Wie werkt er bij de groothandel?
De groothandel is een grote werkgever in Nederland. Bijna 1 op de 10 banen in het Nederlandse bedrijfsleven bevindt zich in deze bedrijfstak. Wat kenmerkt de werknemers van deze bedrijfstak? Zijn er bijvoorbeeld relatief veel vrouwen werkzaam in deze branche of juist veel jongeren? En hoe zit het met het uurloon? Ook wordt onderzocht of de personeelssamenstelling van de groothandel lijkt op – of juist afwijkt – van die van bedrijfstakken zoals de detailhandel, en vervoer en opslag. Tevens wordt antwoord gegeven op de vraag of het wel of niet hebben van een vorm van internationale activiteit samengaat met een andere personeelssamenstelling.
3.1Inleiding
Onlangs meldde het CBS dat in het tweede kwartaal van 2019 de spanning op de Nederlandse arbeidsmarkt is opgelopen tot een nieuw hoogtepunt. Inmiddels zijn er circa 93 openstaande vacatures per 100 werklozen. Ook groeit het aantal banen in de economie nog steeds. De meeste vacatures staan momenteel open in de groot- en detailhandel, namelijk 56 duizend (CBS, 2019a). Daarmee ondervinden de bedrijfstakken groot- en detailhandel niet alleen de voordelen van de opbloeiende economie, zoals een mooie omzetgroei, maar ook de nadelen, namelijk een groot tekort aan personeel. Overigens geven ondernemers in de groothandel aan minder belemmeringen door een tekort aan arbeidskrachten te ervaren dan ondernemers in andere bedrijfstakken. Aan het begin van het derde kwartaal van 2019 ervoer circa 18,4 procent van de ondernemers in de groothandel belemmeringen door een tekort aan personeel, tegen 24,9 procent van alle ondernemers in het totale Nederlandse bedrijfsleven (CBS, 2019b).
Circa 1 op de 10 banen in het bedrijfsleven is in de groothandel
De groothandel is goed voor ongeveer 10 procent van de werkgelegenheid in het Nederlandse bedrijfsleven. In 2018 telde de bedrijfstak 548 duizend banen, ruim 81 duizend banen méér dan in 2016. Toen telde de groothandel circa 467 duizend banen.noot1 De groothandel is een bedrijfstak die goederen koopt van anderen en deze doorverkoopt aan bedrijven of andere grootverbruikers. Ook is een substantieel gedeelte van deze bedrijven actief op de internationale markt (zie onder andere hoofdstuk 1 en 2 van deze publicatie). Dat maakt dat een belangrijk deel van de werkgelegenheid bij de groothandel samenhangt met de internationale handel van Nederland. Hoofdstuk 6 van deze publicatie zal dieper ingaan op de werkgelegenheid die wordt gecreëerd bij de groothandel, specifiek dankzij de Nederlandse export. Dit is een aanzienlijk deel van de totale werkgelegenheid in deze sector. In dit hoofdstuk wordt gekeken naar de kenmerken van alle werkenden (in loondienst) in deze bedrijfstak, omdat het op microniveau onmogelijk is om op het niveau van de individuele baan en persoon te bepalen of deze voor de export is of niet.
In dit hoofdstuk wordt in kaart gebracht hoe het personeelsbestand van groothandelaren eruitziet. Een belangrijke kanttekening in dit opzicht is dat hiermee de mensen worden bedoeld die in dienst zijn van de groothandel, niet degenen die als zelfstandige werkzaam zijn in deze branche of als uitzendkracht zijn ingezet bij een groothandelaar. Deze laatste groep is namelijk in dienst van het uitzendbureau en wordt als ook zodanig in de polisadministratie geregistreerd. Het is voor het CBS onmogelijk om te achterhalen bij welk bedrijf de uitzendkracht daadwerkelijk werkzaam is. Tevens is het van belang te melden dat in dit hoofdstuk de banen van een bedrijf en bedrijfstak centraal staan en de kenmerken van de werknemer die deze baan invult. Daarbij kan het zijn dat een persoon meerdere banen heeft. In dit hoofdstuk wordt in kaart gebracht hoeveel banen er in de groothandel zijn en in hoeverre de gemiddelde werknemer in de groothandel verschilt van de gemiddelde werknemer in het Nederlandse bedrijfsleven, bijvoorbeeld qua uurloon, leeftijd en geslacht.
Leeswijzer
In dit hoofdstuk wordt in kaart gebracht hoeveel banen er in de groothandel zijn en in hoeverre de doorsnee werknemer in de groothandel verschilt van de doorsnee werknemer in het Nederlandse bedrijfsleven. In paragraaf 3.2 wordt gekeken naar de man-vrouwverhouding binnen de verschillende branches van de groothandel en vergeleken met aanverwante bedrijfstakken. Paragraaf 3.3 neemt de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand bij de groothandel onder de loep. Paragraaf 3.4 kijkt vervolgens naar de verschillen in uurloon tussen de groothandel en andere verwante bedrijfstakken, onderverdeeld naar geslacht. Paragraaf 3.5 besluit het hoofdstuk met een samenvatting en conclusie. Een technische toelichting van de gebruikte data en methoden is weergegeven in paragraaf 3.6.
3.2Banen in de groothandel, naar geslacht
467 duizend banen in de groothandel
Het Nederlandse bedrijfsleven telde aan het einde van het derde kwartaal in 2016 ruim 1 miljoen bedrijven met in totaal ruim 5 miljoen banen. Een kleine 10 procent van de banen in het bedrijfsleven is bij de groothandel. Dat komt neer op 467 duizend banen. Daarmee is de groothandel een grotere werkgever dan de vervoer en opslagbranche (362 duizend banen) maar een stuk kleiner dan de detailhandel, met 730 duizend banen aan het einde van het derde kwartaal in 2016, zie tabel 3.2.1.
Vrouwen vaker werkzaam in detailhandel
Van de ruim 5 miljoen banen in het bedrijfsleven worden er bijna 1,9 miljoen ingevuld door vrouwen en 3,2 miljoen door mannen. Daarmee wordt 37 procent van alle banen in het Nederlandse bedrijfsleven ingevuld door vrouwen. Vrouwen zijn – vergeleken met mannen – veel vaker werkzaam in de detailhandel. Bijna een kwart van alle banen van vrouwen (in het bedrijfsleven) is te vinden in deze bedrijfstak, zoals in supermarkten, warenhuizen en winkels in overige artikelen. Vrouwen zijn minder vaak werkzaam in overige bedrijfstakken, zoals de bouw of industrie. In de groothandel zijn vrouwen relatief ongeveer even vaak werkzaam als mannen; in deze bedrijfstak worden 8 procent van de banen ingevuld door vrouwen tegenover 10 procent van de banen door mannen.
3.2.1Aantal banen naar geslacht, 2016
Aantal banen | waarvan ingevuld door | ||
---|---|---|---|
vrouwen | mannen | ||
x 1 000 | |||
Detailhandel | 730 | 452 | 277 |
Groothandel | 467 | 142 | 325 |
Vervoer en opslag | 362 | 90 | 272 |
Overige bedrijfstakken in het bedrijfsleven | 3 508 | 1 194 | 2 314 |
Totaal bedrijfsleven | 5 067 | 1 879 | 3 189 |
Bron:CBS.
Circa 30 procent van de werknemers in de groothandel is vrouw
Als er een bedrijfstakbenadering wordt gekozen, dan is eveneens te zien dat de detailhandel het hoogst scoort qua vrouwelijke werknemers. Van de bijna 730 duizend banen in deze bedrijfstak wordt 62 procent ingevuld door vrouwen. In de groothandel is dit 30 procent en in de bedrijfstak vervoer en opslag 25 procent; ruim lager dan het gemiddelde van 37 procent in het bedrijfsleven. Banen in andere bedrijfstakken – buiten het bedrijfsleven, zoals de zorg, onderwijs en overheid – worden vaker ingevuld door vrouwen dan de banen in de bedrijfstakken in dit onderzoek. Zie bijvoorbeeld ook het CBS dashboard arbeidsmarkt (2019c). Het feit dat vrouwen relatief vaker werkzaam zijn in de quartaire sector maakt dat banen van vrouwen minder vaak samenhangen met export dan banen van mannen. Dat geldt ook voor de groot- en detailhandel (Boutorat et al., 2018).
Vrouwen werkzaam in groothandel in consumentenartikelen, mannen in machines
Binnen de bedrijfstak groothandel is de meeste werkgelegenheid (achtereenvolgens) in de groothandel in consumentenartikelen (109 duizend banen), machines en apparaten (bijna 86 duizend banen), voedingsmiddelen (81 duizend banen) en overige gespecialiseerde groothandel (79 duizend banen). Daarbij zijn er opvallende verschillen in de verdeling van banen van mannen en vrouwen, zo laat figuur 3.2.2 zien. Vrouwen zijn vaker dan mannen werkzaam in de groothandel in non-food consumentenartikelen, zoals parfum, cosmetica, kleding, juwelen of farmaceutische producten. Mannen daarentegen zijn vaker werkzaam bij groothandelaren in machines en apparaten, ICT-apparatuur en in de overige gespecialiseerde groothandel. Ook binnen de groothandel is er dus enigszins sprake van een stereotype rolverdeling tussen mannen- en vrouwenbanen. In hoofdstuk 2 van deze publicatie zijn verschillende typen groothandelaren gedefinieerd, aan de hand van hun (inter)nationale activiteiten, namelijk groothandelaren zonder buitenlandse handel, traditionele groothandelaren, full-service groothandelaren en transitobedrijven (zie figuur 2.2.1). Er zijn echter geen duidelijke verschillen te zien in het aandeel banen ingevuld door vrouwen tussen de verschillende typen groothandelaren (niet getoond). Doorgaans ligt het gemiddelde rond de 30 procent; conform het gemiddelde van de hele groothandel.
3.3Banen in de groothandel, naar leeftijd
In deze paragraaf wordt geïllustreerd hoe de baanverdeling in het gehele Nederlandse bedrijfsleven zich verhoudt tot die van de groothandel en verwante bedrijfstakken als het gaat om de leeftijd van de werknemers. Zo is in figuur 3.3.1 te zien dat circa 43 procent van alle banen in het Nederlandse bedrijfsleven wordt ingevuld door personen van 20–39 jaar en 40 procent door personen tussen de 40 en 59 jaar. Mensen van 60 jaar of ouder nemen circa 8 procent van de banen voor hun rekening en jongeren tussen de 15 en 19 jaar zijn goed voor 9 procent van de banen. Denk daarbij ook aan bijbaantjes zoals vakkenvullen, schoonmaken of de horeca.
Werknemer in de groothandel ouder
Werknemers in de groothandel zijn doorgaans wat ouder dan hun collega’s in de detailhandel. Bijna de helft van alle banen wordt ingevuld door mensen van 40 tot en met 59 jaar, zo laat figuur 3.3.1 zien. Jongeren die nog geen twintig jaar oud zijn, zijn niet sterk vertegenwoordigd in deze bedrijfstak. Deze groep is juist wel sterk vertegenwoordigd in de detailhandel; bijna een derde van alle banen wordt ingevuld door jongeren tussen de 15 en 19 jaar oud. Vergeleken met de groothandel is de bedrijfstak vervoer en opslag nog ‘ouder’; hier wordt circa 65 procent van alle banen ingevuld door veertigplussers.
Als er ingezoomd wordt op de verschillende branches binnen de groothandel dan blijken mensen jonger dan 40 relatief goed vertegenwoordigd in de groothandel in voedingsmiddelen, consumentenartikelen en niet-gespecialiseerde groothandel. Mensen van 40 jaar of ouder zijn vaker werkzaam in de groothandel in machines en apparaten en in de overige gespecialiseerde groothandel.
Groothandelaren die zich uitsluitend op de binnenlandse markt richten kennen een groter aandeel banen ingevuld door zestigplussers dan de andere type groothandelaren. Zo is 13 procent van de banen in de binnenlandse groothandel gevuld door een medewerker die zestig jaar of ouder is. Binnen de internationaal actieve groothandel, traditionele groothandel, full-service bedrijven en transitobedrijven, is de baanverdeling naar leeftijdsgroepen sterk vergelijkbaar met het totale beeld van de hele bedrijfstak.
3.4Banen in de groothandel, naar uurloon
Uurloon hoogst in groothandel
In deze paragraaf worden verschillen in uurloon tussen de verschillende bedrijfstakken in kaart gebracht. Zo laat grafiek 3.4.1 zien dat het mediane uurloon in het bedrijfsleven 17,40 euro bedroeg in 2016. Van de onderzochte bedrijfstakken is het uurloon het hoogst in de groothandel (bijna 20 euro) en een stuk lager in de detailhandel (krap 11 euro). Het mediane uurloon in de vervoer en opslag of in de andere bedrijfstakken benadert het uurloon in de groothandel.
Verschil uurloon vrouwen kleinst in groothandel
Dat vrouwen minder verdienen dan mannen is een bekend en goed gedocumenteerd feit. Ook per uur is het loon van vrouwen lager dan dat van mannen. Dit fenomeen is bijvoorbeeld te verklaren door het verschil in type baan van mannen en vrouwen. Zo hebben mannen – vaker dan vrouwen – een leidinggevende functie of meer werkervaring (CBS, 2016). Eind 2016 verdienden mannen in loondienst (in het bedrijfsleven) circa 19,30 euro per uur en vrouwen bijna 15 euro, laat figuur 3.4.1 zien. Dit loonverschil is ook te zien in de groothandel; zij het minder groot dan in de overige bedrijfstakken. Zo verdienen vrouwen in de groothandel circa 3 euro per uur minder dan mannen; in het hele bedrijfsleven is het uurloon van vrouwen circa 4,60 euro lager.
Uit vorige onderzoeken van het CBS blijkt dat medewerkers van internationaal actieve bedrijven meer verdienen dan medewerkers van bedrijven die alleen op de binnenlandse markt actief zijn. Verder betalen bedrijven die onder buitenlandse zeggenschap vallen en/of buitenlandse investeringen aanhouden vaker hogere lonen dan Nederlandse bedrijven en bedrijven die geen investeringen in het buitenland hebben (Jaarsma, 2013). Dit gegeven wordt hier ook specifiek voor de groothandel bevestigd. Zo verdienen medewerkers van groothandelaren die uitsluitend op de binnenlandse markt actief zijn gemiddeld 18 euro per uur, ten opzichte van 20 euro bij internationaal actieve groothandelaren. Verschillen in uurloon tussen mannen en vrouwen zijn ook binnen deze twee groepen terug te zien. Onder binnenlandse groothandelaren lijkt dit verschil echter groter te zijn dan onder internationaal actieve groothandelaren. Zo verdienen mannen bij binnenlandse bedrijven per uur 4,10 euro meer dan vrouwelijke medewerkers, ten opzichte van 3 euro bij internationaal actieve bedrijven.
Figuur 3.4.2 laat zien dat er ook binnen de internationaal actieve bedrijven verschillen zijn in mediaan uurloon. Zo zijn uurlonen binnen de traditionele groothandel ruim 3 euro lager dan de full-service en transitobedrijven. Ook binnen de verschillende groepen internationaal actieve groothandelaren blijven de verschillen tussen mannen en vrouwen bestaan.
3.5Samenvatting en conclusie
Aan het einde van het derde kwartaal van 2016 telde het Nederlandse bedrijfsleven ruim 5 miljoen banen. Daarvan was de groothandel goed voor bijna 1 op de 10. Dat komt neer op circa 467 duizend banen in de groothandel eind 2016. Daarmee is de groothandel een grotere werkgever dan de vervoer en opslagbranche, maar een kleinere dan de detailhandel.
Van alle banen in het bedrijfsleven wordt 37 procent ingevuld door vrouwen. In de groothandel is dit ongeveer 30 procent en in de bedrijfstak vervoer en opslag 25 procent. Vrouwen zijn – vergeleken met mannen – veel vaker werkzaam in de detailhandel; hier is het aandeel banen ingevuld door vrouwen 62 procent. Binnen de bedrijfstak groothandel zijn vrouwen – vaker dan mannen – werkzaam in de groothandel in consumentenartikelen, zoals parfum, cosmetica, kleding, juwelen of farmaceutische producten. Mannen daarentegen zijn vaker werkzaam bij groothandelaren in machines en apparaten, ICT-apparatuur en in de overige gespecialiseerde groothandel.
Werknemers in de groothandel zijn doorgaans wat ouder dan de gemiddelde werknemer in het bedrijfsleven. Zo werd eind 2016 bijna de helft van alle banen ingevuld door mensen van 40 tot en met 59 jaar, ten opzichte van 40 procent in het hele bedrijfsleven. Jongere werknemers van nog geen twintig jaar oud zijn niet sterk vertegenwoordigd in deze bedrijfstak. Deze groep is vooral werkzaam in de detailhandel. Groothandelaren die zich uitsluitend op de binnenlandse markt richten kennen een groter aandeel banen ingevuld door zestigplussers dan de andere type groothandelaren. Binnen de internationaal actieve groothandel, traditionele groothandel, full-service bedrijven en transitobedrijven, is de baanverdeling naar leeftijdsgroepen sterk vergelijkbaar met het totale beeld van de hele bedrijfstak.
Het mediane uurloon in het bedrijfsleven bedroeg 17,40 euro. Van de onderzochte bedrijfstakken is het uurloon het hoogst in de groothandel (bijna 20 euro) en een stuk lager in de detailhandel (krap 11 euro). Het mediane uurloon in de vervoer en opslag of in de andere bedrijfstakken benadert het uurloon in de groothandel. Vrouwen in de groothandel verdienden ruim 3 euro per uur minder dan mannen; in het hele bedrijfsleven is het uurloon van vrouwen circa 4,60 euro lager.
Werknemers van groothandelaren die uitsluitend op de binnenlandse markt actief zijn, verdienden gemiddeld 18 euro per uur, ten opzichte van 20 euro bij internationaal actieve groothandelaren. Verschillen in uurloon tussen mannen en vrouwen zijn ook binnen deze twee groepen terug te zien. Onder binnenlandse groothandelaren lijkt dit verschil echter groter te zijn dan onder internationaal actieve groothandelaren.
3.6Data en methoden
In dit hoofdstuk worden de werknemers in de groothandel vergeleken met werknemers buiten de groothandel. Om iets te kunnen zeggen over de personeelsopbouw van de groothandel is er een koppeling gemaakt tussen het bedrijvenregister enerzijds – met daarin informatie over de activiteit en grootte van een bedrijf – en informatie uit de polisadministratie en gemeentelijke basisadministratie anderzijds.
Polisadministratie en gemeentelijke basisadministratie
Op basis van gegevens uit de polisadministratie wordt per bedrijf het aantal werkzame mannen en vrouwen in loondienst berekend. Hierbij moet opgemerkt worden dat personen meer dan één inkomensverhouding per bedrijf kunnen hebben. Gegevens van meerdere inkomensverhoudingen bij één werkgever zijn bij elkaar opgeteld, zodat personen maar één baan bij dezelfde werknemer kunnen hebben. Uiteraard kan iemand tegelijkertijd bij meer dan één werkgever in loondienst zijn. Deze persoon-bedrijf combinaties worden als individuele banen beschouwd.
Naast aantallen banen per bedrijf, verbijzonderd naar geslacht en leeftijd op basis van informatie uit de gemeentelijke basisadministratie, wordt het mediane uurloon van werknemers in loondienst bepaald.noot2 Ook hier worden totalen alsook gegevens verbijzonderd naar geslacht berekend.
Voor het bepalen van het uurloon worden in dit hoofdstuk de gegevens gebruikt van de laatste vrijdag van september 2016; alle banen die op de laatste vrijdag van september 2016 bestonden waarvan een loonaangifte beschikbaar is zijn meegenomen in de analyse, mits er een positief loon is betaald en er positieve uren zijn gewerkt. De hoogte van een eventuele vakantie-uitkering, een eventuele 13de maand of bonus die niet in september is uitgekeerd, wordt in deze analyse niet meegenomen.
Bedrijfsdemografisch Kader (BDK)
De gegevens uit de polisadministratie kunnen door middel van een identificatiesleutel worden gekoppeld met verschillende bedrijfskenmerken die beschikbaar zijn in het Bedrijfsdemografisch Kader. Deze databron vormt de ruggengraat van de bedrijvenregistraties en biedt informatie over de basiskenmerken van bedrijven, zoals bedrijfstak (SBI), grootteklasse, rechtsvorm en buitenlandse zeggenschap. Met behulp van de SBI kan worden bekeken wat de belangrijkste economische activiteit van een bedrijf is. Bovendien kan in kaart worden gebracht in welke tak van de groothandel het bedrijf precies actief is.
Uurlonen
De gegevens over uurlonen in dit artikel zijn berekend in twee stappen:
- In eerste instantie wordt er per bedrijf een mediaan uurloon bepaald. Het mediane uurloon wordt bepaald door alle werknemers van een bedrijf te rangschikken op basis van het uurloon. Het uurloon van de middelste werknemer in deze rangorde is het mediane uurloon van het bedrijf. Deze mediaan is een stuk minder gevoelig voor uitschieters in de data dan het gemiddelde uurloon van alle werknemers van een bedrijf. Dat gemiddelde kan – zeker bij kleinere ondernemingen – sterk worden beïnvloed door één extreme observatie.
- Na de bovenstaande stap is er aan elk bedrijf één uurloon toegekend. De in dit hoofdstuk gepresenteerde cijfers geven een gemiddelde weer van deze mediane uurlonen. Voor een eerlijker beeld van de arbeidsvoorwaarden van alle werknemers krijgt de mediaan van een groter bedrijf (een bedrijf met meer werknemers) een zwaarder gewicht in dit gemiddelde dan een kleiner bedrijf. Wanneer we dus een gewogen gemiddelde berekenen van alle mediane uurlonen van bedrijven in de ‘vervoer & opslag’ komt hier een uurloon van 18,60 euro uit, zoals te zien is in figuur 3.4.1.
3.7Literatuur
Literatuur
Boutorat, A., van Gessel-Dabekaussen, G., Lemmers, O., Ramaekers, P., Voncken, R., de Vries, J. & Wong, K.F. (2018). Werkgelegenheid in het kort. In M. Jaarsma & R. Voncken (Red.), CBS Internationaliseringsmonitor, tweede kwartaal: Werkgelegenheid. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2016). Gelijk loon voor gelijk werk? Banen en lonen bij de overheid en bedrijfsleven, 2014. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2019a). Bijna net zoveel vacatures als werklozen. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek. Geraadpleegd op https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2019/33/bijna-net-zoveel-vacatures-als-werklozen.
CBS (2019b). COEN enquête. Geraadpleegd op statline https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/82435NED/table?dl=252AA
CBS (2019c). Dashboard Arbeidsmarkt. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek. Geraadpleegd op https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboard-arbeidsmarkt/banen-werkgelegenheid/toelichtingen/werkgelegenheidsstructuur.
Jaarsma, M. (2013), Werknemers bij internationaal opererende bedrijven beter betaald. Sociaaleconomische trends 2013. Den Haag/Heerlen: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Noten
In hoofdstuk 6 van deze publicatie wordt onder andere het aantal voltijdbanen in de groothandel gepresenteerd. Het aantal banen in dit hoofdstuk betreft het aantal banen van werknemers in loondienst, ongeacht hoeveel uren er in deze baan worden gewerkt.
Van uitzendkrachten is alleen bekend bij welke uitlener (d.w.z. het uitzendbureau) ze werken, niet bij welke inlener. Het uurloon dat wordt bepaald, is dus het uurloon exclusief ingeleend personeel.