hoe vaak pagina's worden bezocht, welke onderwerpen gebruikers naar op zoek zijn en hoe bezoekers op onze site komen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het functioneren van de website om zo de gebruikerservaring voor u te kunnen verbeteren. De herleidbaarheid van bezoekers aan onze website beperken wij zo veel mogelijk door de laatste cijfergroep (octet) van ieder IP-adres te anonimiseren. Deze gegevens worden niet gedeeld met andere partijen. CBS gebruikt geen trackingcookies. Trackingcookies zijn cookies die bezoekers tijdens het surfen over andere websites kunnen volgen.

De geplaatste functionele en analytische cookies maken geen of weinig inbreuk op uw privacy. Volgens de regels mogen deze zonder toestemming geplaatst worden.

Meer informatie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/telecommunicatie/vraag-en-antwoord/mag-een-website-ongevraagd-cookies-plaatsen

Leeswijzer

Verklaring van tekens

niets (blanco) een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
. het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim
0 (0,0) het cijfer is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
* voorlopige cijfers
** nader voorlopige cijfers
- (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
2016–2017 2016 tot en met 2017
2016/2017 het gemiddelde over de jaren 2016 tot en met 2017
2016/’17 oogstjaar, boekjaar, schooljaar, enz. beginnend in 2016 en eindigend in 2017
2004/’05-2016/’17 oogstjaar enz., 2004/’05 tot en met 2016/’17

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

Over het CBS

De wettelijke taak van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is om officiële statistieken te maken en de uitkomsten daarvan openbaar te maken. Het CBS publiceert betrouwbare en samenhangende statistische informatie, die het deelt met andere overheden, burgers, politiek, wetenschap, media en bedrijfsleven. Zo zorgt het CBS ervoor dat maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden op basis van betrouwbare statistische informatie.

Het CBS maakt inzichtelijk wat er feitelijk gebeurt. De informatie die het CBS publiceert, gaat daarom over onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Bijvoorbeeld economische groei en consumentenprijzen, maar ook criminaliteit en vrije tijd.

Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. Dit betreft het grootste deel van het werkprogramma.

Voor meer informatie over de taken, organisatie en publicaties van het CBS, zie cbs.nl.

Contact

Met vragen kunt u contact opnemen met het CBS.

Medewerkers

Auteurs

Sarah Creemers

Dennis Cremers

Hans Draper

Loe Franssen

Marjolijn Jaarsma

Alex Lammertsma

Tim Peeters

Janneke Rooyakkers

Redactie

Sarah Creemers

Marjolijn Jaarsma

Alex Lammertsma

Janneke Rooyakkers

Eindredactie

Sarah Creemers

Marjolijn Jaarsma

Dankwoord

We danken de volgende collega’s voor hun constructieve bijdrage aan deze editie van de Internationaliseringsmonitor:

Deirdre Bosch

Richard Jollie

Irene van Kuik

Tom Notten

Roos Smit

Sandra Vasconcellos

Gabriëlle de Vet

Karolien van Wijk

Khee Fung Wong