Begrippen
30%-regeling
Dit is een fiscale regeling voor werknemers uit het buitenland. De regeling geeft werkgevers in Nederland de mogelijkheid om een deel van het salaris – maximaal 30 procent – belastingvrij te vergoeden aan werknemers in het buitenland die tijdelijk in Nederland komen werken. Dit zijn over het algemeen buitenlandse werknemers, maar dit kunnen ook Nederlanders zijn die in het buitenland wonen en tijdelijk in Nederland komen werken. De vergoeding is bedoeld om tegemoet te komen aan de extra kosten die deze werknemers maken om in ons land te kunnen werken. De regeling geldt niet voor werknemers die, voordat ze naar Nederland kwamen, binnen 150 km van de Nederlandse grens hebben gewoond.
Arbeidsjaar
Een maatstaf voor het arbeidsvolume, die wordt berekend door alle banen (voltijd en deeltijd) om te rekenen naar voltijdbanen, ook wel voltijdequivalenten (vte) genoemd. Zo leveren twee halve banen (elk 0,5 vte) samen een arbeidsvolume van één arbeidsjaar op.
Baan
Een overeenkomst waarbij een persoon tegen een financiële vergoeding arbeid verricht voor een bedrijf of instelling. Dit kan als werknemer of als zelfstandige. Bij werknemersbanen wordt een mondelinge of schriftelijke arbeidsovereenkomst afgesloten, waarin salaris en andere arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd. In paragraaf 1.1 worden enkel werknemersbanen – op de laatste vrijdag van september – geteld. Een persoon kan meerdere banen hebben wanneer er sprake is van meerdere werkgevers. Per werkgever heeft een persoon per definitie één baan, ook als deze persoon meerdere arbeidsovereenkomsten heeft bij hetzelfde bedrijf.
bbp (bruto binnenlands product)
Een maat voor de omvang van de economie. Deze wordt berekend uit de som van de waarde die door ondernemingen, huishoudens en overheden wordt toegevoegd aan de goederen en diensten die zij hebben moeten verbruiken om hun producten te kunnen maken. Deze som staat bekend als de toegevoegde waarde ‘in basisprijzen’. Om tot het bbp ‘in marktprijzen’ te komen, wordt hierbij het saldo van productgebonden belastingen en subsidies én het verschil tussen toegerekende en afgedragen btw opgeteld.
Business economy
Zie Nederlandse bedrijfsleven.
Directe en indirecte uitvoer
Directe uitvoer van goederen of diensten betreft de rechtstreekse export van een bedrijfstak naar het buitenland. Indirecte uitvoer van goederen of diensten betreft de export die via een andere bedrijfstak (zoals de groothandel) óf een ander land uitgevoerd wordt.
Economische groei
De volumegroei van het bruto binnenlands product.
ICT kapitaal
Het totaal van kapitaalinvesteringen in ICT-technologieën.
Importconcurrentie
Importconcurrentie duidt op het fenomeen waarbij goederen die in het buitenland vervaardigd zijn, wedijveren voor een consumptiebesteding met gelijkaardige goederen die in Nederland vervaardigd zijn. Importconcurrentie slaat op zowel afgewerkte, als halffabricaten.
Input-output analyse
Met input-outputanalyse worden o.a. de uitgaven aan primaire inputs en productiefactoren, zoals de kosten van goederen en diensten die niet in Nederland zijn geproduceerd (import), en de productiefactoren (arbeid, kapitaal, ondernemerschap) toegerekend aan de finale bestedingen (consumptie door huishoudens, consumptie door overheid, investeringen, export). Met de Inputoutput analyse worden daarnaast indirecte intermediaire leveringen tussen bedrijfstakken in beeld gebracht, waardoor afhankelijkheden in waardeketens zichtbaar gemaakt kunnen worden.
Internationaal insourcen
Het verplaatsen van bedrijfsactiviteiten naar het buitenland binnen het eigen concern.
Internationaal outsourcen
Het verplaatsen van bedrijfsactiviteiten naar het buitenland buiten het eigen concern
Internationale wo-alumni
Er is sprake van internationale handel in goederen wanneer ingezetenen goederen leveren aan het buitenland en omgekeerd. Bij invoer uit EU-landen is dit de waarde van de goederen inclusief vracht- en verzekeringskosten tot aan de Nederlandse grens. Bij invoer uit niet-EU-landen is dit de waarde inclusief vrachten verzekeringskosten tot aan de buitengrens van de Europese Unie. De uitvoerwaarde is inclusief vracht- en verzekeringskosten tot aan de Nederlandse grens. Dit in overeenstemming met de statistiek Internationale Handel in Goederen (IHG).
Land van herkomst
Wo-alumni met een niet-Nederlandse nationaliteit en een buitenlandse of onbekende vooropleiding.
Nationale rekeningen (NR)
Een persoon met een tweede generatie migratieachtergrond heeft als migratieachtergrond het geboorteland van de moeder, tenzij dat ook Nederland is. In dat geval is de migratieachtergrond bepaald door het geboorteland van de vader.
Loon
Loon wordt ingedeeld op basis van het fiscale jaarloon, namelijk het bedrag waarover loonheffing (inkomstenbelasting plus premies volksverzekeringen) moet worden betaald. Dit bedrag wordt op basis van de deeltijdfactor omgerekend naar een voltijd dagloon. Voor elke baan wordt bepaald of dit genormaliseerde loon tot de onderste 30% (laag) of bovenste 20% (hoog) van de werknemersbanen in Nederland behoort, of hier tussenin valt (midden).
Nationale rekeningen (NR)
Het systeem van nationale rekeningen geeft een kwantitatieve beschrijving van het economisch proces in een land en de economische relaties met het buitenland. Als onderdelen van het economisch proces worden onderscheiden: productie, inkomensvorming, inkomensverdeling, bestedingen en financiering. De nationale rekeningen vormen een samenhangend en geïntegreerd geheel, waarin alle variabelen op een consistente wijze met elkaar samenhangen. De regels volgens welke de nationale rekeningen wereldwijd worden gemaakt zijn gebundeld in het System of National Accounts (SNA 2008). De op lidstaten van de Europese Unie toegepaste versie hiervan heet het Europees systeem van rekeningen (ESR 2010).
Nederlandse bedrijfsleven
Het Algemeen Bedrijvenregister (ABR) maakt gebruik van de Standaard Bedrijfsindeling
(SBI) om bedrijfseenheden in te delen naar hoofdactiviteit. Het Nederlandse bedrijfsleven omvat alle bedrijven uit de SBI secties B tot en met N, exclusief K plus S95. Deze afbakening wordt internationaal aangeduid als de ‘business economy’.
Deze categorie is een samenstelling van de volgende bedrijfstakken:
- B Delfstoffenwinning
- C Industrie
- D Productie en distributie van en handel in elektriciteit, aardgas, stoom en gekoelde lucht
- E Winning en distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering
- F Bouwnijverheid
- G Groot- en detailhandel; reparatie van auto’s
- H Vervoer en opslag
- I Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
- J Informatie en communicatie
- L Verhuur van en handel in onroerend goed
- M Advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke dienstverlening
- N Verhuur van roerende goederen en overige zakelijke dienstverlening
- S95 Reparatie van consumentenartikelen.
Niet-internationale wo-alumni
Wo-alumni met een Nederlandse nationaliteit en wo-alumni met een niet-Nederlandse nationaliteit en een Nederlandse vooropleiding.
Niet-routinematige werkzaamheden
Niet-routinematige werkzaamheden zijn werkzaamheden die voornamelijk bestaan uit niet-routinematige taken. Een taak wordt gezien als niet-routinematig als de taak moeilijk in regels of procedures te vatten is en dus niet te automatiseren is.
Offshoring
Het verplaatsen van bedrijfsactiviteiten naar het buitenland. Offshoring omvat zowel internationaal insourcen als internationaal outsourcen. Zie: Internationaal insourcen en internationaal outsourcen.
One-way trader
Een bedrijf of bedrijfsvestiging die enkel goederen of diensten importeert dan wel enkel exporteert. Dit in tegenstelling tot de zgn. two-way trader, die zowel import en export heeft.
Quartaire sector
De quartaire sector is de niet-commerciële dienstverlening, de enige economische sector zonder winstoogmerk. In deze sector vallen de overheidsdiensten en de door de overheid gesubsidieerde diensten. Voorbeelden zijn ziekenhuizen, verpleeghuizen, brandweer, defensie, gezondheidszorg, sociaal werk, onderwijs en cultuur.
Reshoring
Het terughalen van eerder naar het buitenland verplaatste bedrijfsonderdelen naar Nederland.
Routinematige werkzaamheden
Routinematige werkzaamheden zijn werkzaamheden die voornamelijk bestaan uit routinematige taken. Een taak wordt gezien als routinematig als de taak makkelijk in regels of procedures te vatten is en dus te automatiseren is.
SBI
Bedrijfstakken worden afgebakend volgens de hiërarchische indeling van economische activiteiten van de Europese Unie (Nomenclature statistique des activités économiques dans la Communauté Européenne, afgekort: NACE), de Nederlandse variant hiervan is de Standaard Bedrijfsindeling (SBI).
Technologische frontier
De technologische frontier verwijst in dit hoofdstuk naar het land dat (in een bepaalde industrie) het hoogst mogelijke niveau ter wereld heeft aangaande de aanwending van de nieuwste en meest innovatieve technologieën in het productieproces.
Toegevoegde waarde
Het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (exclusief aftrekbare btw).
Two-way trader
Een bedrijf of bedrijfsvestiging met zowel import- als export van goederen of diensten. Dit in tegen stelling tot de zgn. one-way trader, die enkel importeert ofwel enkel exporteert.
Voltijdsequivalent (vte)
Zie arbeidsjaar.
Wo-alumni
Studenten die met goed gevolg een afsluitend diploma in het wetenschappelijk onderwijs (wo) hebben behaald. De volgende diploma’s worden onderscheiden: bachelor-, master-, doctoraal- en beroepsdiploma’s. Als iemand in het wo in één studiejaar diploma’s op meerdere niveaus heeft behaald (bijvoorbeeld een bachelor- en een masterdiploma), is in deze publicatie het diploma van het hoogste niveau meegenomen.
Zeggenschap
De zeggenschap van bedrijven wordt bepaald aan de hand van het land waar de strategische besluitvorming plaatsvindt. Deze zeggenschap ligt bij de Ultimate Controlling Institutional Unit (UCI). Buitenlandse zeggenschap betekent dat het land van vestiging van de UCI een ander land is dan Nederland. De zeggenschap is alleen bekend voor de business economy.