Bijlage 2. Verschillen tussen banen en werkzame beroepsbevolking
Tussen de cijfers over de werkzame beroepsbevolking enerzijds en het aantal banen van werkzame personen anderzijds zit een groot verschil. De werkzame beroepsbevolking omvat alle personen van 15 tot 75 jaar met betaald werk die in Nederland wonen, ongeacht in welk land men werkt. Bij het aantal banen van werkzame personen wordt daarentegen iedereen meegerekend die bijdraagt aan de productie in Nederland ongeacht leeftijd, woonland of het aantal uren dat per week gewerkt wordt, waarbij bovendien ook de bijbanen meegeteld worden. De werkzame beroepsbevolking wordt gemeten met de Enquête beroepsbevolking (EBB), het aantal banen van werkzame personen in de Arbeidsrekeningen (AR). In onderstaande tabel worden de verschillen tussen de twee uitkomsten weergegeven. In het artikel Werknemers en zelfstandigen: overeenkomsten en verschillen tussen CBS-cijfers wordt meer achtergrondinformatie gegeven.
Hoewel het aantal werkzame personen bij Arbeidsrekeningen een half miljoen hoger is dan de werkzame beroepsbevolking van de EBB, komt de ontwikkeling in deze twee gegevens, gemeten over een langere periode, per saldo goed overeen. Tussen 2011 en 2019 steeg de werkzame beroepsbevolking met 673 duizend personen, terwijl het aantal werkzame personen bij Arbeidsrekeningen toenam met 685 duizend.
Relatie werkzame beroepsbevolking (EBB) en banen van werkzame personen (Arbeidsrekeningen)
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
x 1 000 | |||||||||
Werkzame beroepsbevolking (EBB)1) | 8 280 | 8 330 | 8 266 | 8 214 | 8 294 | 8 403 | 8 579 | 8 774 | 8 953 |
Plus: werkzame personen jonger dan 15 jaar | 45 | 47 | 47 | 48 | 47 | 47 | . | . | . |
Plus: werkzame personen van 75 jaar en ouder | 12 | 15 | 19 | 22 | 25 | 24 | . | . | . |
Plus: werkzame personen in institutionele bevolking2) | 14 | 13 | 11 | 12 | 15 | 15 | . | . | . |
Werkzame personen die in Nederland wonen | 8 351 | 8 405 | 8 344 | 8 296 | 8 381 | 8 489 | . | . | . |
Min: personen werkzaam in het buitenland | 32 | 35 | 42 | 41 | 45 | 44 | . | . | . |
Plus: werkzame personen wonend in het buitenland | 235 | 231 | 224 | 217 | 224 | 234 | . | . | . |
Plus: bijraming zwart werk en bijzondere groepen3) | 216 | 217 | 218 | 216 | 215 | 215 | . | . | . |
Plus: statistisch verschil | 86 | 18 | −11 | 37 | 32 | 50 | . | . | . |
Werkzame personen die in Nederland werken (AR) | 8 855 | 8 837 | 8 733 | 8 725 | 8 808 | 8 943 | 9 142 | 9 367 | 9 540 |
Plus: bijbanen | 1 063 | 1 053 | 1 023 | 1 032 | 1 073 | 1 074 | 1 107 | 1 135 | 1 151 |
Banen van werkzame personen (AR) | 9 918 | 9 889 | 9 756 | 9 757 | 9 881 | 10 036 | 10 250 | 10 502 | 10 690 |
1)Personen van 15 tot 75 jaar met betaald werk, die wonen in Nederland. Bij betaald werk gaat het om werkzaamheden ongeacht de arbeidsduur.
2)De personen die wonen in inrichtingen, instellingen en tehuizen (de institutionele bevolking) tellen bij de EBB niet mee.
3)Huishoudelijke hulpen, oppas, krantenbezorgers, folderaars en zwart of illegaal werk, voor zover niet waargenomen via de EBB.