De Verenigde Staten – een introductie
De Verenigde Staten spreken tot de verbeelding. Al eeuwen heeft de grootste en machtigste economie ter wereld een grote aantrekkingskracht op reizigers, investeerders en handelaren. Tussen Nederland en de VS gaan de betrekkingen ruim vier eeuwen terug. Nederlandse kolonisten – op zoek naar een alternatieve route naar Azië – zetten begin 17e eeuw voet aan Amerikaanse wal. Zij behoorden tot de eerste groepen Europese immigranten die hun heil in Amerika zochten en nederzettingen bouwden. Onder bewind van de West-Indische Compagnie (WIC) vestigden kooplieden uit de Nederlanden zich in Nieuw-Nederland, met Nieuw-Amsterdam als belangrijkste vestiging. Ondanks dat de Nederlanders nog in diezelfde eeuw het bewind over Nieuw-Nederland en Nieuw-Amsterdam kwijtraakten aan de Engelsen, zijn er veel Nederlandse sporen in de VS. Namen als Brooklyn (Breukelen), Harlem (Haarlem) en Coney Island (Konijneneiland) vinden hun oorsprong in Nederland of zijn een Engelse variant op de Nederlandse naam. De Declaration of Independence waarmee de Amerikanen zich onafhankelijk van de Engelsen verklaarden (1776) is geïnspireerd door de Nederlandse onafhankelijkheidsverklaring (het Plakkaat van Verlatinghe). En Nederland erkende als eerste land de onafhankelijke Verenigde Staten (Groenen, 2012; Wezeman, 2015; New Netherlands Institute).
De VS wordt vaak gezien als het land of opportunity, waar de American Dream bereikbaar is voor iedereen die hard werkt en waar men – net als in Nederland – groot voorstander van vrijhandel is. De huidige koers van America first, protectionistisch beleid en een radicaal andere kijk op internationale handel lijkt op het eerste gezicht een breuk met deze lijn. Maar protectionisme is voor Amerika niets nieuws. Volgens hoogleraar economische en sociale geschiedenis Jan Luiten van Zanden is de VS er het rijkste land ter wereld mee geworden (Trouw, 2017). Midden in de Grote Depressie van de jaren 30 hebben de Amerikanen met de meest protectionistische maatregelen hun eigen producten en industrieën beschermd, net als in de 19e en begin 20e eeuw. Daarmee lijkt niet het huidige protectionisme, maar de decennia van vrijhandel eerder uitzondering dan regel.
De VS is echter nog steeds één van onze belangrijkste handelspartners. Vorig jaar kwam circa 7,5 procent van de Nederlandse goederenimport uit de Verenigde Staten en ontving de VS bijna 5 procent van onze export. Tegenwoordig is de VS veruit de grootste dienstenhandelaar ter wereld, en kwam zo’n 11 procent van de Nederlandse dienstenimport uit de VS. Andersom ging ruim 7,5 procent van de Nederlandse dienstenexport naar de Verenigde Staten.
Ook op het vlak van kapitaalstromen is de VS wereldwijd koploper en is er verwevenheid tussen Nederland en de VS. Nederland is een belangrijke bestemming voor kapitaalstromen vanuit de VS; deze gaan echter voor een groot deel naar holdings zonder reële economische activiteit. Het gebruik van Nederland als ‘doorsluisland’ speelt hierin dus een rol. Maar daarnaast gaan investeringen ook vooral in de industrie over en weer tussen Nederland en de VS.
Ook het aantal Amerikaanse bedrijven in Nederland neemt jaarlijks toe (in ieder geval tot en met 2016, het meest recente jaar waarvoor data beschikbaar is). In dat jaar had één op de vijf buitenlandse multinationals in ons land een Amerikaanse moeder. Zij boden werk aan ongeveer 200 duizend werknemers. En we blijven graag emigreren naar de VS; vorig jaar verhuisden meer dan zesduizend Nederlanders voor minstens een half jaar naar de VS.
In deze editie van de Internationaliseringsmonitor komen de verschillende kanten van de betrekkingen tussen Nederland en de VS uitgebreid aan bod.
Hoofdstuk 1 laat zien hoe de VS als land en als economie presteert, en vergelijkt het profiel van de VS met dat van Nederland. De VS is met afstand de grootste economie ter wereld. Nederland nam in 2017 qua bruto binnenlands product (bbp) de achttiende plek in. Wat betreft het bbp per hoofd van de bevolking staat de VS in 2017 wereldwijd op de achtste plek, Nederland op de dertiende. Californië, Texas, Florida en New York hebben van de Amerikaanse staten de meeste inwoners, en dragen ook het meest bij aan het Amerikaanse bbp. De Amerikaanse economie herstelde sneller van de crisis in 2008 dan de Nederlandse economie. De structuur van de Amerikaanse economie verschilt met die van Nederland. Onroerend goed en overheid zijn de grootste Amerikaanse sectoren. Op het belang van de overige sectoren voor de economie verschillen de staten onderling van elkaar. De VS is na China het tweede land ter wereld in de export van goederen, Nederland het vijfde. Wat betreft diensten is de VS veruit de grootste handelaar ter wereld; Nederland staat op de negende plek. Ook met intellectueel eigendom verdiende de VS wereldwijd het meest.
Hoofdstuk 2 gaat dieper in op de bestemming en herkomst van Amerikaanse directe investeringen. De VS heeft wereldwijd een dominante positie bij zowel uitgaande als inkomende directe investeringen. Meer dan de helft van de uitgaande investeringen gaat naar Europa, en de belangrijkste bestemming is Nederland. Een groot deel van deze investeringen in Nederland gaat naar holdings die zelf niets produceren en deze geldstromen doorleiden naar het buitenland. De Amerikaanse investeringen die niet via holdings gaan, zijn vooral gericht op de Nederlandse financiële sector en de industrie. Inkomende investeringen in de VS komen voor twee-derde uit Europa. Nederland neemt de vijfde plek in op de ranglijst van investeerders. In 2017 zaten de Nederlandse investeringen in de VS vooral in de industriesector.
In hoofdstuk 3 komen de trends in de bilaterale Nederlands-Amerikaanse goederen- en dienstenhandel aan bod. De VS is een belangrijke handelspartner voor Nederland, zowel voor de goederen- als de dienstenhandel. Nederland is belangrijker als afnemer dan als leverancier voor de VS. Gedeeltelijk heeft dat te maken met de functie van Nederland als distributeur in Europa; meer dan de helft van de ingevoerde goederen in Nederland vanuit de VS zijn bestemd voor wederuitvoer. Maar het belang van Nederland als bestemmingsland voor export vanuit de VS is dalende in de laatste tien jaar, hoewel de absolute goederenexport naar Nederland is toegenomen. Dit heeft vooral te maken met de grotere groei van de export naar andere bestemmingen vanuit de VS.
Hoofdstuk 4 brengt in kaart wat de VS en Nederland verdienen aan de wederzijdse export, zowel de directe als de indirecte export. In 2015 exporteerde de VS meer goederen en diensten naar Nederland dan andersom. De Amerikaanse zakelijke dienstverlening verdiende het meest aan de export naar Nederland. De toegevoegde waarde voor Nederland was bij de dienstenuitvoer naar Amerika groter dan bij de goederenexport. Vooral de zakelijke dienstverlening in Nederland en bedrijven in de groot- en detailhandel verdienden het meest aan de export naar de VS. Ongeveer een derde van de totale Nederlandse exportverdiensten aan de VS kwamen tot stand via indirecte export. Vooral de Nederlandse industrie verdiende hieraan.
Hoofdstuk 5 gaat dieper in op bedrijven die in Amerikaanse handen zijn, ondernemen in de VS, of handelen met de VS, en hoe deze bedrijven zich ontwikkelen ten opzichte van bedrijven die geen relaties met de VS onderhouden. Amerikaanse bedrijven leveren een grote bijdrage aan het Nederlandse bedrijfsleven. Van alle werknemers bij buitenlandse bedrijven in het bedrijfsleven in 2016 was 20 procent werkzaam voor een Amerikaans bedrijf. En circa een derde van de omzet van buitenlandse bedrijven komt voor rekening van Amerikaanse bedrijven. Omgekeerd, dochters van Nederlandse bedrijven in de VS hebben een bescheidener aandeel in de Amerikaanse werkgelegenheid en omzet. Bedrijven in Nederland met goederenhandel zijn slechts beperkt afhankelijk van goederenexport naar de VS.
Hoofdstuk 6 besteedt aandacht aan wat het betekent om in Nederland werknemer te zijn bij een multinational, en Amerikaanse multinationals in het bijzonder. Multinationals, vooral Amerikaanse, betalen in doorsnee een hoger salaris dan niet-multinationals, en ook is er vaker sprake van een dienstverband voor onbepaalde tijd en scholingsmogelijkheden. Toch lijkt er ook een potentiële keerzijde te zitten aan werken bij een (Amerikaanse) multinational. Werknemers bij multinationals draaien meer overuren en ervaren hogere werkdruk en meer psychische vermoeidheid dan werknemers bij niet-multinationals. Vooral vrouwelijke werknemers bij multinationals rapporteren bovengemiddeld vaak burn-outklachten door het werk. Werknemers bij Amerikaanse bedrijven werken zo’n twee tot twee-en-half keer meer uren per jaar dan werknemers bij andere bedrijven, inclusief andere multinationals.
Hoofdstuk 7 beschrijft de migratiestromen tussen Nederland en de VS. Jaarlijks emigreren enkele duizenden Nederlanders naar de Verenigde Staten, en emigreren ook enkele duizenden Amerikanen naar Nederland. Emigranten naar de VS hadden in 2016 een hoger inkomen dan de gemiddelde emigrant naar andere landen, en het gemiddelde inkomen van de Nederlandse bevolking. Emigranten naar de VS zijn daarnaast relatief hoog opgeleid in vergelijking met emigranten naar andere landen of de gehele bevolking, en relatief jong.
Literatuur
Literatuur
Trouw (2017). Trumps protectionisme is een keerpunt. Geraadpleegd via https://www.trouw.nl/democratie/trumps-protectionisme-is-een-keerpunt~a4daa4fd/.
Groenen, I. (2012). Een nieuw gevonden Nederland in Amerika. Geraadpleegd via http://www.geschiedenisbeleven.nl/een-nieuw-gevonden-nederland-in-amerika/.
New Netherlands Institute. The act of abjuration and the declaration of independence. Geraadpleegd op https://www.newnetherlandinstitute.org/history-and-heritage/additional-resources/dutch-treats/the-act-of-abjuration/.
Wezeman, B. (2015). Van Nieuw-Amsterdam tot New York, 1625–1664. Geraadpleegd via http://www.historien.nl/nieuw-amsterdam/.