Born globals
Born globals zijn nieuwe bedrijven die vlak na hun oprichting beginnen met exporteren. In dit hoofdstuk wordt bekeken hoe born globals verschillen van andere starters. Zijn born globals groter dan andere starters? Hebben zij meer of minder export bestemmingen en hoe zit het met de totale omzet en het aantal klanten in het buitenland? En zijn de overlevingskansen van born globals hoger dan voor overige starters?
6.1Inleiding
De internationalisering van bedrijven wordt vaak gezien als een geleidelijk proces, zie Lopez et al. (2009) en Sui & Baum (2014). Eerst groeien bedrijven op de binnenlandse markt en vervolgens breiden ze geleidelijk de omvang van hun internationale activiteiten uit. Daarmee kunnen bedrijven kennis over buitenlandse markten opbouwen en het risico dat daarmee gepaard gaat, beter beheersen. Er zijn echter ook andere manieren waarop bedrijven internationaliseren. Moen en Servais (2002) laten bijvoorbeeld voor Noorwegen, Frankrijk en Denemarken zien dat er ook veel bedrijven zijn die vlak na hun oprichting al meteen een groot deel van hun verkopen in het buitenland realiseren. Knight & Cavusgil (2004) typeerden dergelijke bedrijven als “born globals”, starters die vlak na hun oprichting beginnen met exporteren.
In de literatuur worden verschillende redenen aangedragen waarom bedrijven snel kunnen internationaliseren. Zo kunnen bedrijven in sectoren waar handelsbarrières, de benodigde investeringen en transportkosten, laag zijn sneller internationaliseren. Ook wordt er aangedragen dat born globals het meest aanwezig zijn in kennisintensieve sectoren zoals in de vervaardiging van software en technologische producten (Lopez et al., 2009). Doordat deze producten tegen lage marginale kosten vermenigvuldigd kunnen worden, kan de buitenlandse markt tegelijk met de binnenlandse markt betreden worden. Dit conflicteert echter met bevindingen van de Europese Unie (Eurofound, 2012), waarin gesteld wordt dat born globals in de groot- en detailhandel, de zakelijke diensten, de basismetaal industrie en in de informatie en communicatie branche voorkomen. Daarnaast is de internationale ervaring van de oprichters en de medewerkers van belang voor snelle internationalisering (Bengtsson, 2004; Madsen en Servais, 1997). Verder worden ook het belang van de sociale netwerken in het thuisland voor de snelheid van internationalisering genoemd (Zhou, Wu & Luo, 2007). Zulke netwerken helpen om de kansen op buitenlandse markten te zien, beïnvloeden het starten met exporteren, helpen om buitenlandse partners te identificeren en helpen om impliciete gewoontes in het internationaal zaken doen, helder te krijgen.
Slechts een bescheiden gedeelte van de bedrijven die internationaliseren kan getypeerd worden als born global. In Lopez et al. (2009) is dit zo’n 13 procent. Bovendien richten zij zich wat betreft de export vaak op de dichtbij gelegen landen en niet de wereldmarkt in zijn geheel (Rugman & Brain, 2003; Lopez et al., 2009). Het proces van internationalisering kan plaatsvinden langs de lijnen van het uitbreiden van de export naar andere landen (extensieve marge) en meer verkopen aan bestaande relaties (intensieve marge). Hashai (2011) laat zien dat born globals vooral uitbreiden langs één van deze twee routes en pas de andere route bewandelen als deze volledig benut is; uitbreiden door af te wisselen tussen beide routes of ze tegelijk te bewandelen, is voor born globals minder waarschijnlijk.
In dit hoofdstuk beschouwen we born globals die in 2014 gestart zijn met exporteren. Voor deze bedrijven wordt gekeken naar de ontwikkeling in de jaren na het starten met exporteren. In paragraaf 6.2 kijken we naar twee typen born globals: degenen die starten met goederenexport en degenen die starten met dienstenexport. Om de onderzoeksvragen in dit hoofdstuk te beantwoorden, zijn op bedrijfsniveau enkele datasets samengesteld met bedrijfskenmerken, handelsgegevens en handelsrelaties. De datasets die gebruikt worden voor dit hoofdstuk, zijn dezelfde als in hoofdstuk 4 en 5. Er worden ook vergelijkingen gemaakt met de totale groepen exportstarters uit hoofdstuk 4 en 5. Paragraaf 6.3 geeft meer inzicht in het aantal Europese handelsrelaties van de born globals. Ook hier wordt separaat gekeken naar born globals in de goederen- en dienstenexport. Voor deze analyse wordt data uit de ICP (intracommunautaire prestaties) gebruikt, waardoor deze resultaten niet rechtstreeks te vergelijken zijn met de resultaten van paragraaf 6.2. De belangrijkste bevindingen en samenvatting van dit hoofdstuk zijn opgesomd in paragraaf 6.4.
6.2Born globals in de goederen- en dienstenexport
In hoofdstuk 4 en 5 lag de focus op exportstarters in de goederen- en dienstenhandel. In dit hoofdstuk concentreren we ons op een deelverzameling van deze starters, namelijk de zogenaamde born globals. Zij vormen de bedrijvenpopulaties waarop we enkele analyses uit de vorige hoofdstukken herhalen om zo inzicht te verwerven inzake de kenmerken en karakteristieken van born globals, maar ook om nieuwe perspectieven te ontwikkelen op starters in het algemeen.
Born globals in de goederenexport
In de goederenhandel vinden we 3 384 bedrijven die in 2014 zijn opgericht en ook meteen zijn begonnen als goederenexporteur. Dat is 22 procent van alle 15 591 goederenstarters in 2014. Vergeleken met de goederenstarters in hoofdstuk 4 exporteren born globals minder vaak maar één product: 85 procent bij de born globals tegenover circa 89 procent bij de totale groep goederenstarters. Verder exporteert bijna 41 procent van de born globals in het eerste jaar goederen naar meer dan één land, vergeleken met 27 procent van de totale groep starters. Born globals lijken dus te beschikken over zowel meer exportbestemmingen als exportproducten dan reguliere starters.
Figuur 6.2.1 laat een aantal kenmerken zien van born globals in de goederenexport. Ten eerste is er veel heterogeniteit tussen born globals. Born globals in het grootbedrijf exporteren bij aanvang van hun exportavontuur naar meer landen en exporteren meer productvariëteiten dan starters in het zelfstandig mkb. Born globals binnen het grootbedrijf exporteren gemiddeld 3,7 producten naar gemiddeld 7,1 exportlanden. Zelfstandige kleinere born globals exporteren gemiddeld 1,4 producten naar 2,4 landen in het eerste exportjaar. Ten tweede zijn deze verschillen in aantal exportproducten en -bestemmingen naar omvang van het bedrijf het meest uitgesproken voor grote born globals in de industrie; zij exporteren bij exportaanvang gemiddeld 4,6 producten naar 10 landen terwijl de kleinere, zelfstandige born globals in de industrie slechts 1,4 product naar 2,3 landen exporteren. Daarmee is de exportportefeuille van grote born globals in de industrie het meest gediversifieerd, gevolgd door die in de groot- en detailhandel en in de zakelijke dienstverlening. De groep grote born globals in de sector vervoer- en opslag is klein. Voor deze groep verschaffen daarom de mediane waarden van 2 producten naar 4 landen een representatiever beeld van de groep.
Soms worden gemiddeldes echter sterk vertekend door enkele hele grote of hele kleine bedrijven; zij trekken het gemiddelde naar boven of juist naar beneden. Ook bij deze relatief kleine groep born globals zullen we daarom kijken naar de mediaan als robuustere maat dan het gemiddelde; deze laat de waarde van het middelste bedrijf zien als alle bedrijven van klein naar groot zijn gesorteerd. Figuur 6.2.1 laat – per sector en type bedrijf – zien hoeveel producten en naar hoeveel landen de mediane (middelste) born global exporteert. Soms is er maar één bolletje te zien; dat betekent dat beide waardes elkaar overlappen.
Door de mediaan te bekijken, worden de verschillen in het aantal exportproducten en -bestemmingen tussen sectoren en type bedrijf kleiner dan wanneer we naar de gemiddeldes kijken. In de meeste bedrijfstakken exporteert de mediane born global in het mkb-slechts één exportproduct. Het mediane born global bedrijf in de meeste bedrijfstakken exporteert één product. Wat betreft het aantal exportbestemmingen zijn de verschillen iets uitgesprokener. De mediane born global in het zelfstandig mkb in 2014 exporteerde naar één land, terwijl dat voor die in het grootbedrijf vaak vier landen of meer zijn. Bij het grootbedrijf in de industrie exporteert het mediane bedrijf zelfs naar 5 landen.
In 2014 hebben exportstarters voor ruim 5 miljard euro aan goederen naar het buitenland verhandeld, zie figuur 6.2.2. Bijna 35 procent daarvan komt op conto van de born globals. Doordat sommige bedrijven die waren gestart met exporteren ook weer daar mee stoppen, is de groep starters van 2014 kleiner in 2015. De exportwaarde neemt echter toe naar 2,2 miljard en blijft stabiel tussen de 1,8 en 2,3 miljard in de daaropvolgende jaren. De exportwaarde van de overige starters verdubbelde bijna. Na 2015 blijft de exportwaarde van de starterspopulatie uit 2014 vrij stabiel, terwijl de groep die doorgaat met exporteren elk jaar kleiner wordt. In 2018 zijn er van de 15 591 starters nog 7 786 exporteurs over, tegen 1 847 van de 3 384 born globals. Het aandeel born globals is dus iets gestegen van 22 naar 24 procent. Zowel bij de born globals als de overige starters neemt de gemiddelde exportwaarde per bedrijf toe.
Born globals in de dienstenhandel
Zoals we in hoofdstuk 5 al zagen, zijn er in 2014 meer bedrijven gestart met dienstenexport dan met goederenexport, namelijk 18 480 tegenover 15 591. Hiervan zijn er 3 838 born globals en dat is een kleiner deel dan bij de goederenhandel, namelijk 20 procent. Uitgesplitst naar dezelfde sectoren als in hoofdstuk 5 (figuur 5.2.1), hebben born globals gemiddeld genomen minder exportbestemmingen dan andere starters binnen de EU. Dit ligt namelijk tussen de 1,4 en 4, zie figuur 6.2.3. Voor de gehele groep starters ligt dat tussen de 1,3 en 6,5. Het mediane bedrijf binnen de born globals exporteert naar één land. Het grootbedrijf in de zakelijke dienstverlening (M-N) heeft met 4 bestemmingen het grootste gemiddelde aantal bestemmingen. Het born global bedrijf in de sectoren industrie, handel en informatie en communicatie heeft een vergelijkbaar aantal binnen de EU als het gemiddelde born global bedrijf in de dienstenexport.
Een groter aandeel born globals in het zelfstandig mkb exporteert in het startjaar diensten naar bestemmingen buiten de EU (figuur 6.2.4) vergeleken met de totale groep dienstenstarters. Dit aandeel is juist kleiner voor het born global grootbedrijf vergeleken met de totale groep dienstenstarters. Van het born global zelfstandig mkb exporteert 6,3 procent diensten naar landen buiten de EU, tegen 5,8 procent bij de totale groep dienstenstarters in het zelfstandig mkb. Bij het born global grootbedrijf is dat ruim 13 procent, bijna 2 procentpunt minder dan voor de gehele groep dienstenstarters.
Met de dienstenexport van born globals is in 2014 bijna 460 miljoen euro gemoeid. Dat is een veel kleiner deel van de exportwaarde dan voor de goederen, namelijk 10 procent, waarbij opgemerkt dient te worden dat born globals ook een kleiner deel uitmaken van de starterpopulatie van dienstenexporteurs (20 procent). De exportwaarde van de born globals die doorgaan met exporteren van diensten neemt in het eerste jaar met meer dan 50 procent toe, en vlakt daarna af. De exportwaarde van de overige exportstarters in de dienstenhandel daarentegen nam toe van bijna 4,3 miljard euro in 2014 naar 4,7 miljard euro in 2015. Dit nam in 2016 verder toe naar 5,1 miljard, zie figuur 6.2.5. Het relatieve belang in de exportwaarde van born globals is dus kleiner bij de dienstenstarters dan bij de goederenstarters in 2014, maar dit aandeel neemt wel over de daarop volgende jaren toe van 10 procent naar bijna 14 procent.
6.3Dynamiek van het klantenbestand van born globals
Paragraaf 6.2 liet zien dat er in 2014 in de goederenhandel 3 384 born globals actief waren in Nederland. Daarnaast waren er 3 838 born globals actief in de dienstenhandel. Deze paragraaf gaat dieper in op het klantenbestand van deze born globals. Omdat het hier echter een verschillende bron betreft dan in de voorgaande paragraaf, komen de aantallen born globals niet precies overeen. De ICP data bevat bijvoorbeeld alleen informatie over intra-EU handel. Het totale aantal born globals dat in de ICP data voorkomt bedraagt 2 807 voor de goederenhandel en 4 069 voor de dienstenhandel. Deze worden nu verder uitgelicht. De ICP data is dan ook niet bedoeld als randtotaal, maar puur om een extra dimensie te geven aan de analyses. Aan de hand van deze data kunnen handelsrelaties in kaart gebracht worden, wat niet mogelijk is met de reguliere goederen- en dienstendata. Meer informatie over deze databron is te vinden in de sectie data en methoden.
De ontwikkeling van born globals in de goederenhandel
Figuur 6.3.1 laat zien hoeveel handelsrelaties een born global in de goederenhandel gemiddeld heeft, en wat de mediaan is. Zo hebben born globals in het grootbedrijf van de industrie gemiddeld 31 handelsrelaties en born globals in het zelfstandig mkb van de industrie er 7. De mediaan laat echter zien dat dit niet evenredig verdeeld is over de totale groep born globals in de industrie. Zo is de mediaan voor het grootbedrijf 6 en voor het zelfstanding mkb 2. Binnen de sector informatie en communicatie heeft het grootbedrijf gemiddeld de meeste handelsrelaties, namelijk 87, met een mediaan van 1 handelsrelatie. Het gemiddeld aantal handelsrelaties voor het zelfstandig mkb is het grootst in de sector vervoer en opslag, namelijk 11, de mediaan ligt hier op 2 handelsrelaties.
De ontwikkeling van de klantenrelaties tussen 2014 en 2018 is te zien in tabel 6.3.2. Daaruit blijkt dat, vergeleken met de totale groep exportstarters, born globals een hogere kans hebben om in 2018 nog goederenexporteur te zijn. Dit hangt vooral samen met het feit dat zij in 2014 meer handelsrelaties hebben dan andere goederenstarters. Hoe meer handelsrelaties een starter namelijk heeft, hoe groter de kans dat hij een structurele goederenexporteur wordt. In totaal is bijvoorbeeld 56 procent van de born globals met maar één handelsrelatie in 2014, in 2018 gestopt als exporteur, terwijl dit maar 29 procent was voor born globals die met 50 handelsrelaties of meer begonnen in 2014.
6.3.2Dynamiek in de handelsrelaties van born global goederenhandelaren, 2014–2018
| Aantal handelsrelaties in 2018 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1 | 2 | 3–4 | 5–9 | 10–49 | 50 en meer | Gestopt | |
| Aantal handelsrelaties in 2014 | |||||||
| 1 | 19 | 6 | 8 | 5 | 6 | 1 | 56 |
| 2 | 11 | 9 | 10 | 11 | 7 | 1 | 50 |
| 3–4 | 9 | 7 | 10 | 16 | 11 | 3 | 45 |
| 5–9 | 3 | 4 | 7 | 17 | 27 | 6 | 36 |
| 10–49 | 4 | 2 | 3 | 7 | 39 | 15 | 31 |
| 50 en meer | 0 | 1 | 1 | 1 | 13 | 54 | 29 |
De ontwikkeling van born globals in de dienstenhandel
In figuur 6.3.3 is voor 2014 te zien hoe het aantal klanten van born globals in de dienstenhandel per sector verdeeld is over het grootbedrijf en het zelfstandig mkb. Duidelijk te zien is dat voor het grootbedrijf born globals in de sector informatie en communicatie, net als bij de born globals in de goedenhandel, gemiddeld meer handelsrelaties hebben dan born globals in andere sectoren. Zo bedraagt het gemiddeld aantal handelsrelaties voor een born global in het grootbedrijf in de sector informatie en communicatie 22. Voor het zelfstandig mkb hebben born globals in de sector vervoer en opslag de meeste handelsrelaties in 2014, namelijk 9. Born globals in de dienstenhandel hebben over het algemeen ook minder handelsrelaties dan born globals in de goederenhandel.
Hoe het aantal handelsrelaties zich bij de born globals in de dienstenhandel ontwikkelt, is te zien in tabel 6.3.4. In deze tabel zijn het aantal handelsrelaties gegroepeerd en is aangegeven welk percentage van de born globals in 2018 in welke groep valt, gegeven het aantal handelsrelaties in 2014. Zo heeft ruim 17 procent van de born globals in de dienstenexport met één handelsrelatie in 2014 nog steeds één handelsrelatie in 2018. Ook hier is duidelijk te zien dat born globals in de dienstenhandel vaker stoppen met exporteren dan born globals in de goederenhandel. Zo stopt 72 procent van de born globals die gestart zijn met maar één handelsrelatie. Born globals in de dienstenhandel groeien ook minder vaak door dan born globals in de goederenhandel. Opvallend hierbij is dat van de born globals die met twee handelsrelaties starten en in 2018 nog handelen, ongeveer de helft in 2018 nog maar één handelsrelatie heeft. Het lijkt erop dat het voor born globals in de dienstenhandel lastiger is om te groeien dan voor born globals in de goederenhandel in termen van aantal klanten.
Vergeleken met hoofdstuk 5, zijn de overlevingskansen van born globals in de dienstenhandel iets hoger dan voor de totale groep starters in 2014. De verschillen zijn echter wel minimaal. Zo is het verschil tussen het aantal stoppers bij de born globals met twee handelrelaties, vergeleken met de gemiddelde dienstenstarter, maar 0,7 procentpunt.
6.3.4Dynamiek in de handelsrelaties van born global dienstenhandelaren, 2014–2018
| Aantal handelsrelaties in 2018 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1 | 2 | 3–4 | 5–9 | 10–49 | 50 en meer | Gestopt | |
| Aantal handelsrelaties in 2014 | |||||||
| 1 | 17 | 4 | 4 | 2 | 1 | 0 | 72 |
| 2 | 19 | 7 | 6 | 4 | 2 | 0 | 62 |
| 3–4 | 11 | 8 | 14 | 12 | 6 | 1 | 48 |
| 5–9 | 7 | 4 | 11 | 24 | 14 | 3 | 38 |
| 10–49 | 0 | 2 | 3 | 9 | 35 | 9 | 41 |
| 50 en meer | 0 | 0 | 0 | 0 | 7 | 57 | 36 |
6.4Samenvatting en conclusie
Born globals hebben gemiddeld gezien meer exportbestemmingen, meer handelsrelaties en een hogere omzet uit export dan de gemiddelde starter. Tevens groeien born globals harder dan andere starters in de jaren na de exportstart. Zo is de exportwaarde van de groep born globals in de goederenhandel over de periode 2014 tot en met 2016 vrij stabiel tussen de 1,8 en 2,3 miljard terwijl de totale exportwaarde van de overige starters van 3,3 naar 8,7 miljard groeit. Voor de dienstenhandel is een ander patroon zichtbaar, daar groeit de totale export van de born globals van 460 naar 810 miljoen, terwijl de totale export van de overige starters toeneemt van 4,3 naar 5,1 miljard euro.
Born globals hebben ook een hogere overlevingskans dan andere starters. Zo is in 2018 nog 55 procent van de born globals, die in 2014 met goederenhandel gestart zijn, op de internationale markt actief; terwijl dit voor de totale groep starters 50 procent bedraagt. Hier is in de dienstenhandel eenzelfde patroon te zien, waar in 2016 nog 54 procent van de born globals die in 2014 gestart zijn over is, vergeleken met 45 procent voor de totale groep starters.
6.5Data en methoden
De gebruikte data en methoden voor dit hoofdstuk, zijn hetzelfde als bij hoofdstuk 4 en 5 van deze Internationaliseringsmonitor. Zie deze hoofdstukken voor een nadere omschrijving van de data. Voor de afbakening van born globals is alleen de extra eis gesteld dat het startjaar van de handel (2014) ook het jaar van oprichting van het bedrijf is. Het jaar van oprichting van een bedrijf is afkomstig uit het Bedrijfsdemografisch Kader. Bedrijven die ontstaan als het gevolg van fusies, overnames, opsplitsingen et cetera, worden niet aangemerkt als een oprichting.
6.6Literatuur
Literatuur
Bengtsson, L. (2004). Explaining born globals: An organisational learning perspective on the internationalisation process. International Journal of Globalization and Small Business, 1(1), 28–41.
Eurofound (2012). Born global: The potential of job creation in new international businesses. Publications Office of the European Union, Luxembourg.
Hashai, N. (2011). Sequencing the expansion of geographic scope and foreign operations by “born global” firms. Journal of International Business Studies, 42(8), 995–1015.
Knight,G. & Cavusgil, S.T. (2004). Innovation, Organizational Capabilities, and the Born-Global Firm. Journal of International Business Studies, 35(2), 124–141.
Lopez, L.E., Kundu, S.K. & Ciravegna, L. (2009). Born Global or Born Regional? Evidence from an Exploratory Study in the Costa Rican Software Industry. Journal of International Business Studies, 40(7), 1228–1238.
Madsen, T.K. & Servais, P. (1997). The internationalization of born globals: An evolutionary process? International Business Review, 6(6), 561–583.
Moen, O. & Servais, P. (2002). Born global or gradual global? Examining the export behavior of small and medium-sized enterprises. Journal of International Marketing, 10(3), 49–72.
Rugman, A. & Brain, C. (2003). Multinational enterprises are regional, not global. Multinational Business Review, 11(1), 3–12.
Sui, S. & Baum, M. (2014). Internationalization strategy, firm resources and the survival of SMEs in the export market. Journal of International Business Studies, 45(7), 821–841.
Zhou, L., Wu, W. & Luo, X. (2007). Internationalization and the Performance of Born-Global SMEs: The Mediating Role of Social Networks. Journal of International Business Studies, 38(4), 673–690.