Uitkomst van de financierings­aanvraag

Dit jaar hebben meer bedrijven in het mkb succes bij hun financieringsaanvraag vergeleken met voorgaande jaren. Hiermee wordt de langzame daling van het succespercentage doorbroken. Overbrugging van de coronaperiode is niet langer het meest voorkomende financieringsdoel van bedrijven, dit verschuift naar financiering voor voorraden en werkkapitaal.

Voor de bedrijven die een financieringsaanvraag hebben gedaan, worden in dit hoofdstuk de uitkomsten van deze aanvraag besproken. Eerst wordt ingegaan op de verschillende mogelijke uitkomsten van de financieringsaanvraag. Vervolgens wordt ingezoomd op bedrijven waarvan de aanvraag niet gelukt is. Daarna wordt afgesloten met de bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag. De volgende figuur geeft de positie van dit hoofdstuk in het gehele proces weer.

Het proces van financiering, waarbij de uitkomst is uitgelicht. 1 . B e h oe f t e 2 . O r i ë n tat i e 3 . A a n v r aa g 4 . U i t k om s t 5 . T oe k om s t

7.1Percentage succesvolle financieringsaanvragen neemt weer toe

Er zijn drie mogelijke uitkomsten voor bedrijven die een financieringsaanvraag gedaan hebben: het aangevraagde bedrag wordt volledig toegekend, het bedrag wordt deels toegekend of het bedrag wordt geheel niet toegekend.

Waar het percentage bedrijven met een deels of geheel succesvolle aanvraag de afgelopen jaren bleef dalen van 84 procent in 2019, via 79 procent in 2020 naar 77 procent in 2021, is er in 2022 een toename te zien naar 91 procent. Deze toename van succes is zichtbaar bij het microbedrijf en het kleinbedrijf, daar steeg het aandeel (deels) succesvolle aanvragen respectievelijk van 73 naar 89 procent en van 82 naar 95 procent. De verschillen in deze grootteklassen en voor het totale mkb zijn statistisch significant. In het grootbedrijf is het percentage succesvolle aanvragen zelfs bijna 100 procent, vergelijkbaar met vorig jaar.

Meer informatie op het dashboard

Op het dashboard wordt het aandeel bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag ook uitgesplitst naar bedrijfstak en leeftijd. In deze grafieken is het ook mogelijk om betrouwbaarheidsmarges weer te geven. Daarnaast is op het dashboard ook een uitsplitsing mogelijk naar soort aanvraag (bancair of non-bancair). Ook is het ook mogelijk om op het dashboard gegevens van eerdere jaren te bekijken.

7.1.1 Aandeel bedrijven met een externe financieringsbehoefte dat na oriëntatie een (deels) succesvolle aanvraag doet1) (%)
Land 2022 2022, marge (low) 2022, marge (high) 2021 2021, marge (low) 2021, marge (high) 2020 2020, marge (low) 2020, marge (high) 2019 2019, marge (low) 2019, marge (high) 2018 2018, marge (low) 2018, marge (high)
Mkb 90,5 85,9–951 85,9–951 77,0 67,4–865 67,4–865 79,2 72,1–862 72,1–862 83,9 77,7–902 77,7–902 83,7 77,6–899 77,6–899
Bedrijfsgrootte . . . . . . . . . . . . . . .
Micro 88,5 81,8–953 81,8–953 73,4 59,9–868 59,9–868 77,0 67,1–870 67,1–870 80,9 70,9–910 70,9–910 79,8 70,7–888 70,7–888
Klein 94,5 91,4–976 91,4–976 81,6 73,9–893 73,9–893 82,9 76,9–889 76,9–889 86,4 81,0–918 81,0–918 91,3 86,9–957 86,9–957
Midden 94,9 90,7–992 90,7–992 96,0 92,5–994 92,5–994 88,4 81,9–948 81,9–948 95,8 92,6–991 92,6–991 93,3 89,6–969 89,6–969
Groot 99,7 99,6–997 99,6–997 100,0 91,1–1089 91,1–1089 92,6 84,4–1007 84,4–1007 97,9 92,6–1031 92,6–1031 98,8 98,0–997 98,0–997
1)Het gaat hier om 95%-betrouwbaarheidsinterval marges, zie de onderzoeksverantwoording voor meer toelichting op de weergegeven marges.

De slaagkans verschilt per sector. Voor de sectoren handel, vervoer en horeca en informatie en communicatie waren vorig jaar grote dalingen te zien in de slaagkans. Dit jaar is echter weer een grote stijging te zien in de kans dat een aanvraag (deels) succesvol is: het percentage neemt voor deze sectoren toe van respectievelijk 72 naar 95 procent en van 59 procent naar 90 procent. Handel, vervoer en horeca en onroerend goed (94 procent) zijn de sectoren met de meeste kans op een succes bij een financieringsaanvraag. Het minst vaak succes hebben bedrijven in de landbouw (80 procent). Net als in eerdere jaren hebben jongere bedrijven iets minder vaak succes dan oudere bedrijven.

Slaagkans hoog of laag?

Van alle financieringsaanvragen leidt 91 procent (deels) tot succes. Dat lijkt een hoog getal, maar op zichzelf vertelt dit maar een deel van het verhaal. Bedrijven met een financieringsbehoefte kunnen op verschillende punten in de zoektocht afvallen. Zo kan het zijn dat ze bij nader inzien het gevoel hebben dat hun aanvraag niet kansrijk zal zijn of dat ze vrezen dat de voorwaarden te streng zijn. Van alle bedrijven met een behoefte aan financiering, weet 44 procent ook daadwerkelijk de gezochte financiering aan te trekken. Dat is de combinatie georiënteerd of al op de hoogte van de mogelijkheden, vervolgens wel aanvraag gedaan én (deels) succesvolle aanvraag leidt tot (79% + 7%) * 56% * 91%. Vorig jaar wist 35 procent van de bedrijven met financieringsbehoefte ook daadwerkelijk financiering aan te trekken. Het aantal bedrijven dat een aanvraag deed is iets hoger dan vorig jaar. Daarbij komt dat het succespercentage ook hoger is dan vorig jaar.

Of dergelijke aandelen als ‘hoog’ of ‘laag’ worden beschouwd in de zin van een positieve of negatieve duiding, is afhankelijk van het gezichtspunt. Dat wordt mede bepaald door hoe afvallers gezien worden: als het gevolg van een noodzakelijke gezonde voorselectie of doordat ondernemers (onterecht) ontmoedigd raken.

7.2Aanvragen vaker ingetrokken door aanvrager zelf

Als een aanvraag niet, of niet geheel succesvol is, kan dat verschillende oorzaken hebben: in een meerderheid van de gevallen (52 procent) ligt het stuklopen van de aanvraag bij de financier, die de aanvraag (gedeeltelijknoot1) afwijst. Vorig jaar was dit aandeel 62 procent. In 31 procent van de gevallen wordt de aanvraag door de aanvrager zelf ingetrokken, dit was in 2021 nog 23 procent. In de overige gevallen is de reden anders of is nog niet bekend hoe de aanvraag afloopt omdat deze nog niet afgerond is. Bij jonge bedrijven zien we vaker als reden dat de financier de aanvraag afwijst dan bij oudere bedrijven.

De redenen en gevolgen van een afgewezen financieringsaanvraag lopen uiteen

Als een financier de aanvraag (gedeeltelijk) afwijst, wordt daar in veruit de meeste gevallen een toelichting bij gegeven. In een derde van de gevallen wordt aangegeven dat de aanvraag niet binnen het beleid van de financier past. Wanneer een bedrijf te maken krijgt met een afgewezen financieringsaanvraag, kan het belangrijk zijn dat de afwijzing aanknopingspunten biedt voor een nieuwe aanvraag. Dat is bij een op de vijf afwijzingen het geval. Als meest genoemde gevolgen voor het niet krijgen van de financiering worden genoemd dat er geen investeringen kunnen worden gedaan in personeel of dat er niet kan worden vernieuwd of uitgebreid.

7.3Overbrugging coronaperiode niet langer belangrijkste financieringsdoel

Figuur 7.3.1 laat zien dat van succesvolle aanvragen voor financiering door het mkb, 28 procent bedoeld was voor de overbrugging van de coronaperiode. Overbrugging van de coronaperiode was vorig jaar nog het meest voorkomende doel. Het wordt minder vaak als reden opgegeven naarmate de grootteklasse toeneemt. Opvallend is dat deze reden amper voorkomt bij grootbedrijven (afgerond 0 procent), bedrijven in de bouw (4 procent) en onroerend goed en reparatie (1 procent). Bij deze laatste sector komt vaak herfinanciering als doel voor (57 procent). Dit jaar worden succesvolle financieringsaanvragen het vaakst aangewend voor voorraden en werkkapitaal (45 procent).

7.3.1 Percentage (deels) succesvolle aanvragen naar financieringsdoel (top 5) (%)
doel aandeel
Continuering, voorraden 45
Start, uitbreiding 29,5
Continuering, overbruggen corona 27,8
Start, onroerend goed 18,8
Vernieuwing, aannemen & opleiden personeel 14,8

Het merendeel van de bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag moet onderpand bieden

De helft van de bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag moest onderpand bieden, dit is meer dan vorig jaar (41 procent). In zes op de tien gevallen bestaat het onderpand uit het bedrijfspand of machines en apparatuur. Een vijfde van de ondernemers biedt voorraden en debiteuren als onderpand. Aan het klein- en middenbedrijf wordt het vaakst om onderpand gevraagd en aan microbedrijven het minst. Bedrijven uit de sectoren bouw en onroerend goed (meer dan twee derde) moeten het vaakst een onderpand bieden, aan bedrijven uit de sector communicatie en informatie wordt dit het minst vaak verzocht (25 procent).

De rente op financieringsaanvragen is toegenomen

De mediaan van de vaste rente die mkb-bedrijven betalen is 3,8 procent, voor de variabele rente is dit 3,0 procent.noot2 De vaste rente is daarmee iets gestegen ten aanzien van vorig jaar, toen dit 3,1 procent was. De variabele rente is nagenoeg gelijk gebleven ten opzichte van vorig jaar. Het rentepercentage neemt af naarmate de grootteklasse toeneemt: grootbedrijven betalen het minste rente en micro- en kleinbedrijven het meest. Ook valt op dat jongere bedrijven een hoger rentepercentage betalen dan oudere bedrijven. Sinds vorig jaar wordt er ook een onderscheid gemaakt naar de vaste rente van bedrijven die een bancaire of een non-bancaire aanvraag deden.noot3 De mediane vaste rente bij bancaire leningen is 3,3 procent. Dit is lager is dan bij non-bancaire leningen, waar de mediane rente 5,0 procent bedraagt.

Voor bedrijven met een succesvolle financieringsaanvraag die geld zochten voor de start of uitbreiding zijn investeren in uitbreiding (30 procent) of onroerend goed (19 procent) de belangrijkste doelen. Financiering voor overname komt vaker voor bij grotere bedrijven dan bij kleine bedrijven.

Meer informatie op het dashboard

Op het dashboard zijn er grafieken te zien over succesvolle en niet-succesvolle aanvragen. Voor de succesvolle aanvragen zijn grafieken beschikbaar over de financieringsvorm, het financieringsdoel en de voorwaarden voor financiering. Voor niet succesvolle aanvragen worden de redenen getoond waarom het bedrag niet ontvangen is en worden voor de afgewezen aanvragen de gevolgen getoond. Ook is het ook mogelijk om op het dashboard gegevens van eerdere jaren te bekijken.

Noten

Als een aanvraag gedeeltelijk wordt afgewezen valt deze onder deels succesvolle aanvragen. Maar omdat een deel wordt afgewezen worden gedeeltelijk afgewezen aanvragen ook besproken in deze paragraaf.

De rentepercentages die in dit hoofdstuk worden besproken zijn (mediane) rentepercentages zoals opgegeven door de bedrijven in de enquête, en kunnen daarmee afwijken van de daadwerkelijke rentepercentages zoals opgenomen in hoofdstuk 2 welke afkomstig zijn van DNB. Daarnaast hebben de rentepercentages van DNB alleen betrekking op financiering door banken en gaan de resultaten van de enquête ook over andere bronnen van financiering.

Vanwege te lage aantallen waarnemingen, kan dit onderscheid alleen voor de vaste rente gemaakt worden.

Colofon

Deze website is ontwikkeld door het CBS in samenwerking met Textcetera Den Haag.
Heb je een vraag of opmerking over deze website, neem dan contact op met het CBS.

Disclaimer en copyright

Cookies

CBS maakt op deze website gebruik van functionele cookies om de site goed te laten werken. Deze cookies bevatten geen persoonsgegevens en hebben nauwelijks gevolgen voor de privacy. Daarnaast gebruiken wij ook analytische cookies om bezoekersstatistieken bij te houden. Bijvoorbeeld hoe vaak pagina's worden bezocht, welke onderwerpen gebruikers naar op zoek zijn en hoe bezoekers op onze site komen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het functioneren van de website om zo de gebruikerservaring voor u te kunnen verbeteren. De herleidbaarheid van bezoekers aan onze website beperken wij zo veel mogelijk door de laatste cijfergroep (octet) van ieder IP-adres te anonimiseren. Deze gegevens worden niet gedeeld met andere partijen. CBS gebruikt geen trackingcookies. Trackingcookies zijn cookies die bezoekers tijdens het surfen over andere websites kunnen volgen.

De geplaatste functionele en analytische cookies maken geen of weinig inbreuk op uw privacy. Volgens de regels mogen deze zonder toestemming geplaatst worden.

Meer informatie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/telecommunicatie/vraag-en-antwoord/mag-een-website-ongevraagd-cookies-plaatsen

Leeswijzer

Verklaring van tekens

niets (blanco) een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen
. het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim
0 (0,0) het cijfer is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid
* voorlopige cijfers
** nader voorlopige cijfers
- (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met
2016-2017 2016 tot en met 2017
2016/2017 het gemiddelde over de jaren 2016 tot en met 2017
2016/'17 oogstjaar, boekjaar, schooljaar, enz. beginnend in 2016 en eindigend in 2017
2004/'05-2016/'17 oogstjaar enz., 2004/'05 tot en met 2016/'17

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

Over het CBS

De wettelijke taak van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is om officiële statistieken te maken en de uitkomsten daarvan openbaar te maken. Het CBS publiceert betrouwbare en samenhangende statistische informatie, die het deelt met andere overheden, burgers, politiek, wetenschap, media en bedrijfsleven. Zo zorgt het CBS ervoor dat maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden op basis van betrouwbare statistische informatie.

Het CBS maakt inzichtelijk wat er feitelijk gebeurt. De informatie die het CBS publiceert, gaat daarom over onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Bijvoorbeeld economische groei en consumentenprijzen, maar ook criminaliteit en vrije tijd.

Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. Dit betreft het grootste deel van het werkprogramma.

Voor meer informatie over de taken, organisatie en publicaties van het CBS, zie cbs.nl.

Contact

Met vragen kunt u contact opnemen met het CBS.