Vakanties
Ruim 85 procent van de Nederlanders gaat op vakantie. Bijna drie kwart van hen gaat naar het buitenland. Bijna 49 procent reist met het vliegtuig naar de buitenlandse plaats van bestemming, ongeveer 44 procent gaat met de auto. Hoe vaak gaan inwoners van andere Europese landen op vakantie: blijven ze in eigen land of gaan ze buiten het eigen land op vakantie? En hoe vaak reizen zij dan met het vliegtuig?
Ruim 62 procent van de Europeanen (233 miljoen) gaat op vakantie, de helft van hen buiten het eigen land. In totaal gaat het om meer dan 118 miljoen vakanties. Inwoners van kleine landen gaan relatief vaak naar het buitenland, terwijl bewoners van grotere landen vaker in het eigen land vakantie vieren. Van de Fransen en Spanjaarden bijvoorbeeld blijven negen op de tien vakantiegangers in eigen land. Nederlanders die naar het buitenland gaan brengen hun lange vakantie (vier nachten of langer) graag in Spanje en Duitsland door. Voor een korte vakantie (één tot drie nachten) gaan zij vooral naar Duitsland en België.
Met het vliegtuig naar het buitenland
Voor een vakantie naar het buitenland reist bijna 49 procent van de Nederlanders met het vliegtuig naar de plaats van bestemming. Bijna 44 procent doet dit met de auto, de resterende 7 procent gaat met andere vervoermiddelen zoals bus, trein of boot.
Inwoners van eilanden reizen voor een vakantie buiten eigen land naar verhouding vaak met het vliegtuig: ruim 98 procent van de mensen op Cyprus, en 92 procent van de inwoners van Malta. Ook Ieren zijn voor een reis naar een buitenlandse bestemming meer afhankelijk van het vliegtuig (88 procent). Inwoners van Slovenië vliegen het minst. Zij namen voor iets meer dan 8 procent van de buitenlandse vakantie het vliegtuig.
Zweden geven meeste uit
Gemiddeld geven Zweden met bijna 1 500 euro per persoon het meeste uit aan een vakantie buiten de eigen landsgrenzen, gevolgd door de Denen met ruim 1 300 euro. Nederlanders besteden met 830 euro per persoon minder dan het EU-gemiddelde van 857 euro. Slovenen geven met ongeveer 270 euro het minste uit aan een buitenlandse vakantie.